| Plan: | Bestemmingsplan Buitengebied 2012 |
|---|---|
| Status: | vastgesteld |
| Plantype: | bestemmingsplan |
| IMRO-idn: | NL.IMRO.0040.bp00019-41vg |
De voor 'Recreatie - Verblijfsrecreatie - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbij behorende tuinen, erven en additionele voorzieningen;
en tevens voor:
het exploiteren van een groepsaccommodatie, ter plaatse van de aanduiding 'kampeerboerderij', mits wordt voldaan aan hetgeen is gesteld in Bijlage 8 Beleidsregels recreatieve verblijfsaccommodaties;
Bouwwerken ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende bepalingen, waarbij bestaande bouwwerken zijn toegestaan:
Zie Artikel 49.
Indien de aanduiding 'bedrijfswoning' aanwezig is mogen bedrijfswoningen uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van deze aanduiding.
Voor wat betreft de oppervlakte van gebouwen gelden de volgende regels:
Voor wat betreft de maatvoering van gebouwen gelden de volgende regels:
| Type gebouw |
Goothoogte (in meter) |
Bouwhoogte (in meter) |
Dakhelling |
| Trekkershutten of tenthuisjes | - | ten hoogste 3,50 | - |
| Stacaravans | - | ten hoogste 3,50 | - |
| Chalets | - | ten hoogste 3,50 | - |
| Bijgebouw chalet of stacaravan | - | ten hoogste 3 | - |
| Sanitairgebouwen | ten hoogste 3 | ten hoogste 5,50 | plat of meerzijdige kap van ten hoogste 60° |
| Overige bedrijfsgebouwen | ten hoogste 4,50 | ten hoogste 10 | plat of meerzijdige kap van ten hoogste 60° |
| Bedrijfswoning | ten hoogste 4,50 | ten hoogste 10 | tenminste 30° en ten hoogste 60° |
| Bijgebouwen bedrijfswoning | ten hoogste 3 | ten hoogste 5,50 | plat of meerzijdige kap van ten hoogste 60° |
Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
| Type bouwwerk | Maximale bouwhoogte (in meter) | |
| Erf- en terrein afscheidingen | 2 | |
| Palen en masten, niet zijnde reclamemasten | 6 | |
| Overkappingen | 5 | |
| Overige bouwwerken, geen gebouw zijnde, niet zijnde een reclamemast | 5 | |
Tot een gebruik strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 2.1 lid 1 sub c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval gerekend:
Het bevoegd gezag kan met inachtneming van 25.4.2 een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van: