5.3.1 Nevenactiviteiten
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.1, onder b, voor zover het betreft het gebruik van bestaande gebouwen voor de volgende nevenactiviteiten:
-
a. ambachtelijke landbouwproducten verwerkende bedrijven, zoals een wijnmakerij, zuivelmakerij, imkerij;
-
b. aan agrarische functies verwante bedrijven, zoals een paardenpension, fouragehandel, hoefsmederij en hoveniers- en boomverzorgingsbedrijven;
-
c. ambachtelijke bedrijven, zoals een dakdekker, rietdekker, schildersbedrijf, meubelmaker, installatiebedrijf;
-
d. educatieve functies;
-
e. bezoekers- en cursuscentrum;
-
f. museum, galerie en kunsthandel;
-
g. koffie- en theeschenkerij;
-
h. dagrecreatieve voorzieningen, zoals een speeltuin en verhuur van fietsen;
-
i. kinderdagverblijf;
-
j. zorgboerderij;
-
k. andere niet-agrarische bedrijfs- en andere activiteiten, die in ruimtelijk en functioneel opzicht met de hiervoor genoemde gelijkgesteld kunnen worden;
met inachtneming van de volgende bepalingen:
-
1. de omgevingsvergunning wordt uitsluitend verleend indien ten minste 75 m2 aan bijgebouwen aanwezig is;
-
2. de gezamenlijke brutovloeroppervlakte van de gebouwen voor niet-agrarische nevenactiviteiten mag binnen eenzelfde bouwvlak niet meer dan 300 m2 bedragen;
-
3. de agrarische functie van aangrenzende, niet bij het bedrijf behorende gronden en bebouwing mag niet onevenredig worden belemmerd;
-
4. in vergelijking met het agrarische gebruik mag geen onevenredig grotere verkeersbelasting op aangrenzende wegen en paden plaatsvinden;
-
5. het parkeren dient binnen het eigen erf op eigen terrein plaats te vinden;
-
6. er mag geen opslag van goederen in de open lucht plaatsvinden;
-
7. het gebruik dient qua aard en schaal te passen bij de specifieke kwaliteiten en schaal van de omgeving, met name op het gebied van visuele aspecten, zoals reclame-uitingen en technische installaties.