| Plan: | Creil-Oost fase 2 |
|---|---|
| Status: | vastgesteld |
| Plantype: | bestemmingsplan |
| IMRO-idn: | NL.IMRO.0171.BP00457-VS01 |
De stedenbouwkundige opzet zoals die destijds is neergelegd in het bestemmingsplan Creil-Oost fase 1, ging voor fase 2 nog uit van het volgende woningbouwprogramma:
In 2004 is de 'Visie Woonplanning voor dorpen in Noordoostpolder' (VWP) vastgesteld. Hierin is voor het dorp Creil de volgende indicatieve onderverdeling naar woningtypen vastgesteld:
Omdat Creil is aangewezen als een zorgclusterdorp is in de gewenste nieuwbouwprogrammering ook gestapelde bouw voor de huisvesting van met name senioren opgenomen. In dat verband is naast het zorgsteunpunt 'Het Saalicon' op de vrijgekomen schoollocatie in de dorpskern van Creil onlangs voorzien in appartementenbouw. Om deze reden kan gestapelde (appartementen)bouw in de nieuwbouwwijk achterwege blijven.
Wel zou vanuit de zorgclustergedachte in een extra aanbod aan seniorenhuisvesting kunnen worden voorzien. Dit kan door levensloopbestendige rijenwoningen te bouwen en/of door bijzondere woonvormen op de hoeken of in het midden van blokken rijenwoningen te realiseren. Al dan niet met een extra bouwlaag. Dit kan bijvoorbeeld door woningen te bouwen met de uitstraling van een rijenwoning met op elke bouwlaag een wooneenheid, waarvan in ieder geval de wooneenheden op de begane grond geschikt zijn voor seniorenhuisvesting.
Vanuit deze wens wordt voorgesteld om af te wijken van de VWP, door de gestapelde bouw te vervangen door rijtjeswoningen. Temeer omdat er markttechnisch momenteel een grote vraag is naar rijenwoningen, die ook geschikt zijn voor starters en doorstromers vanuit een huurwoning. Ook de onderzoeksbevindingen van Ecorys Research and Consulting, "quick scan Emmelhage", geven aanleiding tot een programmatische bijstelling van het oorspronkelijke woningbouwprogramma, zoals in de proeve van verkaveling in november 1999 is vastgelegd. Gelet op de huishoudensinkomes zal de komende periode extra aandacht aan de bouw van goedkope woningen moeten worden gegeven.
Om diezelfde reden zouden een aantal 2/1 kappers moeten worden gewijzigd in rijenwoningen, waardoor de volgende onderverdeling naar woningcategorieën ontstaat:
Of deze percentages en aantallen daadwerkelijk gerealiseerd kunnen worden is afhankelijk van de stedenbouwkundige opzet die gekozen wordt voor het plangebied. In hoofstuk 3 is toegelicht dat, met de omvang van het plangebied en de gekozen stedenbouwkundige verkaveling, een totaal van ca. 55 woningen gerealiseerd kunnen worden.
De indicatieve verdeling tussen huurwoningen en koopwoningen bedraagt voor het zorgclusterdorp Creil circa 30 % huurwoningen en 70 % koopwoningen
Volgens de woningbouwplanning voor de komende jaren zullen de eerste woningen in Creil-Oost, fase 2, in 2010 worden opgeleverd. Vanaf 2010 is een jaarlijkse woningproductie van gemiddeld circa 18 woningen per jaar geprogrammeerd.
Collectief Particulier opdrachtgeverschap
De gemeente wil de consument eerder en beter bij de bouw betrekken, ook bij de projectmatige bouw. Naast individueel particulier opdrachtgeverschap in de vorm van de uitgifte van kavels aan particulieren, kan dit bijvoorbeeld door het aanwijzen van een of meerdere locaties voor Collectief Particulier Opdrachtgeverschap. Daarbij hebben de toekomstige bewoners een grote mate van invloed en inbreng. De bewoners krijgen zelf zeggenschap over wat voor woningen er op de grond, die de gemeente aan hen beschikbaar stelt, gebouwd gaan worden. Omdat de essentie van CPO is, dat het te vormen collectief zelf de architect kiest en het ontwerp binnen vooraf vastgestelde kaders bepaalt, is voor deze locatie(s) een globaal bestemmingsplan vereist met een grote mate van ontwerpvrijheid en flexibiliteit. Omdat Creil een zorgclusterdorp is, zou in eerste een locatie globaal kunnen worden bestemd voor een seniorencollectief. In het gekozen ontwerp zou de locatie ingeklemd tussen de Jan Asselijn en het verlengde van de Albert Cuyp hiervoor geschikt zijn.