Plan: | Bestemmingsplan Middelstum, partiële herziening Kavels 24-27 Zuidrand |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0024.02BP0002-VG01 |
Het Bestemmingsplan Middelstum, partiële herziening Kavels 24-27 Zuidrand met identificatienummer NL.IMRO.0024.02BP0002-VG01 van de gemeente Loppersum;
De geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
het bestemmingsplan 'Middelstum' zoals dat is vastgesteld op 19 december 2016.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of de harten van de scheidingsmuren;
Langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
Vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
Tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
Vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
Ondergeschikte bouwdelen
Bij het meten worden ondergeschikte bouwdelen, als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bestemmingsgrenzen niet meer dan 1 m bedraagt.
Maatvoering
Alle maten zijn, tenzij anders aangegeven:
Meten
Bij de toepassing van deze regels wordt gemeten tot of vanuit het hart van de lijn.
De voor 'Woongebied'aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen ten behoeve van het wonen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken geldt de volgende regel:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen met het oog op het voorkomen van een onevenredige aantasting van:
nadere eisen stellen aan:
Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
De uitoefening van een aan huis verbonden beroep is uitsluitend toegestaan voor zover de woonfunctie in overwegende mate blijft gehandhaafd en er geen ernstige hinder of afbreuk aan het woonmilieu wordt gedaan. Dit betekent dat:
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in elk geval wordt begrepen:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
De voor 'Leiding - Riool' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere voor die gronden aangewezen bestemmingen, mede bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Voor het bouwen van gebouwen geldt de volgende regel:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende regel:
Bij de omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 4.2, voor het bouwen ten behoeve van de andere daar voorkomende bestemming(en), mits:
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod als bedoeld in lid 4.4.1 is niet van toepassing op werken en/of werkzaamheden die:
De in lid 4.4.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend, indien:
De voor ´Waarde - Archeologie 4´aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud van archeologische waarden.
In geval van strijdigheid van bepalingen gaan de regels van dit artikel vóór de bepalingen die ingevolge van andere artikelen op de desbetreffende gronden van toepassing zijn.
Op deze gronden mogen geen bouwwerken worden gebouwd, waarbij de bodem dieper dan 0,5 m beneden het maaiveld wordt geroerd, met uitzondering van:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 5.2, mits:
Indien het voornemen bestaat om aan de omgevingsvergunning voorwaarden te verbinden, wordt een archeologisch deskundige om advies gevraagd.
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, of de volgende werkzaamheden uit te voeren:
Een vergunning als bedoeld in lid 5.4.1 wordt slechts verleend indien:
Indien het voornemen bestaat om aan de omgevingsvergunning voorwaarden te verbinden, wordt een archeologisch deskundige om advies gevraagd.
Het verbod als bedoeld in lid 5.4.1 is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden die:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen door:
De voor ´Waarde - Invloedsgebied wierden´ aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud, herstel en de ontwikkeling van de openheid van, het zicht op en de herkenbaarheid van wierden en wierdendorpen.
In geval van strijdigheid van bepalingen gaan de regels van dit artikel vóór de bepalingen die ingevolge van andere artikelen op de desbetreffende gronden van toepassing zijn.
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in elk geval gerekend:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 6.2 voor het aanvullen van wierden in geval de aanvulling dient ter versterking van de landschappelijke en cultuurhistorische waarden.
Voor zover niet anders is bepaald in dit bestemmingsplan, blijven de regels en de verbeelding van het moederplan van kracht.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Bestaande bouwwerken die in enigerlei opzicht van het plan afwijken, mogen, mits de bestaande afwijkingen naar de aard en omvang niet worden vergroot:
Het bestaande gebruik van gronden en bouwwerken dat in strijd is met de aan die gronden en bouwwerken gegeven bestemming en dat in enigerlei opzicht afwijkt van het plan, mag worden voortgezet of gewijzigd, zo lang en voorzover de strijdigheid van dat gebruik ten opzichte van het gebruik overeenkomstig de bestemmingen in dit plan, naar de aard en omvang niet wordt vergroot.
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het Bestemmingsplan Middelstum, partiële herziening Kavels 24-27 Zuidrand.