Plan: | Stadshagen I |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0193.BP09012-0005 |
Stadshagen I is gelegen in de polder Mastenbroek. De polder is een open, laaggelegen veenweidegebied. Oorspronkelijk overstroomde dit gebied regelmatig. Alleen Frankhuis behoorde tot de hoger gelegen gronden aan de rand van dit gebied. Op de hoger gelegen rand van het rivierenlandschap lag westelijk van Frankhuis het kasteel van Voorst.
Bebouwing en bewoning vond in de middeleeuwen in eerste instantie alleen plaats op de hogere delen van de oeverwallen langs de IJssel en het Zwarte Water. Bij het in gebruik nemen en de ontginning van het gebied speelde het kasteel van Voorst een belangrijke rol. Van hieruit is waarschijnlijk ook de buurtschap Werkeren gesticht. In 1364 vond een verdeling van de gronden in de polder Mastenbroek plaats, hetgeen het begin van de ontginning vormde. De verdeling vond plaats volgens een regelmatig grondplan, waarvan de basis wordt gevormd door het assenkruis van de Oude Wetering en de Hasseltersteeg. Met de aanleg van een ringdijk in 1390 kreeg het gebied het karakter van een zomerpolder. De dijk had een tweeledig doel: 's winters het binnen houden van het water, zodat slib kon bezinken om de bodemvruchtbaarheid op peil te houden en 's zomers het buiten houden van het water, zodat de weiden en hooilanden niet konden overstromen. Voor de lozing van het water werd gebruik gemaakt van zijlen, waar het water bij lage buiten waterstanden (eb) geloosd kon worden. Er vestigden zich nu ook meer naar het centrum boerderijen op huisterpen. Deze terpen die 2 tot 3 meter hoog waren, dienden waarschijnlijk vooral als bescherming tegen de interne wateroverlast. Eerst in 1865 werden de dijken volledig gesloten en op zeedijkhoogte gebracht.
Kaart 4: kopie uit de historische atlas van de situatie rond 1917.
De hoofdstructuur van weteringen en stegen, waarvoor in 1364 de basis werd gelegd, is tot op heden bewaard gebleven. Alleen de aanleg van de spoorlijn naar Kampen vormde hierop een inbreuk.
Het gebied had tot 1996 nog grotendeels een agrarisch karakter. Alleen aan de rand in de buurtschap Frankhuis bevonden zich toen een aantal woningen en bedrijven, een woonwagenkamp en een woonschepenhaven.
In heel Nederland hebben gemeenten de afgelopen jaren plannen gemaakt voor nieuwe stedelijke uitbreidingen op de zogenaamde VINEX-locaties. De minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM) heeft eind 1993 in de Vierde Nota Ruimtelijke Ordening Extra (VINEX) deze locaties aangewezen als gewenste uitbreidingslocaties van de steden. VINEX is een reactie op de ontwikkeling van vroeger, die zich kenmerkt door versnippering van nieuwbouw. Stadshagen is ook zo'n VINEX-locatie die moet bijdragen aan de 'compacte stad' . Dit stadsdeel wordt in twee fasen gebouwd. In 1996 is gestart met de bouw van de eerste woningen in Stadshagen I. Dit eerste deel van Stadshagen omvat nu 7.500 woningen. De tweede fase, Stadshagen II wordt inmiddels op basis van een nieuw globaal bestemmingsplan ontwikkeld. Vanaf 2006 worden in Stadshagen II 4.000 woningen gerealiseerd.