direct naar inhoud van 4.2 Water
Plan: Eschmarke Zuid Oost 2010
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0153.20101372-0004

4.2 Water

Deze waterparagraaf geeft het vigerende beleid weer en beschrijft de waterhuishoudkundige situatie binnen het bestemmingsplangebied en de verwachtte wijzigingen daarin in de periode 2010-2020.

Beleid

In paragraaf 4.2.1. wordt het vigerend beleid van de gemeente Enschede, gericht op watersysteem en waterketen, beschreven. Dit beleid is opgenomen in het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP 2009-2013). Elke vier jaar schrijft de gemeente Enschede een nieuw GRP. De belangrijkste onderdelen van het vastgestelde beleid die voor watersysteem en waterketen van belang zijn voor de ontwikkeling van de stad staan in deze waterparagraaf.

Beschrijving huidige situatie

De beschrijving van de huidige situatie geeft informatie over watersysteem, waterketen en eventuele aandachtspunten en knelpunten die binnen het plangebied actueel zijn.

Geprojecteerde ontwikkelingen 2010-2020

Dit onderdeel gaat in op geprojecteerde ontwikkelingen die op het moment van actualisatie bekend zijn.

Implementatie beleid

Dit onderdeel beschrijft op welke wijze het waterbeleid vorm krijgt binnen de geprojecteerde ontwikkelingen.

Naast de toelichting, die informatie verschaft, zal een aantal onderdelen die van belang zijn voor een vitale waterhuishouding worden opgenomen op de verbeelding en/of in de regels behorend bij dit bestemmingsplan. De belangrijkste waterhuishoudkundige voorzieningen zijn op de waterkaart weergegeven.

Bestemmingsplankaart en regels

Waterhuishoudkundige voorzieningen die van essentieel belang zijn voor een vitale waterhuishouding worden op de verbeelding en in de regels vastgelegd.

4.2.1 Beleid

4.2.1.1 Waterwet

De Waterwet moderniseert en integreert de bestaande wetgeving op het gebied van waterbeheer. Uitgangspunten van de Waterwet zijn integraal waterbeheer en de watersysteembenadering, volgens welke het waterbeheer zich niet alleen richt op het water als zodanig, maar ook op ecologische en infrastructurele aquatische systemen, met inbegrip van de bodem, de oevers en de biologische component. Dit in wisselwerking met andere terreinen van overheidszorg als bescherming van het milieu en de zorg voor de ruimtelijke ordening.

De Waterwet regelt het beheer van oppervlaktewater en grondwater, en verbetert ook de samenhang tussen waterbeleid en ruimtelijke ordening. Daarnaast levert de Waterwet een flinke bijdrage aan kabinetsdoelstellingen, zoals vermindering van regels, vergunningstelsels en administratieve lasten. 

Met de Waterwet zijn Rijk, waterschappen, gemeenten en provincies beter uitgerust om wateroverlast, waterschaarste en waterverontreiniging tegen te gaan. Ook voorziet de wet in het toekennen van functies voor het gebruik van water zoals scheepvaart, drinkwatervoorziening, landbouw, industrie en recreatie. Afhankelijk van de functie worden eisen gesteld aan de kwaliteit en de inrichting van het watersysteem.

4.2.1.2 Watertoets

In het moderne waterbeheer (waterbeheer 21e eeuw) wordt gestreefd naar duurzame, veerkrachtige watersystemen met minimale risico's op wateroverlast of watertekorten. Door water te laten infiltreren in de bodem, en te bergen op daarvoor aangewezen plekken wordt ongecontroleerde overstroming en droogteschade voorkomen.

Belangrijk instrument hierbij is de watertoets, die wettelijk is verankerd in artikel 3.1.6 van het Besluit ruimtelijke ordening. In bestemmingplannen dient een beschrijving opgenomen te worden van de gevolgen van het plan voor de waterhuishouding. Het doel van de wettelijk verplichte watertoets is te garanderen dat waterhuishoudkundige doelstellingen expliciet en op een evenwichtige wijze in het plan worden afgewogen. Deze waterhuishoudkundige doelstellingen betreffen zowel de waterkwantiteit (veiligheid, wateroverlast, tegengaan verdroging) als de waterkwaliteit (riolering, omgang met hemelwater, lozingen op oppervlaktewater).

4.2.1.3 Waterbeleid

De Europese Kaderrichtlijn Water is richtinggevend voor de bescherming van de oppervlaktewaterkwaliteit van de landen in de Europese Unie. Aan alle oppervlaktewateren in een stroomgebied worden haalbare doelen gesteld die in 2015 moeten worden bereikt. Ruimtelijk relevant rijksbeleid is verwoord in de Vierde Nota Waterhuishouding, de Nota Ruimte en het Advies Waterbeheer 21e eeuw. In de provincie Overijssel is de in 2009 vastgestelde Omgevingsvisie richtinggevend voor waterschap en gemeenten.

Het waterschap Regge en Dinkel heeft de beleidskaders van rijk en provincie nader uitgewerkt in het vigerende waterbeheerplan. Diverse aspecten van het waterbeleid zijn verder uitgediept in afzonderlijke beleidsnota's. Voor het ruimtelijk relevante aandachtsgebied vasthouden en bergen van water is de "Beleidsnota Retentie" opgesteld. De uitgangspunten en wensen voor de inrichting en het beheer van beken en overige waterlopen zijn verwoord in de "Stroomgebied Actie Plannen (STAP)". Daarnaast is de Keur van het waterschap Regge en Dinkel een belangrijk kaderstellend instrument, waarmee in ruimtelijke plannen rekening moet worden gehouden.

Op gemeentelijk niveau zijn de Watervisie (2002), het Gemeentelijk Rioleringsplan (2009) en het Gemeentelijk Waterplan van belang voor het afwegen van waterbelangen in ruimtelijke plannen. Alle plannen zijn in overleg met het waterschap Regge en Dinkel opgesteld.

4.2.1.4 Watervisie

De “Watervisie Enschede- de blauwe aders terug in de stad” is door de gemeenteraad van Enschede vastgesteld in oktober 2002. De principes vormen de basis voor de aanpak en benadering van de waterhuishouding van Enschede en zijn afgeleid uit de richtlijnen die de rijksoverheid heeft vastgesteld voor het waterbeheer in Nederland. De missie van de watervisie is het aanzetten tot het aanpakken van problemen en het grijpen van de kansen in het stedelijk waterbeheer. Ter ondersteuning van de missie zijn in de watervisie drie doelstellingen opgenomen:

  • 1. Water moet een leidende rol vervullen bij de ruimtelijke inrichting,
  • 2. Samenwerking tussen de verschillende 'waterpartners' (bijvoorbeeld het waterschap), de gemeentelijke organisatie en samenwerking tussen de gemeente en de bewoners moet bevorderd worden,
  • 3. Water moet weer in de belevingswereld van de bewoners komen.

Om de watervisie in 2030 werkelijkheid te kunnen laten zijn, moet de visie een samenhangend geheel vormen en moeten betrokken partijen intensief met elkaar samenwerken. Het geraamte van de visie bestaat uit een viertal leidende principes, die zijn afgeleid uit de richtlijnen die de rijksoverheid heeft vastgesteld voor het waterbeheer in Nederland:

  • a. Vasthouden (infiltreren), bergen en afvoeren: regenwater dient zo min mogelijk uit het stedelijk gebied afgevoerd te worden. De achtergrond van dit principe is dat door versnelde afvoer van hemelwater stroomafwaarts problemen in de waterhuishouding ontstaan.
  • b. Herstellen van de nierwerking: het zoveel mogelijk scheiden van schone en vuile waterstromen, waarbij het schone water mogelijkheden biedt tot (her)gebruik en het vuile water afgevoerd moet worden naar de zuivering.
  • c. Een doelmatige waterketen: minimaliseren van de kosten van de keten, het minimaliseren van de negatieve effecten op het milieu en het vergroten van de dienstverlening naar de gebruiker van de waterketen.
  • d. Beleving van water: door water een expliciete rol te geven in de leefomgeving van mensen, kan de kwaliteit van de ruimtelijke inrichting worden vergroot.

De principes zijn vertaald naar een beeld voor het waterbeheer in 2030. De zogenaamde 'blauwe aders' (waterlopen) vormen de hoofdstructuur van het beeld. De rode lijn in nevenstaande figuur stelt de waterscheiding voor. De ader ten oosten van de waterscheiding (pijl 1), zorgt voor afvoer van hemelwater in het Dinkelsysteem. De aders ten westen zorgen voor afvoer van hemelwater in het Reggesysteem en het Twentekanaal. De zoekgebieden voor deze aders zijn voor een deel al ingevuld zoals de blauwe ader parallel aan de spoorlijn (pijl 3). Daarnaast is de planvorming voor de reconstructie van de Roombeek (deel van pijl 2) al in een vergevorderd stadium. De blauwe ader moet afwateren op het universiteitsterrein. Ook zijn evenwijdig aan de A35 voorzieningen getroffen voor het transport van oppervlaktewater. Hier kunnen zowel een ader uit Enschede-Zuid (pijl 6), als een ader uit het centrum (pijl 5) op aangesloten worden. De slagader vanuit het centrum naar de haven in het Twentekanaal (pijl 4) moet nog volledig gerealiseerd worden.

afbeelding "i_NL.IMRO.0153.20101372-0004_0012.jpg"

Op het niveau van de wijken en percelen dient het regenwater afgekoppeld te worden. Aanvullend dient het regenwater zoveel mogelijk binnen de wijk (stedelijk gebied) geïnfiltreerd, geborgen en zichtbaar gemaakt te worden.

4.2.1.5 Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP)

In het Gemeentelijk Rioleringsplan zijn de watertaken van de gemeente vastgelegd voor de periode 2009 tot 2013. Het GRP is door de gemeenteraad vastgesteld in maart 2009.


De gemeentelijke watertaken zijn:

  • 1. Inzamelen en transporteren van stedelijk afvalwater;
  • 2. Inzamelen en verwerken van afvloeiend hemelwater, als dit redelijkerwijs niet van particulieren kan worden verwacht;
  • 3. Voorkomen van structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand, voor zover dit niet tot de zorg van het waterschap, de provincie of particulieren behoort;

met als randvoorwaarden:

  • 4. Doelmatigheid;
  • 5. Zo min mogelijk overlast voor de omgeving;
  • 6. Zo min mogelijk nadelige gevolgen voor het milieu.


Zoals al blijkt uit de doelomschrijvingen zijn de taken van de gemeente begrensd. Zij zijn beperkt tot doelmatige zorg en een deel van de taken behoort toe aan het waterschap, de provincie en particulieren. Voor particulieren is het belangrijk om te weten wat zij van de gemeente kunnen verwachten en waar zij zelf verantwoordelijk voor zijn. Hieronder is aangegeven wat de taakopvatting van de gemeente is voor het afval-, hemel- en grondwater.

Taakopvatting afvalwater

De gemeente draagt zorg voor het inzamelen en transporteren van al het stedelijk afvalwater dat vrijkomt binnen het grondgebied van Enschede. Dit omvat al het huishoudelijk afvalwater, of een mengsel daarvan met bedrijfsafvalwater. Hierbij is wel vereist dat het afvalwater wordt aangeboden volgens de daaraan gestelde regels.

Concreet betekent dit dat de gemeente zorgt voor (vuilwater)riolering vanaf de erfgrens. Het afvalwater wordt door de gemeente naar de rioolwaterzuivering (r.w.z.i) getransporteerd. Het zuiveren van dit water is een taak van het Waterschap Regge en Dinkel.

Bij de zorg voor het afvalwater kan voor een alternatief worden gekozen, zoals een IBA (individuele behandeling afvalwater). Verder zijn er enkele gebieden waar de gemeente is vrijgesteld van de rioleringszorg. Hier hebben bewoners zelf hun afvalwaterlozing gesaneerd, meestal met een IBA.


Taakopvatting hemelwater

De gemeente zorgt voor het inzamelen en verwerken van afvloeiend hemelwater, als dit doelmatig is en redelijkerwijs niet van particulieren kan worden verwacht dat zij het hemelwater zelf verwerken. De doelmatigheid en redelijkheid is afhankelijk van:

  • het soort gebied (stedelijk versus landelijk);
  • de bestaande situatie (bestaande wijken versus in-/uitbreidingen en herinrichtingen);
  • de grootte van de percelen;
  • de mogelijkheden voor infiltratie (bodemgesteldheid);
  • de mogelijkheden voor afvoer naar oppervlaktewater;het stelseltype van de bestaande riolering (vuilwater-, gemengde of gescheiden riolering);
  • de bestaande situatie en de termijn waarbinnen de afvoersituatie kan worden aangepast.

Afkoppelen

De gemeente ziet het tevens als haar taak om het inzamelen en verwerken van hemelwater los te koppelen van het afvalwater. Dit wordt aangeduid met de term afkoppelen, ofwel: de hemelwateraansluitingen van de (vuilwater)riolering afhalen.

Taken voor particulieren

Waar de gemeente niet voor het hemelwater zorgt, moeten particulieren dit zelf doen. Dit zal worden vastgelegd in een gemeentelijke "hemelwaterverordening". Daarin wordt ook aangegeven wanneer en hoe particulieren verplicht zijn om af te koppelen of het hemelwater op een bepaalde manier aan te sluiten.

Taakopvatting grondwater

De zorgtaak voor grondwater is in de wet omschreven als: "zorg voor het in het openbaar gemeentelijke gebied treffen van maatregelen teneinde structureel nadelige gevolgen van de grondwaterstand voor de aan de grond gegeven bestemming zoveel mogelijk te voorkomen of te beperken, voor zover het treffen van die maatregelen doelmatig is en niet tot de zorg van het waterschap of de provincie behoort".

Gebiedsgericht grondwaterbeheer

De gemeente Enschede voert gebiedsgericht grondwaterbeheer uit dat leidt tot en verduurzaming van het (grond)watersysteem. In de integrale benadering worden de verschillende aspecten van het grondwatersysteem (kwantiteit, kwaliteit, winning en gebruik e.a.) in samenhang beschouwd, zie ook het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP 2009-2013).

4.2.1.6 Kaderrichtlijn Water (KRW)

In 2000 is de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) vastgesteld. De KRW beoogt de aquatische ecosystemen en waterafhankelijke terrestische natuur voor achteruitgang te behoeden, te beschermen en te verbeteren.

Een concreet doel van de KRW is een goede ecologische toestand van grond- en oppervlaktewater te bereiken. In beginsel moet dit doel in 2015 behaald zijn. De Kaderrichtlijn Water introduceert het denken in stroomgebieden. Dat gaat uit van het simpele feit dat water zich niet houdt aan lands- en bestuurlijke grenzen, maar z'n natuurlijke loop heeft binnen stroomgebieden. Om aan de voorwaarden van de KRW te kunnen voldoen, moeten waterbeheerders binnen een stroomgebied afspraken maken en samenwerken. Het doel is uiteindelijk dat er in het stroomgebied sprake is van schoon water, waarin een gevarieerd natuurlijk leven voorkomt. De KRW stelt namelijk eisen aan de chemische (geen verontreinigende stof-fen) en ecologische kwaliteit van het oppervlaktewater. In 2009 moet er één beheersplan zijn voor een heel stroomgebied.

4.2.1.7 Watersysteem Eschmarke

Algemeen

Het doel van het watersysteem Eschmarke is dat het regen- en grondwater zo lang mogelijk binnen het gebied wordt vasthouden, zodat het oorspronkelijke (grond)watersysteem zo min mogelijk wordt verstoord. Het watersysteem bestaat uit een aaneenschakeling van watergangen en vijvers, waar overtollig regen- en grondwater uit de wijken naartoe stroomt.

Het systeem functioneert op drie manieren:

  • 1. Afvoer gedurende het winterseizoen;
  • 2. Circulatie tijdens het zomerseizoen;
  • 3. Afvoerpieken/berging.

Deze drie manieren van functioneren vereisen, naast 22 vaste stuwen, een aantal regelbare kunstwerken, namelijk:

  • 2 beweegbare stuwen.
  • 2 afsluitbare knijpduikers.
  • 1 circulatiepomp
  • 1 verdeelpunt voor het circulatiegebied.

Functioneren bij afvoer (winterseizoen)

Tijdens natte perioden stroomt het oppervlaktewater samen met het grondwater vanaf de westelijk gelegen stuwwal richting het lager gelegen plangebied in de oostelijke richting af. Zodra het water in het hoofdoppervlaktesysteem zit, wordt het via de kortst mogelijke weg afgevoerd naar de Heutinkbeek of de spoorsloot, vandaar gaat het naar de Glanerbeek.

In het najaar wordt op een bepaald moment het systeem omgeschakeld naar afvoersituatie zodat de afvoer niet via het Ecopark loopt maar via de Heutinkbeek. De stuwen hebben tijdens de afvoersituatie een peil van 0,20 -0,40 m hoger dan het stuwpeil, afhankelijk van afvoer van grondwater en regenwater.

Naast watergangen liggen in het gebied een groot aantal greppels, die geen onderdeel zijn van watersysteem, maar wel een rol spelen bij de ontwatering en afwatering van het gebied. Tijdens (hevige) neerslag kan de afvoer van de greppels snel oplopen, vanwege de oppervlakkige en ondiepe afvoer van regenwater.

Functioneren bij circulatie (zomerseizoen)

Ter compensatie van de mogelijke grondwaterstanddaling als gevolg van woningbouw in de Eschmarke is een circulatiesysteem van oppervlaktewater ontworpen. Met de circulatie wordt zoveel mogelijk water in het gebied gehouden. Hiermee wordt voorkomen dat regenwater tijdens piekbuien gelijk wordt afgevoerd en tijdens droge perioden vijvers en watergangen droogvallen.

Het omschakelen van afvoer naar circulatie zal op een bepaald moment in het voorjaar zijn. Het water uit de watergangen en vijvers stroomt met behulp van stuwtjes en andere voorzieningen af naar de vijver in de wijk Voskamp. In de tussentijd heeft het water kunnen infiltreren en verdampen. De circulatiepomp wordt aangezet (streefpeil 37,9 m + NAP). Vanuit de vijver Voskamp wordt het water opgepompt naar de hoogst gelegen watergang (westzijde Eschmarkerveld) van het watersysteem. Het water vanuit Eschmarkerveld kan, door het Ecopark, naar de vijver in Eilermarke stromen. In stuw 16 worden schotbalkjes geplaatst in de opening van 20 x 20 cm. In stuw 19 worden schotbalkjes geplaatst in de opening van 60 x 70 cm. Ook tijdens circulatie zal een deel van het oppervlaktewater afstromen naar de Heutinkbeek en spoorsloot. Echter met de duikers en stuwen wordt voorkomen dat er teveel water in ongewenste richting wordt afgevoerd. Tijdens extreme droogte, wanneer het peil in de vijver Voskamp te laag staat, zal de circulatiepomp niet werken. Hoe vaak dit gebeurd is niet duidelijk. Wel zullen de duikers en stuwen tijdens het stilstaan van de pomp zorgen dat het regenwater voor een groot deel binnen het gebied wordt opgevangen en langzaam afstroomt naar de Heutinkbeek, de spoorsloot en de vijver Voskamp.

Tijdens circulatie staat het peil bij de stuwen ongeveer 20 cm hoger dan het stuwpeil, behalve bij de drie stuwen in de Heutinkbeek. Die zijn namelijk uitgevoerd als een bodemval waardoor het water minder hoog wordt opgestuwd. Via de stuw in de Heutinkbeek (stuw 8) stroomt een kleine basisafvoer. Is het aanbod van water groter dan dit minimum, dan wordt er vanzelf water via het circulatiesysteem gestuurd.

Berging en extreme afvoerpieken

Om de piekafvoer van regenwater, afkomstig van de verharde oppervlakken te bergen wordt ruimte voor berging gecreëerd. De helft van de berging zit in de wijken zelf (greppels, wadi's). De andere helft zit in de vijvers en watergangen van het watersysteem. Het overtollige regen- en grondwater wordt vertraagd afgevoerd naar de Spoorsloot en de Heutinkbeek. Dat gebeurt zonder het ontstaan van onaanvaardbare peilstijgingingen in de wijken. Met de berging wordt de versnelde afvoer dus tegengegaan. Het effect hiervan is dat de piekafvoeren uit de wijk bij extreme neerslag zullen afvlakken en stroomafwaarts dus niet voor problemen zorgen. Daarnaast zakt het waterpeil in de watergangen en vijvers minder snel weg. En ten derde krijgt het water meer tijd om te infiltreren en te verdampen. Daarmee wordt het grondwater aangevuld en is de kans op verlagingen van de grondwaterstand en verdroging van de omliggende natuurgebieden kleiner.

4.2.2 Huidige waterhuishoudkundige situatie

Het gebied van het bestemmingsplan Eschmarke Zuid Oost is circa 90 hectare groot en bestaat uit de deelgebieden Oikos, Beekveld, de Driehoek en Eilermarke en het gebied ten noorden van Eilermarke tussen de Ekersdijk en de Gronausestraat. De zuidelijke grens loopt door het buitengebied.

afbeelding "i_NL.IMRO.0153.20101372-0004_0013.jpg"
Figuur 1: bestemmingsplangebied

Maaiveld

In onderstaande figuur is het maaiveldverloop weergegeven. Het maaiveld loopt van circa 42 meter NAP in het westen tot circa 38 meter in het oosten.

afbeelding "i_NL.IMRO.0153.20101372-0004_0014.jpg" afbeelding "i_NL.IMRO.0153.20101372-0004_0015.jpg"

Fig.2 Maaiveldverloop [bron: VI, rioolputhoogte gemeente Enschede]

Bodem en geohydrologie

Bodemopbouw voor ontwikkeling

Oikos

[bron: Onderzoek bodemopbouw Woonwijk “De Eschmarke”, Enschede, september 1994, Tauw]

De diepte van de keileemlaag ligt overwegend meer dan 1,5 m onder het maaiveld en de doorlatendheid varieert tussen 2-4 m per dag.

Beekveld

[bron: Onderzoek bodemopbouw Woonwijk “De Eschmarke”, Enschede, september 1994, Tauw]

De diepte van de keileemlaag ligt overwegend meer dan 1,5 m onder het maaiveld. Tussen de Berkenven, de Broekheenseweg, de Heutinkbeek en de Glanerbeek komt het keileem tot ca. 0,5 m onder het maaiveld (voor aanleg van de wijk) en de doorlatendheid varieert tussen 0-6 m/dag.

Eilermarke

[bron: Detailontwerp watersysteem Deelgebied 3, Eilermarke Grontmij februari 2001]

De bodem bestaat uit een zandige toplaag met daaronder op verschillende dieptes overgaat in een keileemlaag. Hoe hoger het maaiveld hoe ondieper de keileemlaag.

De zandige bovenlaag is in het westelijke deel ca. 0,25 m dik en neemt in oostelijke richting toe tot meer dan 1,5 m.

Bodemopbouw na ontwikkeling

Oikos [bron IBE]

Er is alleen zand voor cunetten aangevoerd.

Eilermarke en Beekveld [bron IBE]

In het algemeen zijn de oppervlakkige slechtdoorlatende laagjes afgegraven en aangevuld met grondverbetering en is hier en daar minimaal opgehoogd.

Grondwaterstanden

In het plangebied staan vier peilbuizen van de gemeente.

Het verloop van de gemiddeld hoge (GHG) en gemiddeld lage (GLG) grondwaterstaden tot 2010 zijn in tabel 1 weergegeven.

Tabel 1: indicatie GHG en GLG [bron: meetnet gemeente Enschede]

Peilbuis   m.v.   GHG
mNAP [m –mv]  
GLG
mNAP [m –mv]  
jaren  
289A   42,24   41,40 [0,84]   40,56 [1,58]   5  
308A   41,49   41,33 [0,16]   40,71 [0,75]   4  
309A   40,38   39,56 [0,72]   39,18 [1,20]   4  
310A   40,78   40,00 [0,78]   39,20 [1,58]   6  

De grondwaterstanden variëren in het algemeen tussen 0,7 en ruim 1 meter onder het maaiveld. De grondwaterstroming is van west naar oost en volgt grofweg het maaiveld.

Grondwateronttrekkingen

In het plangebied zijn geen grondwateronttrekkingen.

Riolering en afwatering

Algemeen

De algemene kenmerken voor riolering en afwatering staan in onderstaande tabel 2

Tabel 2 [bron: Controleberekening Oikos, gemeente Enschede defintief, september 2002; berekening Beekveld maart 2010; toets waterhuishouding en riolering Eilermarke, gemeente Enschede, februari 2005]

    Oikos   Beekveld   Eilermarke  
Hemelwater          
Verhard oppervlak   ha   8   3,9/0,32   6,3  
Berging wadi/IT-riool   m3 [mm]   2300 [29]   1565[40]   3,41  
Berging in oppervlaktewater   m3 [mm]   600 [8]     1,91  
Berging in rioolstelsel (vgs)   m3 [mm]   nvt   30 [10]   11  
Afvalwater          
Woningen   -   930   248   654  
Inwoners   -   2790   670   1766  
Norm   l/inw/u   135   135   135  
afvalwaterstromen   m3/u   38   9   24  

1. verhard oppervlak

2. verhard oppervlak aangesloten op vgs. Totaal verhard oppervlak niet bekend.

De structuur van de riolering en afwatering is weergegeven in figuur 5.

Oikos

Afvalwater

Het huishoudelijk afvalwater van Oikos voert onder vrij verval af naar het rioolgemaal, in het midden van het plangebied, nabij de kruising van de Apollolaan met de Priamoslaan. Het rioolgemaal pompt het afvalwater naar het DWA-riool van de gescheiden gerioleerde wijk Schipholt. Van daaruit wordt het afvalwater gepompt in het gemengd riool van Glanerbrug en vindt afvoer onder vrij verval plaats naar de zuivering van Glanerbrug.

Regenwater

Circa 1 ha verharding loost rechtstreeks op het stelsel van sloten en vijvers. Circa 7 ha voert regenwater af via wadi's naar sloten en uiteindelijk de Glanerbeek. De Drainage onder de wadi's wordt bemalen. Het drainagegemaal achter de huizen Priamoslaan 29/31 voert het water af naar de Glanerbeek.

Waterberging [bron:Oikos, verstoring werking wadisysteem, gemeente Enschede, juni 2005

In Oikos zijn wadi's aangelegd op particulier terrein. Het is gebleken dat de bergende functie van de wadi's niet meer (volledig) benut kan worden.

De waterberging in Oikos neemt af door:

  • het aanbrengen van meer verharding;
  • dempen van wadi's;
  • overkluizen van wadi's;
  • niet goed onderhouden van particuliere wadi's.

Het rapport eindigt met het advies om de nadruk te leggen op herstel- en handhaving en niet op extra waterhuishoudkundige voorzieningen.

Anno 2010 is de gemeente in samenwerking met het Waterschap Regge en Dinkel bezig alternatieve berging te realiseren voor het niet functioneren van de wadi's op particulier terrein. Het gaat hierbij om een berging van circa 500 m3.

Beekveld

Afvalwater

Voor het afvalwater is een vuilwaterriool aangelegd in Beekveld. Op dit rioolstelsel wordt geen ander vuilwater afgevoerd. Het rioolstelsel van Beekveld sluit aan onder vrijverval op de vuilwaterriolering van Oikos in het noordoosten van Beekveld bij het Atalantapad.

Regenwater

Hemelwater dat op verhardingen valt wordt bovengronds en zichtbaar afgevoerd naar wadi's (infiltratie) via straatgoten. Ook liggen sommige wegen op een oor en wateren rechtstreeks af naar de wadi langs de weg. Afwatering van de busbaan (in het oosten van het plangebied) vindt plaats via het cunet onder de busbaan.

De wadi's lozen overtollig water op de Heutinkbeek die midden door het plangebied stroomt. In totaal voert circa 0,3 ha verhard oppervlak afkomstig van de Schipholtstraat en de Broekheenseweg af op een Verbeterd Gescheiden rioolStelsel (VGS). Het overstortende water voert af naar de Glanerbeek. Het vervuilde regenwater (first flush) wordt met een pomp in het afvalwaterstelsel gepompt op de hoek van de Broekheenseweg en de Bosven in het zuidoosten van Beekveld.

Waterberging

Het infiltratie- en oppervlaktewatersysteem voldoet aan de eis dat een bui van 40 mm in 75 minuten (T=50) geborgen kan worden, bij een afvoer van maximaal 2,4 l/s/ha. Het watersysteem bestaat uit een stelsel van wadi's, waar het water via een bovenlaag infiltreert. Deze (onderling gekoppelde) wadi's hebben een berging van 37 mm. Bij de berekening van de berging van het hemelwater is ervan uitgegaan dat op het afvoerend verhard oppervlak circa 3 mm water niet rechtstreeks naar de wadi afvoert. Het waterpeil in de Heutinkbeek mag maximaal 0,4 m stijgen bij de maatgevende neerslaggebeurtenis T=50. De berging in het plangebied is voldoende. Echter, om wateroverlast te voorkomen is ervoor gezorgd dat overloopmogelijkheden bestaan tussen de verschillende wadi's.

Eilermarke

Afvalwater

Afvalwater wordt gescheiden van hemelwater ingezameld. Het ontwerpdebiet bedraagt 24 m3/uur. Het afvalwater voert af naar het rioolgemaal dat het afvalwater verpompt naar het westelijk gelegen deelgebied Eekmaat West.

Hemelwater

Het hemelwater voert overwegend bovengronds af naar de wadi's in de wijk, die overlopen op het oppervlaktewatersysteem. Delen van het verhard oppervlak wateren rechtstreeks af op het oppervlaktewater. Het verhard oppervlak van de busbaan, de Heidevlinder (en de daaraan gelegen woningen) voert af naar een verbeterd gescheiden stelsel.

Waterberging

De maximale stijging van het oppervlaktewater bedraagt 0,4 m bij een bui met een intensiteit van 40 mm in 75 minuten (T=50), waarbij een minimale waakhoogte van 0,05 m gehandhaafd blijft. De aanvoer en doorvoer vanuit de Ecozone op het oppervlaktewater in Eilermarke bedraagt maximaal 200 m3/uur. Het waterpeil van het oppervlaktewater in de Ecozone bedraagt 39,80 m +NAP.

Figuur 5: Rioleringskaart

afbeelding "i_NL.IMRO.0153.20101372-0004_0016.jpg"

afbeelding "i_NL.IMRO.0153.20101372-0004_0017.jpg"

Oppervlaktewater

(zie ook de waterkaart figuur 8)

De globale afwatering is weergegeven in onderstaande figuur.

afbeelding "i_NL.IMRO.0153.20101372-0004_0018.jpg"

Figuur 6 [Bron: afwateringskaart waterschap Regge en Dinkel]

Het plangebied van het bestemmingsplan "Eschmarke Zuid Oost" ligt in het zuidoostelijk, laagst gelegen deel van Eschmarke. De sloten, beken en vijvers maken deel uit van het watersysteem van Eschmarke, sommige met afvoerfunctie, andere met circulatiefunctie en een aantal met beide (zie ook figuur 8).

Glanerbeek [40-3] en [40-3BYA]

De Glanerbeek loopt in noordelijke richting door het plangebied en gaat net ten noorden van het spoor de grens over naar Duitsland. De beek voert het water uit het landelijke gebied ten zuidoosten van Enschede af (het Aamsveen en het landelijke Eschmarke de Knalhutterweg)

Heutinkbeek [40-3-2-3]

De Heutinkbeek verzorgt de basisafvoer van regenwater van Eschmarke. De beek loopt dwars door Beekveld en sluit bij de overgang van Beekveld naar Oikos aan op de Glanerbeek. Bij extreme neerslag treedt de noodoverlaat in werking en wordt overtollig water via een duiker onder de Broekheenseweg rechtstreeks afgevoerd naar de Glanerbeek. De Heutinkbeek heeft tevens een cirulatiefunctie bovenstrooms van de Ecozone ter hoogte van de Keppelerdijk.

[40-3-2-16]

Dit is een 'short cut' in de vorm van een duiker (onder de Broekheenseweg tussen de Heutinkbeek en de Glanerbeek) die overtollig water afvoert naar de Glanerbeek.

[40-3-2-13]

Deze sloot voert overtollig water af uit het oostelijke deel van Eilermarke en takt aan op de Heutinkbeek.

[40-3-1-1]

Deze sloot voert overtollig water af uit het westelijke deel van Eilermarke, ligt net benedenstrooms van de Eilermarkervijver[8] en loopt tot aan de spoorsloot ter hoogte van het circulatiegemaal.

[84] en [85]

Deze sloten voeren hemelwater af naar de Glanerbeek. De overlopen vanuit meerdere wadi's voeren ook af naar de sloten.

[86]

Dit is een wadi.

Vijver Eilermarke[8]

Deze vijver wordt gevoed met water uit de Ecozone en sluit aan op [40-3-1-1] De vijver heeft zowel een waterafvoer als een ciculatiefunctie.

Blauwe ader

Er loopt geen blauwe ader door het plangebied.

Waterkaart

In onderstaande figuur 8 is de waterkaart weergegeven. Hierop staan belangrijke watergangen en de manier hoe het hemelwater tot afstroming komt binnen het bestemmingsplangebied.

afbeelding "i_NL.IMRO.0153.20101372-0004_0019.jpg"

Ontwikkelingen 2010-2020

Geprojecteerde ontwikkelingen zijn:

Oikos

Waterberging

De gemeente is in samenwerking met het Waterschap Regge en Dinkel bezig alternatieve berging te realiseren voor het niet functioneren van de wadi's op particulier terrein. Het gaat hierbij om een berging van circa 500 m3.

Beekveld

  • Zeggeven - circa 20 woningen in ontwikkeling. Maatregelen en voorzieningen voor de waterhuishouding zijn aangelegd. Er is een bergingstekort van circa 10 m3. Compenserende berging wordt meegenomen in de realisatie van extra berging van 500 m3 voor de wadi's in Oikos.
  • Erve Harberink - drie woningen. De eigenaren verwerken het hemelwater op eigen terrein.

Driehoek

19 woningen. Er is een stedenbouwkundig plan. De waterhuishouding zal in het inrichtingsplan uitgewerkt worden

Eilermarke

  • Parelmoervlinder - negen woningen.
  • Uitkijk en Vlindertuin - in de Uitkijk worden 101 woningen gebouwd, in de Vlindertuin 24. De planvorming is afgerond. Hemelwater wordt bovengronds aangeboden op de perceelgrens. Hemelwater wordt deels zichtbaar en deels via IT-rioleren afgegevoerd naar sloten en wadi's. Voor het realiseren van een goede ontwateringsbasis voor de woningen worden zandbanen onder de percelen gelegd die aansluiten op het IT-riool in het zandcunet van de wegen.

Glanerbeek

Kader Richtlijn Water m.b.t. ecologische zone's

De Glanerbeek is een waterlichaam zoals gedefinieerd in de KRW (zie hiervoor onder "Waterbeleid"). Het ambitieniveau voor de Glanerbeek is hoog. Dit betekent dat er stroken van 2x 15 meter breed moeten worden gerealiseerd waarbinnen de Glanerbeek kan meanderen en dat de stuwen passeerbaar moeten zijn voor vissen.

 

Randvoorwaarden bij nieuwe ontwikkelingen

  • Geen toepassing van uitlogende bouwmaterialen, wanneer deze in contact (kunnen) komen met hemelwater (bijvoorbeeld zink, koper en bitumen voor goten en dakbedekking);
  • Grondwaterneutraal bouwen: dit betekent dat het grondwater in de nieuwe situatie niet permanent verlaagd of verhoogd mag worden. Tijdens de ontwikkeling van het gebied (aanleg wegen, gebouwen), mag het grondwater tijdelijk verlaagd worden (melding of vergunningaanvraag bij het waterschap);
  • (Parkeer)kelders waterdicht maken;
  • Waterberging aanleggen op het laagste punt binnen het plangebied;
  • Aansluiten op het watersysteem van Eschmarke;
  • Verdiepen van waterlichamen zoals waterlopen en vijvers mag de grondwaterstanden, aantoonbaar niet negatief beïnvloeden en uitsluitend in overleg met de gemeente en met goedkeuring van het waterschap;
  • Met bouwen beginnen als de wateropgave geregeld is;
  • Systeemkeuze afwatering en benodigde bergings- en infiltratievoorzieningen conform vigerend GRP;
  • Hemelwaterafvoer vanaf percelen bovengronds en zichtbaar;
  • Bergingsopgave bedraagt 40 mm, indien nog niet voorzien in het systeem van wadi's, greppels, sloten en vijvers in Eschmarke.

Plankaart/Regels

De voor de waterhuishouding van belang zijnde watergangen en wadi's zijn in het bestemmingplan Eschmarke Zuid Oost opgenomen op de verbeelding en in de regels onder de bestemming "Groen".