direct naar inhoud van 4.3 Parkeerbalans centrumgebied Enter
Plan: Centrum Enter
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0189.BP2010000022-0002

4.3 Parkeerbalans centrumgebied Enter

Voor de ontwikkeling van het centrumgebied is door de gemeente de parkeersituatie in Enter beoordeeld. Er heeft dan ook een parkeeronderzoek plaatsgevonden (januari 2010), waarbij de toekomstige vraag en aanbodverhouding in kaart is gebracht.

In dit onderzoek worden onderstaande conclusies en aanbevelingen gedaan.

Conclusies en aanbevelingen

Voor de toekomstige situatie in het centrum van Enter zijn er berekeningen gemaakt. In deze berekeningen zijn de toekomstige vraag en het toekomstige aanbod tegen elkaar afgezet. De vraag is bepaald met behulp van gebiedspecifieke kencijfers (voor de bestaande functies) en CROW kencijfers (voor de nieuwe functies). Bij het opstellen van deze berekeningen is er rekening gehouden met de groei van het aantal motorvoertuigen.

periode   gemiddelde
vraag  
totaal
aanbod

 
openbaar aanbod
incl. blauwe zone
 
privé
parkeerplaatsen  
saldo
 
bezetting  
werkdag middag   484   1057   715   342   573   46%  
Zaterdag
middag  
573   1057   715   342   484   54%  

Resultaten parkeerbalans 2020

Uit de berekeningen voor 2020 blijkt dat er voor het gehele centrum een overschot van 484 parkeerplaatsen is op het maatgevende moment (zaterdagmiddag). Wel heeft deelgebied 3 minder parkeerplaatsen dan er vraag is. Dit is geen probleem als rekening wordt gehouden met de acceptabele loopafstanden die voor Enter van toepassing zijn. Helaas is het door de huidige ontwikkelingen van de mobiliteit niet altijd meer mogelijk om voor de deur te parkeren. Hierdoor zijn de bezoekers genoodzaakt om verder te lopen dan wenselijk is. Om de overloop te stimuleren en zo een betere verdeling van de druk te krijgen kan overwogen worden om de parkeertijd terug te dringen 1 uur op straat en 2 uur op de terreinen.

Parkeerduuronderzoek

In het kader van de voorgestane ontwikkelingen in het centrum van Enter - op basis van de Structuurvisie - is het van belang om inzicht te hebben in de huidige parkeerdruk en parkeerduur. Naar aanleiding van de huidige parkeersituatie kunnen voorspellingen worden gedaan over de gevolgen van toekomstige ontwikkelingen in het centrum. Door het Bureau voor Verkeerskundige Advisering (BVA) is in december 2004 een parkeerduuronderzoek uitgevoerd voor het centrum van Enter. Hierbij is onderscheid gemaakt in openbare en privé parkeerplaatsen. Tevens is per deel van het centrum (sector) de bezettingsgraad gemeten.

Uit het parkeerduuronderzoek blijkt dat er in het totale onderzoeksgebied op beide onderzoeksdagen (woensdag 13 en zaterdag 16 april 2005) sprake is van een acceptabele parkeersituatie. Dat wil zeggen dat er op alle momenten voldoende vrije parkeerplaatsen aanwezig zijn. Op sectieniveau is er in sommige gevallen sprake van een hoge parkeerdruk. De parkeerdruk is hoog wanneer de bezettingsgraad ((aantal geparkeerde voertuigen/parkeercapaciteit) * 100%) de 85% overschrijdt. In nagenoeg alle gevallen geldt echter dat er binnen beperkte loopafstand van de secties voldoende vrije parkeerplaatsen aanwezig zijn.

Omdat in het centrumgebied sprake is van een aantal ruimtelijke ontwikkelingen, is ook bekeken op welke wijze deze van invloed kunnen zijn op de parkeersituatie. Op een aantal locaties worden namelijk voorzieningen in omvang en/of in bestemming gewijzigd. Met behulp van parkeerkencijfers, die uit de resultaten van het parkeerduuronderzoek zijn gedestilleerd, zijn de consequenties geprognosticeerd voor de toekomstige situatie.

Uit de prognose blijkt dat de voorgestane ontwikkelingen ook vanuit het oogpunt van parkeren acceptabel zijn. Voor het gebied gelegen ten zuiden van de Dorpsstraat 109 wordt opgemerkt dat er sprake kan zijn van grotere loopafstanden tot de gewenste voorziening. Het uitbreiden van de parkeercapaciteit in dit gebied blijft een aandachtspunt.

Naast het uitbreiden van de parkeercapaciteit is de beschikbare parkeercapaciteit binnen de parkeerschijfzone beter benut dan in het verleden het geval was. Door een stringentere handhaving van de parkeerduurrestrictie zijn de parkeerplaatsen beter verdeeld onder de kortparkeerders en (middel)lang parkeerders, aangezien er in het verleden veel overtredingen voorkwamen. De (middel)lang parkeerders zijn door een intensiever handhaven 'verdreven' naar de randen van de parkeerschijfzone waardoor in de zone meer vrije parkeerruimte is ontstaan voor de kortparkeerder.

Tevens heeft de gemeente Wierden ook op het parkeerterrein aan de Pastoor Heimerikxstraat een parkeerschijfzone ingesteld. Aangezien het wenselijk is dat dit parkeerterrein voor bezoekers van begrafenissen vrij te gebruiken blijft, is op dit terrein een langere parkeerduur toegestaan dan in de huidige parkeerschijfzone. De maximale parkeerduur bedraagt hier 3 uur in plaats van 1,5 uur in de resterende parkeerschijfzone. Bij het uitbreiden van de parkeerschijfzone moet in zijn algemeenheid de opmerking worden geplaatst dat er bij voorkeur voldoende parkeerruimte resteert voor de (middel)lang parkeerder in het centrum. Indien dit niet het geval is zal deze groep worden verdreven uit het centrum en in de omliggende woongebieden gaan parkeren.

Het parkeerduuronderzoek van 2005 is wat gedateerd. In de eerste plaats heeft de ondernemersvereniging Enter enkele kanttekeningen geplaatst bij het aantal (volgens het onderzoek) beschikbare parkeerplaatsen in het centrum van Enter. Daarnaast zijn er de afgelopen jaren enkele wijzigingen geweest in de vorm van de invoering van enkele parkeerverboden, de realisatie van ver- en nieuwbouwprojecten die van invloed zijn geweest op de huidige parkeerdruk.

Er zijn echter ook maatregelen getroffen die van positieve invloed zijn op de parkeerdruk in Enter. Zo is het parkeerterrein aan de pastoor Heimerikxstraat onder het "Blauwe Zone"- regiem gesteld en zijn met de politie afspraken gemaakt om de "Blauwe Zone" stringenter te handhaven.

Rekening houden met het vorenstaande is het niet nodig gevonden om een nieuw parkeeronderzoek te houden en is het onderzoek van 2005 als basis gebruikt voor het recente onderzoek van Goudappel Coffeng (Parkeerbalans).