direct naar inhoud van 2.11 Verkeer
Plan: Nationaal Landschap IJsseldelta
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0193.BP11010-0005

2.11 Verkeer

2.11.1 Huidige situatie

De ontsluiting van de IJsseldelta liep van oudsher over het water. De IJssel, het Zwartewater, de kleinere rivierarmen, prielen en het Zwartemeer vormden de verkeersaders. Nu zijn de (auto)wegen vooral van belang. De wegenstructuur geeft nog altijd een goed beeld van de verkavelingsstructuur die door de eeuwen heen ontstaan is in de verschillende landschappen. Binnen het hoofdwegennet wordt onderscheid gemaakt tussen interne ontsluitingen (binnen het plangebied) en externe ontsluitingen (vanuit het plangebied).

De interne ontsluiting van het gebied bestaat uit de verbindingen tussen de verschillende steden:

  • de N331 van Zwolle naar Hasselt en Zwartsluis
  • de oude Kamperzeedijk (N760) van Kampen/ IJsselmuiden naar Genemuiden
  • de N759 of de 'Nieuwe Weg': van Genemuiden naar Hasselt
  • de N377 van Hasselt naar de A-28

De verbindingswegen tussen de steden lopen vooral langs de randen van het gebied. In de Mastenbroekerpolder lopen de drie grote Weteringen en met haaks daarop, via een bajonetkruising, ook interne ontsluitingswegen.

De externe ontsluiting van het gebied bestaat uit de volgende wegen:

  • de N377 vanuit Hasselt richting Lichtmis (A28)
  • de N50 vanuit Zwolle via Kampen naar Emmeloord
  • de N375 vanuit Zwartsluis richting Meppel, en via de N334 richting Steenwijk

Om de gewenste afstemming tussen vormgeving en functie van de weg te kunnen bereiken, is het Zwolse wegennet gecategoriseerd naar een aantal te onderscheiden verkeersfuncties. Dit zijn stroomwegen, gebiedsontsluitingswegen en erftoegangswegen. Alle wegen in het plangebied zijn aangewezen als erftoegangswegen buiten de bebouwde kom. Hier geldt een snelheidsregime van 60 km/uur.

Het plangebied typeert zich in algemene zin als gebied dat in de luwte van het landelijke snelwegennet ligt. Vanuit deze relatieve rust is het maar een uurtje rijden naar de Randstad.

De ontsluiting voor langzaam verkeer staat verbeeld op de kaarten met de recreatieve routes uit het Uitvoeringsprogramma bij het Ontwikkelingsperspectief NLIJ (zie hoofdstuk 7 Recreatie). Het gaat om recreatieve wandelroutes, fietspaden en pontjes en een kanoroutenetwer en het routenetwerk van de kop van Overijssel.

De fietspaden worden gebruikt door recreanten en door 'utilitair verkeer' (bijvoorbeeld scholieren en woon/werkverkeer). Voor het fietsverkeer zijn veilige en snelle fietspaden vanuit het buitengebied naar de voorzieningen in de steden van belang. Om het fietsgebruik te stimuleren heeft de gemeente hoofdfietsroutes aangewezen, die de woonwijken met het centrum, het station of werkgebieden verbinden. Aan dergelijke routes worden in Zwolle een aantal eisen gesteld, ondermeer op het gebied van comfort, directheid, veiligheid en herkenbaarheid. In het plangebied maakt de Oude Wetering deel uit van het hoofdfietsroutenetwerk. De weg is aan de oostkant voorzien van een vrijliggend fietspad.

2.11.2 Beleid en toekomstige ontwikkelingen

Provincie

Het verkeer en vervoerbeleid van de provincie staat weergegeven in de Omgevingsvisie Overijssel (2010). In deze omgevingsvisie heeft de provincie als ambities geformuleerd:

  • Een vlotte en veilige reis over weg, water, spoor en per fiets van en naar stedelijke netwerken en streekcentra binnen en buiten Overijssel.
  • Goede bereikbaarheid voor het autoverkeer van en naar de stedelijke netwerken en streekcentra.
  • Vergroten van kwaliteit en aandeel van het openbaar vervoer.
  • Vergroten van de kwaliteit en het aandeel van het fietsverkeer.

In de omgevingsvisie zijn als hoofdlijnen van het provinciaal beleid opgenomen:

  • Een gedifferentieerde bereikbaarheid, de ontwikkeling van de hoofdinfrastructuur en een integraal verkeer en vervoersysteem met een multimodale netwerkaanpak van het hogere en onderliggende wegennet.
  • Het buitengebied wordt vanaf de hoofdinfrastructuur ontsloten met gebiedsontsluitingswegen naar locaties en gebieden met bovenlokale verkeersbewegingen. Vorm en functie van wegen in het buitengebied voegen zich naar de gebiedskenmerken en versterken de leefbaarheid.
  • Een integraal openbaarvervoersysteem, gericht op vervoer van deur tot deur, met aandacht voor verschillende doelgroepen. We zetten in op hoogwaardige internationale en regionale verbindingen en een doorontwikkeling van het openbaar vervoer naar lightrail- en tramsystemen.
  • Goede aansluiting van het aanvullende openbaar vervoernet op hoofdverbindingen van en naar stedelijke centra en streekcentra. Stimuleren van de deur-tot-deur-benadering met hoogwaardige overstappunten en OV-fiets bij regionale stations.
  • Een samenhangend fietsroutenetwerk met een goede aansluiting van utilitaire en recreatieve fietspaden op hoofdfietsroutes, (regionale) stations en knooppunten van en naar stedelijke netwerken en streekcentra. Van-deur-tot-deur-benadering met OV-fiets.
  • Investeren op de hoofdfietsroutes in en naar stedelijke centra in fietssnelwegen en hoogwaardige fietsroutes.
  • Een kwaliteitsimpuls aan stallingvoorzieningen en uitbreiding van OV-fietsconcepten.

Gemeente

In maart 2009 is door de gemeenteraad van Zwolle de Mobiliteitsvisie vastgesteld. De Mobiliteitsvisie vervangt het GVVP uit 2001. De Mobiliteitsvisie richt zich vooral op niet-infrastructurele aspecten omdat dit tot op heden onderbelicht gebleven in het mobiliteitsbeleid van de gemeente.

2.11.3 Uitgangspunten bestemmingsplan buitengebied

  • Huidige verkeersbestemmingen worden overgenomen
  • Bij de verbetering van de huidige infrastructuur en nieuwe ontwikkelingen moet rekening worden gehouden met aanwezige ruimtelijke waarden en wordt gestreefd naar zoveel mogelijk integratie van verkeersfuncties met andere functies.
  • Verkeersroutes zo duurzaam en veilig mogelijk inrichten (principes van Duurzaam Veilig Verkeer).
  • Behoud en uitbreiding van langzaam verkeersroutes (wandel- en fietsroutes).