| Plan: | Stadshagen I |
|---|---|
| Status: | vastgesteld |
| Plantype: | bestemmingsplan |
| IMRO-idn: | NL.IMRO.0193.BP09012-0005 |
Dit bestemmingsplan heeft voor het overgrote deel een conserverend karakter. Alleen door de gemeenteraad vastgesteld beleid is in het plan opgenomen.
Met betrekking tot de bebouwingsmogelijkheden is de standaard bijgebouwenregeling van Zwolle uit 2007 opgenomen. Deze standaardregeling is een vereenvoudiging en verruiming van de in Stadshagen toegepaste standaardregeling uit 2000 en nog oudere toegepaste regelingen. Zie paragraaf 6.3 Bestemmingsregels Artikel 22 Wonen.
In de regels is de mogelijkheid opgenomen voor beroepsactiviteiten aan huis. Voor de exacte regeling wordt verwezen naar de omschrijving van de bestemming 'Wonen' in paragraaf 6.3 Bestemmingsregels.
Verspreid in de wijk zijn in de geldende bestemmingsplannen tussen de woningen kleinschalige bedrijfjes toegestaan op plaatsen, welke op de plankaarten staan aangegeven. Deze regelingen zijn in het nieuwe plan overgenomen en gestandaardiseerd. In de bij de regels behorende staat van bedrijfsactiviteiten bij functiemenging staat nu aangegeven welke functies toelaatbaar zijn. Wat betreft milieuhinder is uitsluitend de categorie A toelaatbaar. Zie voor een nadere toelichting op deze staat in de regels paragraaf 2.1 Algemene verklaring van de Bijlage 2 Staat van bedrijfsactiviteiten bij functiemenging.
In de bestemming Gemengd - 1 voor het Bewegingshuis is de staat van bedrijfsactiviteiten bij functiemenging ook toegepast. Wat betreft milieuhinder zijn de categorieën A en B hier toelaatbaar wegens voldoende bouwkundige scheiding met de bovenwoningen. Zie voor een nadere toelichting op deze staat in de regels: paragraaf 2.1 Algemene verklaring van Bijlage 2 Staat van bedrijfsactiviteiten bij functiemenging.
Op de begane grond is nog steeds geen detailhandel toegestaan.
Op 2 april 2012 is de Kadernota detailhandel 2012-2020 door de gemeenteraad vastgesteld. Daarbij is een amendement over gedoseerde groei van het winkelcentrum Stadshagen aangenomen. Zie paragraaf 3.12
Detailhandelsbeleid
Ter wille van de flexibiliteit was in het ontwerp van het bestemmingsplan detailhandel mogelijk gemaakt op de begane grond van het Bewegingshuis. Ter uitvoering van het amendement wordt detailhandel nu niet meer mogelijk gemaakt in het Bewegingshuis conform het geldende plan.
Bij leegstand van een unit kan detailhandel na afweging van alle betrokken belangen door burgemeester en wethouders via een afwijkingsprocedure eventueel alsnog worden toegestaan.
De bestemming Gemengd - 2 is opgenomen voor het Cultuurhuis. De detailhandel is nog steeds beperkt tot de begane grond met een maximum bedrijfsvloeroppervlakte van 300 m².
Ter wille van de flexibiliteit is er geen beperking meer in oppervlakte voor horeca.
Ter uitvoering van het amendement genoemd onder paragraaf 5.3.2.3 Bewegingshuis Gemengd 1 is de detailhandel in het Cultuurhuis weer beperkt conform het geldende plan.
De bestemming Gemengd - 3 omvat gebieden met een menging van maatschappelijke functies, sport en zelfstandige woonfuncties, welke niet verbonden zijn aan een maatschappelijke voorziening alsmede bedrijven vermeld in de staat van bedrijfsactiviteiten bij functiemenging. Wat betreft milieuhinder zijn de categorieën A en B hier toelaatbaar wegens voldoende bouwkundige scheiding met de woningen. Zie voor een nadere toelichting op deze staat in de regels paragraaf 2.1 Algemene verklaring van de Bijlage 2 Staat van bedrijfsactiviteiten bij functiemenging.
De bestemming Gemengd - 4 geldt voor gebieden met een menging van maatschappelijke functies, sport en zelfstandige woonfuncties, welke niet verbonden zijn aan een maatschappelijke voorziening.
Oud Frankhuis heeft niet het karakter van een rustige woonwijk, maar kan het best worden gekarakteriseerd als een gebied met functiemenging, waarin woningen en bedrijven naast elkaar liggen.
Wat betreft de milieuzonering ten opzichte van de woningen in Oud Frankhuis zijn vanwege het karakter van het gebied minder stringente afstandsnormen verdedigbaar. Voor de bedrijfsbestemmingen in dit gebied is net als bij de kleinschalige bedrijfjes en een aantal gemengde bestemmingen de staat van bedrijfsactiviteiten bij functiemenging van toepassing. Wat betreft milieuhinder zijn de categorieën A tot en met C hier toelaatbaar. Zie voor een nadere toelichting op deze staat in de regels paragraaf 2.1 Algemene
verklaring van de Bijlage 2 Staat van bedrijfsactiviteiten bij functiemenging. Een goederenwegvervoerbedrijf is gezien de grote verkeersaantrekkende werking echter alleen toelaatbaar ter plaatse van het aanwezige bedrijf achter de Biltweg.
Ten zuiden van het plangebied ligt het industrieterrein Voorst. Dit industrieterrein biedt ondermeer ruimte aan zware geluidhinder veroorzakende bedrijven. Voor dit terrein is op grond van de Wet geluidhinder een zone vastgesteld, waarbuiten de geluidhinder afkomstig van het bedrijventerrein niet meer mag bedragen dan 50 dB(A).
De in 1991 vastgestelde zone lag gedeeltelijk over Stadshagen en vormde in wezen een belemmering voor de woningbouw in de zuidoosthoek van Stadshagen.
De maatregelen uit het door gedeputeerde staten van Overijssel vastgestelde saneringsprogramma van 1997 zijn uitgevoerd en hebben geleid tot het kunnen terugleggen van de 50 dB(A)-contour.
In het bestemmingsplan Stadshagen, 2e partiële herziening, dat door de raad op 2 november 2009 is vastgesteld, is de grens van de geluidszone daarom teruggelegd in de richting van het industrieterrein Voorst ten einde meer ruimte te creëren voor de woningbouw van Stadshagen.
Deze teruggelegde zone is ook in het nieuwe bestemmingsplan Stadshagen I weergegeven als 'geluidzone - industrie 1'. De zonegrens vormt de toegelaten 50 dB(A) contour van het industrielawaai. Er worden in het bestemmingsplan Stadshagen I geen verdere wijzigingen meer in deze zonegrens aangebracht.
Binnen de zones bevinden zich geluidsgevoelige functies, maar in dit nieuwe bestemmingsplan worden geen nieuwe geluidsgevoelige functies mogelijk gemaakt.
Binnen de in het bestemmingsplan als 'geluidzone - industrie 2' aangegeven 50 dB(A) geluidscontour ten gevolge van het transformatorstation aan de Frankhuisweg zijn geen geluidsgevoelige functies toegestaan.
Dit is geregeld in de specifieke gebruiksregels van de bestemming 'Wonen'.
Op het perceel Frankhuisweg 30 was in een voormalige boerderij een woning met een makelaarskantoor gevestigd en op de er achter gelegen bebouwing was een stoeterij gevestigd. Het terrein is fraai ingericht met diverse waterpartijen. Het is belangrijk dat het complex in gebruik blijft en daarom is in de nieuwe bestemming Gemengd - 5 het aantal toegestane functies binnen de bestaande bebouwing op het achterterrein verruimd. Omdat het perceel geheel gesitueerd is in de geluidszone van het industrieterrein Voorst en de gemeente de geluidsruimte voor de bedrijven in Voorst niet wil verminderen, zijn nieuwe geluidsgevoelige functies niet toegestaan.
Om het algemene beleid voor speelvoorzieningen concreet te maken zijn voor iedere buurt speelruimtekaarten opgesteld. Deze speelruimtekaarten zijn door burgemeester en wethouders vastgesteld in maart 2004. Op een speelruimtekaart is het gewenste beeld geschetst. Aangegeven is welke speelvoorziening blijft, verdwijnt, wordt uitgebreid of verplaatst. Dit is geen statisch beeld. Het is denkbaar dat speelplekken die nu verdwijnen op termijn op dezelfde dan wel op een plek in de directe omgeving opnieuw ingericht moeten worden vanwege een verandering in de bevolkingssamenstelling. In oudere bestemmingsplannen zijn speelvoorzieningen en trapveldjes vaak door middel van een aanduiding in de groenbestemming exact aangegeven. Om het nieuwe beleid voor speelvoorzieningen uit te kunnen voeren is echter binnen de bestemmingsplannen meer flexibiliteit nodig. Daarom is er voor gekozen om overal binnen de bestemming 'Groen' de realisering van speelvoorzieningen mogelijk te maken. Het gaat dan om zowel speelplekken met speeltoestellen als om speel- en trapvelden. Ook binnen de bestemming 'Verkeer - Erftoegangsweg' is het mogelijk om speelvoorzieningen aan te brengen.