Artikel 35: Algemene wijzigingsregels
Burgemeester en Wethouders kunnen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de sociale veiligheid, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, het plan wijzigen in die zin dat:
-
a. de bestemmingen 'Bedrijf' en/of 'Wonen - 1' worden gewijzigd in de bestemming 'Wonen - 2' dan wel binnen de bestemming 'Wonen - 1' of 'Wonen - 2' worden nieuwe bouwvlakken aangebracht en/of de situering van het huidige bouwvlak wordt aangepast, mits:
-
1. deze wijzigingsbevoegdheid uitsluitend wordt toegepast ter plaatse van de aanduiding “wro-zone - wijzigingsgebied”;
-
2. ten hoogste 5 woningen zullen worden gerealiseerd;
-
3. een goede stedenbouwkundige inpassing wordt gerealiseerd, waarbij wordt aangesloten op de ruimtelijke structuur en de kwaliteiten van de omgeving;
-
4. het parkeren op eigen terrein plaatsvindt;
-
5. de geluidsbelasting van geluidsgevoelige objecten niet hoger zal zijn dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarde, of een vastgestelde hogere grenswaarde;
-
6. na toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid voor de betreffende gronden de regels van artikel 21 of 22 van toepassing zijn;
-
b. de bestemmingen 'Bedrijf' en/of 'Wonen - 1' worden gewijzigd in de bestemming 'Wonen - Woongebouw', met inbegrip van de ter plaatse geldende bouwvlakken, mits:
-
1. deze wijzigingsbevoegdheid uitsluitend wordt toegepast ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - wijzigingsgebied';
-
2. ten hoogste 5 woningen zullen worden gerealiseerd;
-
3. een goede stedenbouwkundige inpassing wordt gerealiseerd, waarbij wordt aangesloten op de ruimtelijke structuur en de kwaliteiten van de omgeving;
-
4. het parkeren op eigen terrein plaatsvindt;
-
5. de geluidsbelasting van geluidsgevoelige objecten niet hoger zal zijn dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarde of een vastgestelde hogere grenswaarde;
-
6. na toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid tenminste de regels van de in Bijlage 2 opgenomen regels betreffende de bestemming 'Wonen - Woongebouw' van overeenkomstige toepassing zijn, met dien verstande dat de goothoogte van een woongebouw ten hoogste 7,00 m zal bedragen.