Plan: | Havens |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0184.BP2013Havens-0301 |
Structuurvisie Urk 2025+
Op 24 juni 2003 heeft de raad de Structuurvisie Urk 2025+ “de bakens verzet” vastgesteld. Het vertrekpunt van deze visie is dat Urkers willen wonen op Urk nu en in de toekomst. Dit betekent dat er voldoende ruimte binnen de eigen gemeentegrens moet zijn én blijven om te wonen, te werken en te recreëren. Voor het gebied rond het Oude Dorp en de haven – is een integrale, meer gedetailleerde visie uitgewerkt, het Masterplan Hart van Urk.
Figuur 2.4 Ontwikkelrichtingen gemeente Urk (bron: Structuurvisie Urk 2025+)
Het bestemmingsplangebied 'Havens' bestaat uit bedrijvengebied en recreatie. Het werkgebied is in de structuurvisie 2030 aangegeven als 'bedrijven'.
Figuur 2.5 Economische ontwikkeling gemeente Urk, plangebied Havens is indicatief rood omlijnd (bron: Structuurvisie Urk 2025+)
Urk streeft naar een vermindering van het benodigd oppervlak met 10% door:
Masterplan Hart van Urk
In de ruimtelijke visie Masterplan Hart van Urk uit 2004 is beschreven hoe het havengebied en delen van het oude Urk worden ontwikkeld, met name de grond van het voormalige gebouw van de visafslag. De Oost- en Westhaven zijn primair bedoeld voor de recreatievaart, uitgezonderd schepen van en naar de kleine werf van Metz. De Nieuwe haven is bedoeld voor beroeps- en grote recreatievaart.
Tevens wordt aangegeven wat de komende jaren de ontwikkelrichting voor Urk zal moeten zijn. Met de voorbereiding van een nieuwe structuurvisie wordt ook een nieuw Masterplan c.q. projectenboek voorbereid.
Zoals eerder gesteld is dit bestemmingsplan conserverend van aard. De ruimtelijke visie uit het Masterplan is in dit bestemmingsplan dan ook niet planologisch vertaald. Wel is met enkele onderdelen uit het Masterplan rekening gehouden.
In het bestemmingsplan is voor de havens het uitgangspunt dat de Oost- en Westhaven primair bedoeld zijn voor de recreatievaart, uitgezonderd schepen van en naar de kleine werf van Metz. De Nieuwe Haven is bedoeld voor beroeps- en grote recreatievaart.
Om de waterrecreant langer aan Urk te binden, is meer luxe nodig dan de huidige sanitaire voorzieningen. Daarom is de mogelijkheid opgenomen van een centraal in het havengebied gelegen 'havenpaviljoen'. Dit moet een architectonisch hoogwaardig object worden.
Conclusie
In het kader van dit conserverend bestemmingsplan is slechts met een beperkt aantal elementen uit het Masterplan rekening gehouden.
Detailhandelsnota 2002
Op 10 oktober 2002 is de Detailhandelsnota vastgesteld door de gemeenteraad. De nota gaat in op de positionering van winkelcentra onderling en geeft een gemeentelijke visie op de winkelgebieden. Het grootste gedeelte van het plangebied maakt geen deel uit van een van de vier benoemde kernwinkelgebieden. Het gebied rond de Klifweg is een winkel concentratiegebied en maakt deels onderdeel uit van kernwinkelgebied ´Oude dorp´.
Daarnaast is binnen het plangebied wel sprake van verspreide bewinkeling. Het beleid is gericht op afbouw van de detailhandel buiten de winkelgebieden, zij het meestal niet actief. Aanvragen voor winkelvestiging buiten de concentraties zullen niet worden gehonoreerd.
De verspreid aanwezige kleinschalige winkels kunnen in een aantal gevallen een bijdrage leveren aan de levendigheid en zijn in het algemeen niet bedreigend voor de beoogde structuur. Meer grootschalige winkels kunnen dat wel zijn en daarom moet worden voorkomen dat, bijvoorbeeld door samenvoeging van panden, grotere units ontstaan.
Als hoofdpunten van het gemeentelijk detailhandelsbeleid voor verspreide bewinkeling worden genoemd:
Ten aanzien van grootschalige detailhandel wordt gestreefd naar concentratie. Voor een aantal branches noodzaken aard en ruimtebeslag tot een keuze voor vestiging op een bedrijventerrein.
Als hoofdpunten van het gemeentelijk detailhandelsbeleid voor grootschalige detailhandel worden genoemd:
Conclusie
Binnen het plangebied is de Klifweg aangemerkt als concentratiegebied dat aansluit op het historisch hoofdwinkelcentrum van het Oude Dorp. Daarnaast is er in het plan één uitzondering gemaakt voor een bestaande detailhandelslocatie die elders in het plangebied gevestigd is.
Gemeentelijke Vestigings Visie
Op 26 april 2007 heeft de gemeenteraad de Gemeentelijke Vestings Visie (GVV) vastgesteld. In het GVV wordt een beeld gegeven van de huidige en toekomstige vestigings- en werklocaties.
Ten aanzien van de Haven is het beleid gericht op het handhaven van de visserij en werkhaven. De scheepswerf(ven), de machinefabriek en de IJsselmeervisserijbedrijven blijven in dit gebied gevestigd.
Het streven is in dit gebied de recreatieve functies te versterken met op termijn de mogelijkheid van een strandpaviljoen en detailhandel. Bij verder ontwikkeling van het gebied zullen er een nieuwe ontsluitingsweg en voldoende parkeergelegenheid aangelegd moeten worden.
Voor Lemsterhoek gaat de GVV uit van het creëren van een gemengd woonwerkmilieu, waarbij bedrijven tot en met categorie 2 mogelijk zijn. In het plangebied zijn, vanuit het verleden, tevens (bedrijfs)woningen aanwezig. Om het gebied om te vormen tot een woonwerkmilieu is het beleid erop gericht enkele visverwerkende bedrijven uit te plaatsen.
Ook Kamperhoek West is een herstructureringslocatie, waar bedrijven tot en met categorie 3 zich kunnen vestigen. Ook voorzieningen in combinatie met een woonfunctie zijn mogelijk. Als categorie 4 bedrijven zijn uitgeplaatst, kan de woonfunctie uitgebreid worden. Er wordt een stedenbouwkundig plan opgesteld waarin aandacht is voor het uitplaatsen van de visverwerkende bedrijven.
Conclusie
Zoals eerder gesteld is het bestemmingsplan Havens conserverend van aard. Daar waar nu al mogelijk, is het beleid zoals verwoord in de GVV in het bestemmingsplan opgenomen. Zo is voor Lemsterhoek het uitgangspunt dat verschillende functies binnen de bedrijvenbestemming mogelijk zijn. Het gebied kan als overgangsgebied worden aangemerkt dat onderweg is naar een gebied waar meerdere functies naast elkaar bestaan. Het gebied is daarom ook aangemerkt als functiemengingsgebied.
Voor de Haven zijn vooralsnog de huidige bestemmingen opgenomen, waarbij de belangrijke beleidsuitgangspunten uit de GVV zijn overgenomen, namelijk het handhaven van de scheepswerven, de machinefabriek en de Visafslag voor de IJsselmeervisserij.
Voor Kamperhoek West is in dit bestemmingsplan een begin gemaakt met de herstructureringsopgave waarbij voor de kleine visverwerkende bedrijven een uitsterfregeling is opgenomen. Als deze bedrijfsactiviteiten voor een periode van zes maanden zijn gestaakt, zijn deze activiteiten niet meer toegestaan. Ook zijn in een deel van het gebied woonwerklocaties mogelijk.
Voor vele onderwerpen uit de GVV is een nadere (stedenbouwkundige) uitwerking nodig die dit conserverende bestemmingsplan te boven gaan. Deze uitwerking wordt in de Structuurvisie voor Urk opgenomen. Deze geactualiseerde Structuurvisie wordt naar verwachting in de loop van 2013 vastgesteld.
Programma Zuiderzeelijngelden
Begin 2012 is het programma voor de besteding van de ZuiderZeeLijngelden van Noordelijk Flevoland (ZZL gelden) vastgesteld. Deze gelden vormen het alternatief dat het Rijk Noordoost-Nederland heeft geboden toen zij besloot om de Zuiderzeelijn niet aan te leggen.
Het beschikbare subsidieplafond bedraagt 21,5 miljoen euro en is bestemd voor economische versterking van het gebied. Dit programma is opgesteld door de provincie Flevoland, de gemeente Noordoostpolder en de gemeente Urk. Het programma bestaat uit drie hoofdmaatregelen. Dit zijn het versterken van innovatief potentieel en ondernemerschap, het verbeteren van het arbeidspotentieel, de diversiteit van het MKB en het vestigingsklimaat en het versterken en uitbreiden van het toeristisch potentieel.
Conclusie
Alhoewel het huidige bestemmingsplan conserverend van karakter is, zouden subsidiegelden bijvoorbeeld wel ten gunste kunnen komen van de in het plangebied gevestigde bedrijven, infrastructurele verbeteringen en het toeristisch attractiever maken van het havengebied.
Nota economisch beleid 2012-2016
Eind 2012 is de Nota economisch beleid 2012-2016 vastgesteld. In de nota zijn economische thema's en strategische speerpunten geformuleerd. Er wordt een sterkte-zwakte analyse van de economische structuur van Urk gemaakt, gebaseerd op de onderdelen ruimte om te ondernemen en bereikbaarheid; economische structuur en dynamiek; arbeidsmarkt; en samenwerking en organisatie. Dit is de basis voor een visie en negen economische thema's, die in een uitvoeringsprogramma worden uitgewerkt. Hierin wordt beschreven op welke wijze de economische thema's ten uitvoer worden gebracht.
Conclusie
Voor zover mogelijk is binnen de plangrenzen en in het kader van een conserverend bestemmingsplan rekening gehouden met deze Nota.
Welstandsnota en Beeldkwaliteitplan Urk 2004
De raad heeft op 24 juni 2004 de Welstandsnota Urk 2004 en het Beeldkwaliteitplan Urk 2004 vastgesteld. De aanleiding hiertoe vormde ondermeer de wens voor een status beschermd dorpsgezicht voor het Oude Dorp en het actualiseren van het uit 1992 stammende beeldkwaliteitplan. Het plan geeft in woord en beeld voor verschillende schaalniveaus de uitgangspunten. Het is een op locatie en situatie afgestemd referentiekader voor de architectonische en stedenbouwkundige vormgeving.
De grondslag voor de ontwikkeling van de welstandsnota is een inventarisatie, analyse en evaluatie van de ruimtelijke kwaliteit van de bestaande gebouwde omgeving. Een welstandsnota vormt een aanvulling op de bestaande gemeentelijke instrumenten als het bestemmingsplan, dat op het gebruik en ruimtebeslag is gericht. Het belangrijkste doel van de welstandsnota is de ruimtelijke kwaliteit. In het beeldkwaliteitplan wordt bijvoorbeeld het materiaal- en kleurgebruik beschreven en worden aanbevelingen gegeven voor het voeren van ruimtelijk beleid in de kom van Urk. In het oude gedeelte van Urk worden hogere eisen gesteld aan de leef- en omgevingskwaliteit. De criteria uit de welstandsnota vormen de basis voor het aanwijzingsvoorstel voor het beschermd dorpsgezicht.
Figuur 2.6 Markante zichtlijnen (Beeldkwaliteitsplan Urk 2004)
Conclusie
De Welstandsnota en het beeldkwaliteitsplan dienen als referentiekader als nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen zich voor doen. Dit bestemmingsplan heeft een conserverend karakter, er worden geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk gemaakt die moeten worden getoetst aan het referentiekader.
Woonvisie 2008+
Op 27 november 2008 heeft de raad de Woonvisie 2008+ vastgesteld. Deze visie is tot stand gekomen in nauw overleg met de christelijke woonstichting Patrimonium. In deze visie zijn ondermeer tussen de gemeente en deze stichting onderling prestatieafspraken gemaakt om invulling te geven aan de woonopgaaf die er voor Urk ligt. Zo bedraagt de woningbehoefte voor de eerste tien jaar vanaf 2008 125 woningen per jaar.
Op dit moment werkt de gemeente Urk aan een actualisatie van het woonbeleid. Naar verwachting wordt het geactualiseerde woonbeleid in de loop van 2013 vastgesteld.
Conclusie
In dit bestemmingsplan, dat een conserverend karakter heeft, is van belang wat in de Woonvisie over de bestaande woningvoorraad wordt gezegd. De kwaliteit voor geheel Urk is over het algemeen goed te noemen, daarbij wordt niet ingezoomd op het betreffende plangebied.
Beleidsregel wonen en werken aan huis gemeente Urk 2008
De gemeente heeft deze beleidsregel in 2004 vastgesteld en in 2007 en 2008 geactualiseerd. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen aan huis gebonden (vrije) beroepen en bedrijven. Voor vrije beroepen is geen omgevingsvergunning benodigd mits aan de criteria wordt voldaan. Voor kleinschalige bedrijfsmatige aan huis gebonden activiteiten kan, mits aan een aantal hiervoor geldende criteria wordt voldaan, middels een afwijking een omgevingsvergunning worden verleend.
Conclusie
In het bestemmingsplan is de regeling verwerkt in de bestemmingen Wonen.
Integraal Horecabeleid Urk
Sedert 2002 kent de gemeente een integraal horecabeleid vastgelegd in de nota Integraal horecabeleid Urk. De centrale doelstelling van de nota is het verbeteren van de kwaliteit van de horeca in Urk ten behoeve van de gemeente als geheel als wel ten behoeve van de horecasector in Urk. Hierbij wordt kwaliteit onderscheiden in een goede ruimtelijke kwaliteit, een goede kwaliteit van de horecasector zelf, een horecastructuur zonder overlast en een horecastructuur waarbij geen sprake is van verstoring van de openbare orde en andere overlastsituaties.
Vanuit ruimtelijk-economisch perspectief wordt in de Nota aandacht geschonken aan een onderzoek naar de horecabehoefte, uitgangspunten met betrekking tot een wenselijk horecabeleid, de kwaliteit en diversiteit van het horeca-aanbod, de spreiding ervan over het dorp Urk, het terrassenbeleid, het versterken van de professionaliteit en het legaliseren en saneren van niet gereguleerde voorzieningen.
Conclusie
In het plangebied zijn verspreid verschillende horecabedrijven gelegen. In dit bestemmingsplan wordt bestaande horeca positief bestemd. Horeca is ingedeeld in vier categorieën gebaseerd op de te verwachten overlast.
Nota Toerisme en Recreatie 2012-2019
Op 26 april 2012 is de beleidsnota Toerisme en Recreatie 2012-2019 vastgesteld. Hierin is een beleidsvisie opgesteld voor de toeristisch-recreatieve sector voor de komende jaren. De nota richt zich op de thema’s Visserij, Cultuur & Historie en Water & Natuur. Vijf speerpunten worden beschreven die ertoe moeten leiden dat de werkgelegenheid in de toeristische sector op Urk jaarlijks met 5% groeit.
Conclusie
Voor zover mogelijk binnen de plangrenzen en in het kader van een conserverend bestemmingsplan is met deze Nota rekening gehouden.
Verkeer en parkeren
De gemeente Urk bereidt momenteel een Parkeerbeleidsplan voor. Bij het opstellen van bestemmingsplannen en de bouwverordening worden parkeernormen gehanteerd als norm voor het minimum aantal te realiseren parkeerplaatsen voor een gebouw of functie binnen een plangebied. Daarbij gaat het om nieuw te realiseren bestemmingen. Bij bestaande bebouwing blijft de parkeernorm gehandhaafd die bij het vaststellen van het oorspronkelijke bestemmingsplan is vastgesteld.
Wanneer door een in- of uitbreidingsplan de hoeveelheid woningen, winkels of kantoren toeneemt, neemt ook de parkeerdruk toe. Bij in- en uitbreidingsplannen wordt een dwingende parkeernorm opgelegd.
Visie 'verkeren in het oude dorp'
Het College van B&W wil graag inzicht krijgen in de problemen, zoals die door ondernemers in het Oude Dorp worden ervaren op het gebied van verkeer en vervoer. Om hier achter te komen zijn bijeenkomsten georganiseerd met betrokkenen.
De doelstelling van ´verkeren in het oude dorp´ is een betere en duurzamere verkeerssituatie in het oude dorp. Er zijn drie thema´s benoemd; parkeren, inrichting gebieden en zwaar verkeer.
Er is een tekort van 250 parkeerplaatsen geconstateerd in het oude dorp. Om dit op te lossen zijn er maatregelen aangekondigd zoals het uitbreiden van parkeerterrein Slikhoogte met 88 parkeerplaatsen naar 140 parkeerplaatsen in totaal. Verder is het haventerrein in beeld als oplossing voor het parkeerprobleem in het oude dorp. Als het haventerrein wordt bebouwd zal een andere locatie moeten worden gevonden voor de 200 parkeerplaatsen en de 22 camperplaatsen. Hiervoor is Lemsterhoek in beeld en verder kan er rond de Singel meer parkeergelegenheid worden gecreëerd.
Om het parkeren te reguleren is een maatregel om de blauwe zone van het uit te breiden winkelgebied uit te breiden met de westhavenkade en de bewegwijzering voor parkeren en toeristen te verbeteren zodat er buiten het oude dorp wordt geparkeerd. Verder wordt gekozen voor een vergunningenstelsel waarbij elke woning en elk bedrijf één vergunning krijgt.
Inrichting van gebieden moet passen bij de functie die een gebied heeft. Voor het winkelgebied wordt gesteld dat dit een verblijfsgebied is waar de auto te gast is en waar geen fysieke trottoirs zijn. Ook zal het stallen van fietsen beter wordt gefaciliteerd. Er wordt voorgesteld eenrichtingsverkeer in te stellen zodat er duidelijke routes ontstaan voor parkeren en toeristen. Verder wordt het dorp gesloten verklaard voor voertuigen langer dan 6 meter. Tenslotte is het instellen van handhaving op de blauwe zone en het parkeergedrag een maatregel.
Conclusie
Het bestemmingsplan sluit zoveel mogelijk aan bij de visie 'Verkeren in het dorp'. In het bestemmingsplan is geen parkeernorm opgenomen.