Plan: | Centrum Enter |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0189.BP2010000022-0002 |
Het centrum van Enter wordt gevormd door de Dorpsstraat die als belangrijkste verkeersader (noord-zuid) fungeert. Eveneens belangrijk zijn de oost-west lopende Rijssenseweg en Bornerbroekseweg. Aan de Dorpsstraat staat de oudste bebouwing, welke zich kenmerkt door het agrarische karakter.
Er zijn geen lange zichtlijnen naar de hoogte- en oriëntatiepunten in de straat, zoals naar de Rooms Katholieke kerk en de witte Nederlands Hervormde kerk. Deze kerken worden door open ruimte voor parkeren of tuin omzoomd. Bij de Nederlands Hervormde kerk splitst de Dorpsstraat zich.
Er is een dorpsplein, gesitueerd ongeveer tussen de kerken in. Dit plein is beplant met bomen en is omgeven door langere bebouwingswanden van een of twee verdiepingen met zadeldaken, waardoor het aan elkaar geschakelde individuele panden lijken. De Dorpsstraat bestaat uit klinkers met loopstroken die in de breedte variëren, veroorzaakt door de zeer wisselende rooilijn die vooral bij historische panden ver terug kan liggen. De gebouwen staan tevens scheef ten opzichte van elkaar en de rooilijn, vooral in het meer historische noordelijke deel van de Dorpsstraat. Op diverse plekken bevinden zich bomen. Het parkeren vindt plaats in stroken langs de rijweg. In het straatbeeld overheersen straatgerichte individuele panden met kleine openingen ertussen. Deze gebouwen zijn in maat en schaal over het algemeen in harmonie met elkaar. De functies wonen, winkels en openbare voorzieningen wisselen elkaar af. Rondom de Rooms-Katholieke kerk is het straatbeeld grootschaliger door de grote parkeerplaats, de forse gebouwen er omheen en door het tegenover gelegen appartementencomplex met winkels op de begane grond. Het centrum van Enter is onder te verdelen in drie delen. In het noordelijk gedeelte tot de kruising met de Rijssenseweg zijn de meeste historische panden te vinden. Het middendeel wordt gevormd door het kernwinkelgebied dat zich tussen de Rijssenseweg en Roetgerink bevindt. Het deel ten zuiden van Roetgerink kent overwegend een woonfunctie.
Het gevarieerde bebouwingsbeeld wordt mede bepaald door de individuele bebouwing uit verschillende tijden, de variatie in gerichtheid ten opzichte van de weg en de verspringingen in rooilijn.
De panden bestaan over het algemeen uit één of twee bouwlagen met een kap, waarbij voor historische panden vaak geldt dat deze zijn uitgevoerd in één bouwlaag met een variatie in dakhelling en dakvorm, waaronder zadel-, wolfseind- en afgeplat schilddak.
Licht verticale gevelopeningen overheersen, met uitzondering van bebouwing waarin op de begane grond een winkel is gevestigd, Op die plekken is de pui veelal veranderd ten behoeve van deze functie.
De gevels zijn veelal opgetrokken uit aardkleurige baksteen. De dakpannen variëren in kleur (rood, donkergrijs). In het centrum zijn de kozijnen crèmekleurig en de ramen en deuren meestal donkergroen. Voorkomende details zijn siermetselwerk, windveren, daklijsten, gootklossen, plinten, luiken, muurankers en roedeverdeelde ramen.