Plan: | Stationsgebied |
---|---|
Status: | onhegesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0091.2010Stationsgebied-onhe |
17.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Leiding-Gas aangewezen gronden zijn, naast de andere voor die gronden aangewezen bestemmingen ook bestemd voor de bescherming van de ondergrondse aardgastransportleiding.
17.2 Bouwregels
Op de in 17.1 bedoelde
gronden uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden opgericht
met een hoogte van niet meer dan
17.3 Ontheffing van de bouwregels
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 17.2 voor het bouwen van bouwwerken ten behoeve van de andere voor deze gronden geldende bestemmingen, mits zijn de belangen in verband met de aardgastransportleiding hierdoor niet onevenredig worden geschaad.
17.4 Aanlegvergunning
1. Het is verboden zonder of in afwijking van een aanlegvergunning van burgemeester en wethouders op de in artikel 17.1 bedoelde gronden de volgende andere werken uit te voeren:
a. het ontgronden, vergraven, afgraven, egaliseren, diepploegen, woelen en mengen en ophogen van gronden;
b. het aanleggen, verbreden, en verharden van wegen, paden, banen, parkeervoorzieningen en andere oppervlakteverhardingen;
c. het aanleggen, verdiepen, verbreden, en dempen van sloten, watergangen, en overige waterpartijen en het aanbrengen van drainage;
d. het aanleggen van ondergrondse of bovengrondse transport-, energie- en/of communicatieleidingen en daarmee verband houdende constructies, installaties, en apparatuur;
e. het aanbrengen of verwijderen van diepwortelende beplantingen, het bebossen van gronden, en het rooien van bos of andere houtgewassen waarbij de stobben worden verwijderd;
2. Een aanlegvergunning is slechts toelaatbaar indien door het uitvoeren van werkzaamheden geen schade aan de aardgastransportleiding wordt of kan worden veroorzaakt.
3. Geen aanlegvergunning is nodig voor:
a. op het uitvoeren van werkzaamheden in het kader van het onderhoud of beheer van de aanwezige aardgastransportleiding;
b. op normale onderhoudswerkzaamheden van geringe omvang, of andere werken gericht op en noodzakelijk voor de instandhouding van de aardgastransportleiding;
c. op andere werken en/of werkzaamheden, uit een oogpunt van de ruimtelijke ordening van niet ingrijpende betekenis.
4. Burgemeester en wethouders verlenen uitsluitend aanlegvergunning na schriftelijk advies van de leidingbeheerder.