Plan: | Ens |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0171.BP00483-VS01 |
Archeologische waarden worden in toenemende mate in de planvorming betrokken. Een instrument hiervoor is de Archeologische monumentenkaart (AMK), hierop zijn de bekende en gewaardeerde vindplaatsen aangegeven. Er zijn in het plangebied geen archeologische monumenten bekend.
Complementair aan deze kaart zijn de Indicatieve Kaart van Archeologische Waarden (IKAW) en de Archeologische Basis- en Beleidsadvieskaart (ABB) voor het grondgebied van Noordoostpolder. Op de speciaal voor de gemeente Noordoostpolder in 2007 ontwikkelde beleidskaart is aangegeven welke gebieden een hoge, een gematigde, dan wel een lage verwachtingskans op archeologische vondsten hebben. Verder is op de kaart aangegeven waar zich scheepswrakken bevinden en welke gebieden een archeologisch monument betreffen.
De door de gemeenteraad vastgestelde ABB geeft aan in welke gebieden er onderzoek gedaan moet worden en in welke gebieden onderzoek achterwege kan blijven. Uit de kaart blijkt dat in het oosten van het (bestemmings)plangebied een strook grond gelegen is met een hoge archeologische verwachtingswaarde. In deze gebieden geldt op basis van geologische en bodemkundige opbouw en aangetroffen archeologische vondsten en relicten een hoge archeologische verwachting. Dat wil zeggen dat in deze gebieden sprake is van een hoge concentratie archeologische vindplaatsen met goede conserveringsomstandigheden. De kans op het aantreffen van archeologische vondsten bij bodemingrepen is dus zeer groot. Dit gebied zal worden beschermd door een aanlegvergunningstelsel. Een aanlegvergunning kan enkel worden verleend als uit een nader onderzoek blijkt dat geen sprake is van archeologische waarden of dat geen archeologische waarden worden aangetast.
Voor het overgrote deel van het plangebied geldt op basis van geologische en bodemkundige opbouw, en aangetroffen archeologische vondsten en relicten, een middelhoge archeologische verwachting. Deze zones en gebieden waren net als de gebieden met een hoge verwachting in principe geschikt voor bewoning, echter de conserveringsomstandigheden zijn hier minder gunstig. In deze gebieden is de dichtheid aan vindplaatsen beduidend lager dan in de gebieden met een hoge verwachting. Ook dit gebied wordt beschermd door een aanlegvergunningstelsel.
Tenslotte is met name in het westen van het plangebied nog een gedeelte waar een lage verwachtingswaarde geldt. Voor dit gebied geldt geen aanlegvergunningstelsel en zijn geen voorwaarden opgenomen voor bouwvergunningverlening.
Voor het bedrijventerrein Ens is in 2002 een inventariserend archeologisch onderzoek (verkenning) uitgevoerd. Tijdens het onderzoek zijn geen aanwijzingen gevonden voor de aanwezigheid van archeologische resten.
Uitsnede Archeologische Basis- en beleidsadvieskaart, 2007
Voorliggend bestemmingsplan betreft in hoofdzaak een consoliderend plan en in beginsel gericht op het regelen van de bestaande functies in het plangebied.