direct naar inhoud van Artikel 10 Woongebied
Plan: Woongebied Indië Deel 1
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0141.BP00051-0402

Artikel 10 Woongebied

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Woongebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen in de vorm van grondgebonden woningen en gestapelde woningen;
  • b. ambachtelijke bedrijven met ondergeschikte detailhandel;
  • c. ateliers;
  • d. bijzondere woonvoorzieningen al dan niet in combinatie met paramedische en verzorgende ondersteuning;
  • e. maatschappelijke voorzieningen en (commerciële) dienstverlening;
  • f. ruimten ten behoeve van uitoefening van aan huis verbonden beroepen;
  • g. groenvoorzieningen;
  • h. tuinen en erven;
  • i. openbare nutsvoorzieningen;
  • j. speelvoorzieningen;
  • k. verkeersareaal;
  • l. water en waterlopen;
  • m. voorzieningen ten behoeve van afvoer, (tijdelijke) berging en infiltratie van hemelwater.
10.2 Bouwregels
10.2.1 Algemeen
  • a. Binnen deze bestemming mogen alleen bouwwerken ten dienste van deze bestemming worden gebouwd.
  • b. In totaal mogen maximaal 340 woningen gerealiseerd worden.
10.2.2 Hoofdgebouwen

Voor het bouwen van hoofdgebouwen geldt:

  • a. bij grondgebonden woningen is per bouwperceel één woning toegestaan;
  • b. gebouwen zijn alleen toegestaan binnen de bouwvlakken;
  • c. de onderlinge afstand tussen gebouwen met gestapelde woningen mag niet minder dan 30 meter bedragen;
  • d. minimum afstand vrijstaande woningen tot zijdelingse perceelsgrens: 1 meter;
  • e. minimum afstand 2-onder-1-kap woningen tot zijdelingse perceelsgrens: 1 meter aan een zijde;
  • f. maximum bouwdiepte vrijstaande woningen: 15 meter;
  • g. maximum bouwdiepte patio woningen: 20 meter;
  • h. maximum bouwdiepte overige woningen: 10 meter;
  • i. maximum bouwhoogte voor grondgebonden woningen: 11 meter;
  • j. maximum bouwhoogte voor gestapelde woningen: 18 meter.
10.2.3 Bijbehorende bouwwerken
  • a. Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken bij grondgebonden woningen geldt dat het gezamenlijke oppervlak van alle bijbehorende bouwwerken niet meer mag bedragen dan:
    • 1. 75 m² bij een perceelsgrootte van 1-200 m²;
    • 2. 125 m² bij een perceelsgrootte van 200-500 m²;
    • 3. 150 m² bij een perceelsgrootte van meer dan 500 m²;
    • 4. maximum goothoogte: 3 meter;
    • 5. maximum bouwhoogte: 4 meter.
  • b. Voor het bouwen van een op de grond staand bijbehorend bouwwerk in achtererfgebied van gestapelde woningen geldt:
    • 1. per woning is één bijbehorend toegestaan met een maximaal oppervlakte van 12 m²;
    • 2. maximum goothoogte: 3 meter;
    • 3. maximum bouwhoogte: 4 meter.
10.2.4 Bouwwerken geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken geen gebouwen zijnde geldt:

  • a. de bouwhoogte van erf-en terreinafscheidingen mag niet meer dan 1 meter bedragen, tenzij:
    • 1. gebouwd wordt op een afstand van meer dan 1 meter achter de naar de weg toegekeerde gevel van het hoofdgebouw of het verlengde daarvan;
    • 2. gebouwd wordt op een afstand van meer dan 1 meter van de weg of het openbaar groen, dan mag de bouwhoogte van ef- en terreinafscheidinggen maximaal 2 meter bedragen;
  • b. kunstobjecten en bouwwerken ten behoeve van verlichting mogen niet meer dan 10 meter bedragen;
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde mag niet meer dan 4 meter bedragen.
10.3 Specifieke gebruiksregels
10.3.1 Bijzondere woonvoorzieningen

Voor bijzondere woonvoorzieningen geldt:

  • a. situering: uitsluitend ter plaatste van de aanduidingen "gemengd" en "zorgwoning".
10.3.2 Detailhandel en ambachtelijke bedrijven

Voor ambachtelijke bedrijven met ondergeschikte detailhandel en ateliers geldt:

  • a. situering: uitsluitend ter plaatste van de aanduiding "bedrijf".
10.3.3 Maatschappelijke voorzieningen en (commcerciele) dienstverlening

Voor Maatschappelijke voorzieningen en commerciële voorzieningen geldt:

  • a. situering: uitsluitend ter plaatste van de aanduidingen "gemengd" en "bedrijf".
10.3.4 Parkeren

Voor parkeren geldt:

  • a. 1,8 parkeerplaatsen per grondgebonden woning;
  • b. 1,6 parkeerplaatsen per gestapelde woningen;
  • c. parkeernorm kinderdagverblijf: 0,8 parkeerplaatsen per arbeidsplaats;
  • d. parkeernorm zorgvoorziening: 2,0 parkeerplaatsen per behandelkamer.
10.4 Afwijking van de gebruiksregels

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6, lid 1 onder c van de Wet ruimtelijke ordening, om in afwijking van het bepaalde in lid 10.3.4 onder b een omgevingsvergunning te verlenen, met dien verstaande dat van de aangegeven parkeernorm voor gestapelde woningen afgeweken mag worden. Hierbij geldt een minimale parkeernorm van 1,4 parkeerplaatsen per gestapelde woning.