Plan: | Bestemmingsplan Harkstede-Scharmer |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0040.bp00002-61oh |
Het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen is het wettelijk kader waarin (afstands)normen worden gesteld met betrekking tot risicovolle inrichtingen. Met name de relatie met risicogevoelige objecten in de omgeving is daarbij van belang die verbonden zijn aan bepaalde inrichtingen. Doel is te voorkomen dat personen die permanent op een plaats verblijven een onevenredig groot risico lopen als gevolg van een ramp met een risicobron. Naast inrichtingen is deze normstelling ook van toepassing op het transport van gevaarlijke stoffen.
Het besluit onderscheidt twee categorieën risicogevoelige objecten, namelijk kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten. Dit onderscheid is gebaseerd op maatschappelijke opvattingen over de groepen mensen die in het bijzonder moeten worden beschermd en op gegevens zoals het aantal personen en de verblijfstijd van groepen mensen.
Kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten
Bij kwetsbare objecten kan bijvoorbeeld worden gedacht aan woningen, ziekenhuizen, verpleeghuizen, scholen, kinderopvang, grote kantoren, hotels en winkelcomplexen en grote kampeer- en recreatieterreinen. Beperkt kwetsbare objecten zijn volgens het besluit verspreid liggende woningen, dienstwoningen van derden, kleinere kantoren, hotels, winkels, bedrijfsgebouwen, sporthallen, zwembaden, overige sport- en kampeerterreinen en objecten van hoge infrastructurele waarde zoals elektriciteitscentrales.
Er worden daarnaast twee vormen van risico onderscheiden: plaatsgebonden risico en groepsgebonden risico.
Plaatsgebonden risico
Het plaatsgebonden risico (PR) is een maat voor het overlijdensrisico op een bepaalde plaats waarbij het niet van belang is of op die plaats daadwerkelijk een persoon aanwezig is. In het besluit is het plaatsgebonden risico gedefinieerd als de kans per jaar dat een persoon die onafgebroken en onbeschermd op een bepaalde plaats in de omgeving van een inrichting zou verblijven, overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongewoon voorval met een gevaarlijke stof. Dit risico laat zich goed ruimtelijk vertalen aangezien het gaat om punten waar zich een bepaald risico voordoet. Deze punten kunnen worden verbonden tot een contour.
De grenswaarde voor kwetsbare objecten is 10-6 per jaar. Voor beperkt kwetsbare objecten wordt dit als richtwaarde gehanteerd.
Groepsrisico
Het groepsrisico (GR) is een maat voor het overlijdensrisico voor een groep personen in een bepaald gebied als rechtstreeks gevolg van hun afwezigheid in het invloedsgebied van een inrichting en van een ongeval in die inrichting, waarbij gevaarlijke stoffen zijn betrokken.
Vanuit het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen (BEVI) geldt een plicht tot verantwoording van het groepsrisico bij het opstellen van ruimtelijke plannen en/of het voeren van planprocedures. Bij deze motivering wordt aandacht geschonken aan:
Het Provinciaal Basisnet Groningen is het antwoord op de Nota Vervoer gevaarlijke stoffen waarin een borging van risico-afstanden als gevolg van transporten van gevaarlijke stoffen wordt aangekondigd. Het doel is om deze transportroutes vast te leggen en een systeem te creëren waarbij rekening kan worden gehouden met de dynamiek van transport en toekomstige groei. Om dit bereiken wordt langs een aantal aangewezen transportroutes (de grotere weg-, spoor- en waterinfrastructuur) in beginsel een zone van 200 meter aangehouden waarin de beleidsvrijheid voor bepaalde functies mogelijk wordt beperkt. Dit heeft betrekking op gebouwen voor beperkt zelfredzame personen (ziekenhuizen, zorgcentra of scholen). Daarnaast zal binnen dit gebied het groepsrisico moeten worden verantwoord. Voor Slochteren is de volgende infrastructuur opgenomen in het provinciaal basisnet: A7, N33, N387, N860, N865, N987 en Eemskanaal. De A7, N33 en het Eemskanaal zijn tevens opgenomen in het nationaal basisnet.
Voor deze infrastructuur geldt dat binnen een zone van 30 meter geen nieuwe kwetsbare objecten worden opgericht en tevens het vestigen van nieuwe functies (scholen, zorgwoningen, zorgcentra, etcetera) voor beperkt zelfredzame personen wordt uitgesloten. Daarnaast geldt voor een zone van 200 meter een verantwoording van het groepsrisico.
Voor ruimtelijke plannen binnen toetsingszones van risicovolle buisleidingen het Besluit externe veiligheid Buisleidingen van toepassing. Er bevindt zich geen (invloedszone van) risicovolle buisleiding binnen het plangebied.
Voor ruimtelijke plannen binnen het invloedsgebied (1% letaliteisgebied) van de risicovolle transportassen (spoor, weg of water) is de circulaire "RisicoNormering Vervoer Gevaarlijke Stoffen" (RNVGS) van toepassing. Deze circulaire zal naar verwachting in 2011 vervangen worden door het Besluit transportroutes externe veiligheid en het daaraan gekoppelde basisnet.
Voor provincie Groningen is inmiddels het provinciaal basisnet vastgesteld.
BEVI
In het plangebied bevindt zich slechts 1 inrichting die is aangegeven op de provinciale risicokaart. Dit is een kruitopslag aan de Hamweg in Harkstede. Vanwege de beperkte opslag is de plaatsgebonden risicocontour gesteld op 0 meter. Er is ook geen overschrijding van het groepsrisico.
In de nabijheid van het plangebied ligt een tweetal (LPG) tankstations langs de A7 die vallen onder de werking van het BEVI.
De tankstations hebben allebei een LPG-station, waarvoor in de milieuvergunning een jaarlijkse doorzet van ten hoogste 1000 m³ is toegestaan.
Naam inrichting |
Risicocontour | Motivering groepsrisico | |
PR 10-6 (in m) | invloeds- zone GR (in m) |
||
Tankstation Texaco Dikke Linde vulpunt reservoir afleveringsinstallatie |
40 120 15 |
150 150 |
Er is geen bebouwing aanwezig binnen de 10-6 risicocontour van 120 meter. De LPG doorzet van de inrichting bedraagt minder dan 1500 m3 per jaar. De opslag van LPG vindt plaats in een bovengrondse tank met een waterinhoud van 20 m3. In het invloedsgebied van het vulpunt LPG en de tank zijn geen woningen aanwezig. Daarmee is geen sprake van groepsrisico, zoals gedefinieerd in Artikel 1 lid 1 onder k van het BEVI. Een verantwoording van het groepsrisico als bedoeld in Artikel 12 van het BEVI is in deze situatie derhalve niet aan de orde. |
Tankstation Fina Veenborg vulpunt reservoir afleveringsinstallatie |
25 120 15 |
150 150 |
Er is geen bebouwing aanwezig is binnen een 10-6 risicocontour van 120 meter. De LPG doorzet van de inrichting bedraagt minder dan 1500 m3 per jaar. De opslag van LPG vindt plaats in een ondergrondse tank met een waterinhoud van 20 m3. In het invloedsgebied van het vulpunt LPG en de tank is slechts 1 woning aanwezig. Daarmee is geen sprake van groepsrisico, zoals gedefinieerd in Artikel 1 lid 1 onder k van het BEVI. Een verantwoording van het groepsrisico als bedoeld in Artikel 12 van het BEVI is in deze situatie derhalve niet aan de orde. |
Buisleidingen
Binnen het plangebied of in de direct omgeving van het plangebied zijn geen buisleidingen aanwezig of gepland die vallen onder de werking van het Bevb. Derhalve is het plan niet in strijd met het Bevb.
Transport gevaarlijke stoffen
Binnen het plangebied liggen geen transportroutes die zijn opgenomen in het landelijk of provinciaal Basisnet Vervoer Gevaarlijke Stoffen. De A7, die ten zuiden van het plangebied ligt, is wel in het landelijke Basisnet Vervoer Gevaarlijke Stoffen weg opgenomen. In het Ontwerp is echter geen veiligheidszone en/of een PAG gelegd. Langs wegen zonder veiligheidszone of Plasbrand Aandachtsgebied (PAG) gelden vanuit EV geen beperkingen.
Wel moet voor bouwplannen binnen 200 meter langs alle Basisnetwegen onder bepaalde omstandigheden het groepsrisico verantwoord worden. Mits het GR toeneemt en/of boven een bepaalde waarde uitkomt. Het aantal verblijvende personen binnen het invloedsgebied neemt niet toe als gevolg van het bestemmingsplan.
Hiermee kan worden geconcludeerd dat op grond van het BTEV een nadere GR-verantwoording achterwege kan blijven, omdat het Groepsrisico niet toeneemt .
Advies brandweer
De Regionale Brandweer Groningen heeft advies uitgebracht over de borging van externe veiligheid in het bestemmingsplan dat specifiek gericht is op bestrijdbaarheid en zelfredzaamheid.
Uit de beoordeling van de bereikbaarheid blijkt dat het plangebied voldoende snel en in voldoende mate tweezijdig bereikbaar is. Daarnaast is het plangebied en omgeving voorzien van primaire bluswatervoorzieningen. Er zijn ook in voldoende mate secundaire bluswatervoorzieningen aanwezig.
Uit de beoordeling blijkt dat in het invloedsgebied van de tankstations en de A7 geen objecten liggen waarbij sprake is van langdurig verblijf van groepen verminderd zelfredzame personen. Daarnaast zijn er ook voldoende mogelijkheden om van de risicobron weg te vluchten.