direct naar inhoud van Hoofdstuk 6 Uitvoerbaarheid
Plan: De Berghorst
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0189.BP2009000004-VA01

Hoofdstuk 6 Uitvoerbaarheid

Conform artikel 3.1.6. van het Besluit ruimtelijke ordening dient een onderzoek te worden verricht naar de uitvoerbaarheid van het plan.

Per 1 juli 2008 zijn de Wet ruimtelijke ordening (Wro) en het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) in werking getreden. Onderdeel van de Wro is een gemengd stelsel met een publiekrechtelijk en een privaatrechtelijk spoor, dat voorziet in kostenverhaal, binnenplanse verevening en de mogelijkheid tot het stellen van locatie-eisen. Dit stelsel is opgenomen als afdeling 6.4 in de Wro en ook wel bekend als de zogenaamde Grondexploitatiewet.

De Grondexploitatiewet geeft gemeenten de mogelijkheid en verplichting om de kosten van grondexploitaties te verhalen op en te verdelen tussen de grondeigenaren in het plangebied. Daarnaast biedt het stelsel gemeenten de mogelijkheid om eisen te stellen aan de kwaliteit van de inrichting van het gebied en de fasering van de ontwikkeling. Uitgangspunt daarbij is, dat een grondeigenaar in beginsel de mogelijkheid heeft om zijn eigen perceel te ontwikkelen.

Als onderdeel van het publiekrechtelijke spoor moet de gemeente een exploitatieplan opstellen. Dit exploitatieplan is een nieuwe planfiguur dat de grondslag biedt voor het publiekrechtelijke kostenverhaal en de noodzakelijke locatie-eisen.

Bij een viertal ruimtelijke besluiten kan het nodig zijn om een exploitatieplan vast te stellen, namelijk de vaststelling van:

  • een bestemmingsplan;
  • een wijzigingsplan;
  • een projectbesluit;
  • een projectafwijkingsbesluit.

Het exploitatieplan "De Berghorst" is gekoppeld aan het bestemmingsplan "De Berghorst". Het exploitatieplan wordt c.q. is gelijktijdig met (in dit geval) het bestemmingsplan vastgesteld en bekendgemaakt (art. 6.12 lid 4 Wro).