direct naar inhoud van Artikel 13 Recreatie
Plan: Emmeloord, Noord en Oost
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0171.BP00484-VS01

Artikel 13 Recreatie

13.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ' Recreatie ' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. recreatieve doeleinden;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' , tevens het wonen in een bedrijfswoning;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'haven', tevens een (jacht)haven voor pleziervaartuigen, met als ondergeschikte functies de daarbijbehorende horeca en detailhandel;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'kampeerterrein', tevens kamperen in kampeermiddelen en trekkershutten, met als ondergeschikte functies horeca en detailhandel;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'kinderboerderij', tevens een kinderboerderij, met als ondergeschikte functies de daarbijbehorende horeca en detailhandel;
  • f. evenementen;

met daarbijbehorende:

  • g. gebouwen, een bedrijfswoning en bijbehorende bouwwerken daar niet onder begrepen, tenzij anders in dit plan is geregeld;
  • h. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • i. andere-werken;
  • j. watergangen en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • k. nutsvoorzieningen;
  • l. groenvoorzieningen.
13.2 Bouwregels

Binnen deze bestemming mogen bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende bepalingen.

13.2.1 Gebouwen

Voor gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. een gebouw dient binnen een bouwvlak te worden gebouwd;
  • b. een gebouw waarbij gelet op de omvang of functie daarvan ruimte nodig is voor het parkeren of stallen van motorvoertuigen mag alleen worden gebouwd indien uit de aanvraag om omgevingsvergunning blijkt dat voldoende parkeer- of stallingsruimte wordt gerealiseerd;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' mag de goothoogte en de bouwhoogte niet meer bedragen dan de aangegeven hoogte;
  • d. in afwijking van het bepaalde onder a mag één gemeenschappelijk gebouw met een oppervlakte van niet meer dan 25 m² worden gebouwd;
  • e. in afwijking van het bepaalde onder a mogen ter plaatse van de aanduiding 'kinderboerderij' gebouwen worden gebouwd van een oppervlakte van elk niet meer dan 50 m² en totaal niet meer dan 250 m² , een goothoogte van niet meer dan 2 m en een bouwhoogte van niet meer dan 3,5 m;
  • f. in afwijking van het bepaalde onder a geldt ter plaatse van de aanduiding 'kampeerterrein' dat ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage (%)' het bebouwingspercentage van het bestemmingsplan niet meer mag bedragen dan het aangeduide percentage.
13.2.2 Bedrijfswoningen

Voor een bedrijfswoning gelden de volgende regels:

  • a. de inhoud mag niet meer dan 600 m³ bedragen;
  • b. de goothoogte mag niet meer dan 6 m bedragen.
13.2.3 Bijbehorende bouwwerken bij een bedrijfswoning

Voor een bijbehorend bouwwerk bij een bedrijfswoning gelden de volgende regels:

  • a. de gezamenlijke oppervlakte mag per bedrijfswoning niet meer dan 40 m² bedragen;
  • b. de goothoogte mag niet meer dan 3,5 m bedragen.
13.2.4 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor een bouwwerk, geen gebouw zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van licht- en vlaggenmasten mag niet meer dan 18 m bedragen;
  • b. in overige gevallen mag de bouwhoogte niet meer dan 2 m bedragen.