direct naar inhoud van Toelichting
Plan: Bestemmingsplan Partiële herziening bestemmingsplan Grote Markt-Oostwand
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0014.BP536ParthrzGrMarO-vg01

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Aanleiding

Op 30 november 2011 heeft de gemeenteraad van Groningen de bestemmingsplannen 'Grote Markt-Oostwand', 'Forum' en 'Poelestraat-achterzijde' vastgesteld. Deze drie deelbestemmingsplannen zijn gemaakt om het project Grote Markt-Oostzijde planologisch mogelijk te maken. Een onderdeel van dit project is een volledig nieuwe pleinwand aan de oostzijde van de Grote Markt in de oorspronkelijke, vooroorlogse rooilijn.

Inmiddels wordt uitvoering gegeven aan de deelprojecten. Het Forum is in aanbouw en het sociëteitsgebouw van de studentenvereniging Vindicat Atque Polit, het eerste gebouw in de nieuwe oostwand, heeft inmiddels zijn hoogste punt bereikt.

Momenteel wordt bekeken hoe verder invulling aan de oostwand kan worden gegeven. Het bestemmingsplan 'Grote Markt-Oostwand' biedt meerdere mogelijkheden, zoals detailhandel, horeca (waaronder een hotel) en andere publieksintensieve functies.

Voor het programma op de begane grond is detailhandel hierbij economisch en qua aantrekkelijkheid de meest voor de hand liggende functie.

De laatste jaren is in de detailhandel een sterke tendens naar schaalvergroting waarneembaar. Bekende grote winkelketens, die zich in de stad willen vestigen of willen uitbreiden, zoeken winkelruimten met een metrage van veelal tussen de 1500 en 2000 m2. Uit onderzoek blijkt dat dergelijke ketens erg gewild zijn bij de consument. Ze dragen bovendien bij aan de vitaliteit en het versterken de concurrentiepositie van de binnenstad ten opzichte van internetverkoop en perifere detailhandel. Ook blijken zelfstandige winkels te profiteren van de aanwezigheid van dergelijke grote ketens in de nabijheid. Het aanbod van grootschalige winkelpanden in de binnenstad van Groningen is op dit moment echter beperkt, vooral op A-locaties zoals de Grote Markt. De 'Structuurvisie Detailhandel 2011-2020' adviseert dan ook de schaalvergroting van winkels in de binnenstad te faciliteren.

Met het huidige bestemmingsplan blijkt dit onvoldoende mogelijk. Dit is met name het gevolg van de positionering van de doorgang van de Grote Markt naar de Nieuwe Markt. Deze is in het bestemmingsplan strak geregeld (door het vastleggen van de bestemming 'Verkeer – Verblijf' op de verbeelding). Hierdoor blijft er te weinig ruimte over om aansluitend op de passage het benodigde volume te realiseren. Aanpassing van het bestemmingsplan is dan ook wenselijk. In verband hiermee is de voorliggende partiële herziening opgesteld.

Behalve een flexibeler regeling van de passage voorziet deze herziening in een beperkte vergroting van het bouwvlak van de bestemming 'Centrum' en een verruiming van de mogelijkheden voor terrassen. Met het oog hierop worden door middel van deze herziening ook de aangrenzende bestemmingsplannen 'Forum' en 'Regiotram - tracédelen I en II' partieel gewijzigd. Voor het overige voorziet deze herziening voornamelijk in regeltechnische wijzigingen.

Gezien de reikwijdte van de voorliggende partiële herziening zal slechts onderzoek plaatsvinden voor zover de herziening daartoe aanleiding geeft en wordt volstaan met een beperkte toelichting. Op de relevante onderzoeksaspecten wordt nader ingegaan in hoofdstuk 2.

1.2 Begrenzing plangebied

De voorliggende partiële herziening heeft betrekking op het plangebied van het bestemmingsplan 'Grote Markt-Oostwand', dat door de gemeenteraad is vastgesteld op 30 november 2011. Dit gebied wordt globaal begrensd door de voorzijde van de nieuwe oostwand van de Grote Markt, het Martinikerkhof, de achterzijde van de oorspronkelijke oostwand en de Poelestraat. Tevens heeft de partiële herziening betrekking op het bestemmingsplan 'Regiotram – tracédelen I en II', vastgesteld op 18 juli 2012 en op een beperkt deel van het plangebied van het bestemmingsplan 'Forum', vastgesteld op 30 november 2011.

afbeelding "i_NL.IMRO.0014.BP536ParthrzGrMarO-vg01_0001.jpg"

Plangebied

Hoofdstuk 2 Omgevingsaspecten

2.1 Algemeen

Bij de voorbereiding van de drie deelbestemmingsplannen voor het project Grote Markt-Oostzijde heeft een milieueffectrapportage plaatsgevonden1. In het kader van deze m.e.r. zijn verschillende deelonderzoeken uitgevoerd. Gezien de beperkte reikwijdte voor de voorliggende partiële herziening en het feit dat de uitgevoerde onderzoeken nog van tamelijk recente datum zijn, wordt volstaan met de bestaande onderzoeksgegevens en zal slechts nieuw onderzoek worden verricht, voor zover de partiële herziening daartoe aanleiding geeft. Dit betreft met name een onderzoek naar de windeffecten, omdat de beoogde wijzigingen mogelijk van invloed zijn op de uitkomsten van het bestaande windonderzoek. Op de resultaten van dit onderzoek wordt in de volgende paragraaf ingegaan.

2.2 Windeffecten

Door DGMR is aanvullend windonderzoek gedaan. De resultaten van de onderzoek zijn beschreven in het rapport 'Groninger Forum, klimaatonderzoek doorgang Oostwand', d.d. 14 februari 2014, rapportnummer B.2007.3023.47.R001. Dit is een vervolg op het onderzoek dat eerder is uitgevoerd naar de gevolgen voor voor een beoordeling van het windklimaat van het Groninger Forum (verwezen wordt naar het 'Groninger Forum, Windklimaatonderzoek' d.d. 6 juni 2008, nummer B.2007.3023.01.R001). Dit windhinderonderzoek is verricht ten behoeve van de milieueffectrapportage, die met het oog op de bestemmingsplannen voor het project Grote Markt-oostzijde heeft plaatsgevonden, en was gebaseerd op het Voorlopig Ontwerp van het Groninger Forum. Het onderzoek is door Peutz aan een contra-expertise onderworpen, waarbij is geconcludeerd dat de beoordeling van het windklimaat conform de NEN 8100 door DGMR goed is uitgevoerd.


Een aantal jaren geleden is het onderzoek geactualiseerd. De resultaten hiervan zijn neergelegd in het rapport 'Groninger Forum, Windklimaatonderzoek' van 26 maart 2012, nummer B.2007.3023.36.R001: Het onderzoeksgebied is daarbij uitgebreid. Niet alleen rond het Groninger Forum, de Nieuwe Markt en de Oostwand zijn metingen uitgevoerd, maar ook op de Grote Markt. Het doel hiervan was om, naast een update van het model, het windklimaat op de Grote Markt te kunnen vergelijken met het windklimaat op de Nieuwe Markt.

In het nieuwe onderzoek is nagegaan of en in hoeverre een anders gesitueerde en vormgegeven passage in de oostwand tot windhinder of windgevaar leidt. Hierbij zijn een vijftal modellen aan een beoordeling onderworpen: een doorgang links, aansluitend op de nieuwbouw van Vindicat, zonder overbouwing, een doorgang links met een overbouwing met een hoogte van 4,60 meter, een niet-overbouwde doorgang rechts, aansluitend op de hoekbebouwing aan de zijde van de Oosterstraat, een doorgang rechts met een overbouwing met een hoogte van 4,60 meter en een niet-overbouwde doorgang van de Poelestraat naar de Nieuwe Markt. Deze vijf configuraties zijn gemeten in de windtunnel.

Uit het onderzoek blijkt dat de gevolgen voor windhinder relatief klein zijn. Een verplaatsing van de doorgang in de oostwand zal het windklimaat op de Nieuwe Markt, de Popkensstraat en de achterkant van de Poelestraat niet wezenlijk veranderen. Ook de invloed op de terrassen langs de Oostwand aan de kant van de Grote Markt is klein. De overige gebieden liggen te ver weg en de plaats van de passage heeft hier geen enkele invloed op.

De resultaten tonen aan dat de twee varianten met een doorgang van 4,60 meter hoog tussen de Grote Markt en de Nieuwe Markt een lichte verslechtering van het windklimaat tot gevolg hebben ten opzichte van de uitgangssituatie op de Nieuwe Markt. Ook de doorgang tussen de Poelestraat en de Nieuwe Markt geeft een lichte verslechtering van het windklimaat op de Nieuwe Markt.

De doorgangen over de gehele hoogte tussen de Grote Markt en de Nieuwe Markt geven geen wijzigingen in het windklimaat op de Nieuwe Markt.

Voor alle configuraties geldt dat er geen sprake is van windgevaar of beperkt risico op maaiveldniveau.

Hoofdstuk 3 Juridische toelichting

3.1 Algemeen

Het voorliggende bestemmingsplan vormt een partiële herziening van het bestemmingsplan 'Grote Markt-Oostwand', het bestemmingsplan 'Forum' en het bestemmingsplan 'Regiotram - tracédelen I en II'. Het bestaat uit een verbeelding, die de verbeelding van het geldende bestemmingsplan 'Grote Markt-Oostwand' vervangt. Op de verbeelding van de partiële herziening is het plangebied van het

bestemmingsplan 'Grote Markt-Oostwand' uitgebreid met een beperkt deel van het plangebied van het

bestemmingsplan 'Forum', dat daarmee tevens een wijziging ondergaat. Voorts voorziet deze partiële herziening in een wijziging van enkele regels van het bestemmingsplan 'Grote Markt-Oostwand' en het bestemmingsplan 'Regiotram - tracédelen I en II'. De overige regels in deze plannen blijven van kracht.

3.2 Geldende bestemmingsplannen

In het plangebied vigeren momenteel de onderstaande bestemmingsplannen. Deze worden gedeeltelijk door het voorliggend bestemmingsplan herzien.

Naam   Vastgesteld   Onherroepelijk  
Grote Markt-Oostwand   30-11-2011, nr. 8c   28-06-2012  
Forum   30-11-2011, nr. 8c   28-06-2012  
Regiotram – tracédelen I en II   18-07-2012, nr. 7e   30 januari 2013  

3.3 Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1

Artikel 1 bevat definities van de in dit plan gebruikte begrippen.

Artikel 2

In dit artikel zijn de wijzigingen opgenomen, die door middel van deze partiële herziening in de regels van het bestemmingsplan 'Grote Markt-Oostwand' worden aangebracht. Voor zover nodig worden deze in het onderstaande nader toegelicht.

Bestemming Centrum

Sublid 3.1.1, onder a (ondergrondse fietsenstalling)

Het plangebied van het bestemmingsplan 'Grote Markt-Oostwand' is, zoals in paragraaf 3.1. werd opgemerkt, uitgebreid met een klein gedeelte van het bestemmingsplan 'Forum'. Dit betreft gronden, die in dat bestemmingsplan de bestemming 'Verblijf - Verblijf' hebben. Deze strook is bij het bouwvlak van de bestemming 'Centrum' getrokken. Binnen de bestemming 'Verkeer - Verblijf' wordt aansluitend op de parkeergarage onder het Forum een fietsenkelder gerealiseerd. Met het oog hierop omvat deze bestemming tevens de functie ondergrondse fietsenstallling. Deze ondergrondse fietsenstalling wordt gebouwd tot op de plangrens van het bestemmingsplan 'Grote Markt-Oostwand' en het bestemmingsplan 'Forum'. Daarom is deze functie toegevoegd aan de bestemmingsomschrijving van de bestemming 'Centrum'.

Sublid 3.1.1., onder b (regeling terrassen)

Aan het eerste lid van artikel 4 van het bestemmingsplan 'Grote Markt-Oostwand' wordt een nieuw onderdeel j toegevoegd, waarmee wordt geëxpliciteerd dat binnen de bestemming 'Centrum' tevens onder meer terrassen zijn toegestaan. Hiermee wordt met name beoogd gevelterrassen mogelijk te maken ten behoeve van horecabedrijven of de andere functies, die op grond van het eerste artikellid zijn toegelaten (zoals een studentensociëteit). De in onderdeel j genoemde functies zijn toelaatbaar voor zover zij niet conflicteren met onderdeel b van het nieuwe artikellid 4.5. Hierin wordt als gebruik strijdig met het bestemmingsplan aangemerkt het gebruik van de in de nieuwe oostwand te realiseren doorgang(en) voor de uitstalling van waren, als terras, als standplaats voor straathandel of voor de opslag van voorwerpen, stoffen of materialen, niet noodzakelijk ten behoeve van het normale onderhoud van gronden en bouwwerken.

Bouwregels

Sublid 3.1.2, onder b (doorgangen)

In het geldende bestemmingsplan was de doorgang tussen de Grote Markt en de Nieuwe Markt geregeld door middel van de bestemming 'Verkeer - Verblijf'. Door middel van deze partiële herziening wordt deze bestemming vervangen door een flexibeler regeling, waarbij de ligging van de doorgang op de verbeelding niet exact is vastgelegd, maar door middel van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding doorgang' een zoekruimte is aangegeven. In het nieuwe onderdeel b van artikel 4, sublid 4.2.2., van het bestemmingsplan 'Grote Markt-Oostwand' is voorgeschreven dat ter plaatse van deze aanduiding ten minste één doorgang dient te worden gerealiseerd om het verblijfsgebied aan de oostzijde van het bestemmingsvlak (de Nieuwe Markt) vanaf de Grote Markt te ontsluiten. De breedte van de doorgang dient minimaal 6 meter te bedragen. De doorgang mag niet worden overbouwd. Burgemeester en wethouders kunnen hiervan onder voorwaarden afwijken (zie de toelichting hierna op sublid 3.1.4, onder b en c).

Sublid 3.1.2, onder d (maximale goot- en bouwhoogte)

In het geldende plan was voorgeschreven dat het maximum-aantal bouwlagen niet meer dan 5 meter mag bedragen, waarbij de hoogte van de voorgevel gemeten vanaf het peil tot de bovenkant van de dakrand c.q. het boeiboord niet meer mag bedragen dan 19,50 meter. Hiervan mocht worden afgeweken ten behoeve van een extra bouwlaag, mits deze ten opzichte van de voorgevel ten minste twee meter wordt teruggelegd en de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 23 meter. De hoogte is thans geregeld door een maximale goothoogte en een maximale bouwhoogte vast te leggen van respectievelijk 20 en 23 meter. Als bovenbeëindiging is zowel een platte afdekking als kap toegestaan. De maximale hoogte van een platte afdekking is 20 meter (de toegestane maximum-goothoogte). Hiervan mag worden afgeweken ten behoeve van een extra, terug te leggen bouwlaag. De maximale bouwhoogte van deze extra (platte) laag bedraagt 23 meter. Met betrekking tot het terugleggen van de gevel van deze laag is verduidelijkt / aangescherpt dat deze eis geldt zowel ten aanzien van de voorgevel aan de zijde van de Grote Markt als ten aanzien van de voorgevel aan de Nieuwe Markt, evenals ten aanzien van de zijgevels. De binnenplanse afwijkingsbevoegdheid ter zake is gehandhaafd. Overigens blijft op grond van het vigerende plan onverkort gelden dat de hoogte van de eerste bouwlaag ten minste 4,50 meter dient te bedragen.

Afwijken van de bouwregels

Sublid 3.1.4, onder b en c (afwijkingsbevoegdheid luchtbrug / overbouwde doorgang)

Aan artikel 4, lid 4.4, van het bestemmingsplan 'Grote Markt-Oostwand' wordt een nieuw onderdeel c en een nieuw onderdeel d toegevoegd, die burgemeester en wethouders de bevoegdheid geven om bij een omgevingsvergunning af te wijken van het verbod op overbouwen van een doorgang ten behoeve van een luchtbrug of een overbouwde doorgang (passage). Op grond van deze afwijkingsbevoegdheid kunnen een of meer luchtbruggen of overbouwde doorgangen worden toegestaan. Van de afwijkingsbevoegdheid voor een luchtbrug mag alleen gebruik worden gemaakt wanneer de hoogte van de luchtbrug minimaal twee bouwlagen of 8 meter bedraagt en de breedte maximaal 4 meter. De hoogte wordt gerekend vanaf peil tot de onderkant van de luchtbrug. Het begrip peil is verklaard in de begripsbepalingen van het bestemmingsplan 'Grote Markt-Oostwand' (artikel 1, onder 1.36). De afwijkingsbevoegdheid voor een overbouwde doorgang is gekoppeld aan de voorwaarde dat de breedte van de doorgang minimaal 6 meter dient te bredragen en de hoogte minimaal twee bouwlagen, waarbij ook in dit geval een maat van 8 meter (gerekend van peil tot de onderzijde van de overbouwing) de absolute ondergrens is. Voorts is als voorwaarde gesteld dat de (stedenbouwkundige) uitgangspunten in de (sub)paragrafen 3.2.3 en 4.3 van het beeldkwaliteitsplan, met name met betrekking tot de inval van daglicht in een overbouwde doorgang, in acht dienen te worden genomen. Dit beeldkwaliteitsplan zal gelijktijdig met het bestemmingsplan worden vastgesteld en maakt als bijlage, behorende bij de afwijkingsbevoegdheid, deel uit van de regels.

Specifieke gebruiksregels

Sublid 3.1.5 (gebruik doorgang(en))

Zoals hiervoor opgemerkt stellen de bouwregels (het nieuwe onderdeel b van artikel 4, sublid 4.2.2) het realiseren van minimaal één doorgang tussen de Grote Markt en de Nieuwe Markt verplicht. Om te voorkomen dat de doorgangen later worden afgesloten of de doorgang (bijvoorbeeld voor hulpdiensten) wordt versperd, is aan artikel 4 van het bestemmingsplan 'Grote Markt-Oostwand' het nieuwe lid 4.5 toegevoegd. Volgens onderdeel a van lid 4.5 wordt als gebruik in strijd met het bestemmingsplan in ieder geval gerekend het gebruik van bouwwerken zonder de instandhouding van de overeenkomstig artikel 4.2.2., onder b, gerealiseerde doorgang(en), waaronder in ieder geval wordt begrepen het afsluiten of afsluitbaar maken van de doorgangen. In aanvulling daarop bevat onderdeel b een verbod op het gebruik van deze doorgangen voor de uitstalling van waren, als terras, als standplaats voor straathandel of voor de opslag van voorwerpen, stoffen of materialen, niet noodzakelijk ten behoeve van het normale onderhoud van gronden en bouwwerken.

Bestemming Verkeer - Verblijf

Lid 3.2 (bestemmingsomschrijving)

In artikel 5, lid 5.1, onderdeel e, van het bestemmingsplan 'Grote Markt-Oostwand' wordt achter het woordje 'terrassen' de toevoeging 'ten behoeve van horecabedrijven' geschrapt. Hierdoor krijgt dit onderdeel een vergelijkbare redactie als het nieuwe onderdeel j van artikel 4, lid 4.1. Het exploiteren van een terras is hiermee niet langer beperkt tot enkel horecabedrijven.

Artikel 4

Bestemmingsplan Regiotram - tracédelen I en II

In artikel 7, lid 7.1, onderdeel f, van het bestemmingsplan 'Regiotram - tracédelen I en II' wordt achter het woordje 'terrassen' de toevoeging 'ten behoeve van horecabedrijven' geschrapt. Hierdoor krijgt dit onderdeel een vergelijkbare redactie als het nieuwe onderdeel j van artikel 4, lid 4.1, en artikel 5, lid 5.1, onderdeel e, van het bestemmingsplan 'Grote Markt-Oostwand'. Het exploiteren van een terras is hiermee niet langer beperkt tot enkel horecabedrijven.

Artikel 5

Relatie met het geldend bestemmingsplan

Dit artikel regelt de relatie met de regels van het bestemmingsplan 'Grote Markt-Oostwand' en het bestemmingsplan 'Regiotram - tracédelen I en II'. Voor zover de regels op grond van de artikelen 2 en 3 van de voorliggende partiële herziening niet worden gewijzigd, blijven de regels van deze bestemmingsplannen van kracht.

Artikel 6

Slotregel

Dit artikel bevat de citeerbepaling.

Hoofdstuk 4 Overleg

In het kader van het overleg, als bedoeld in artikel 3.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening, is het voorontwerpbestemmingsplan gezonden aan:.

  • 1. de provincie Groningen;
  • 2. de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed;
  • 3. de Commissie voor de Welstands- en Monumentenzorg;
  • 4. de brandweer / veiligheidsregio;
  • 5. N.V. Nederlandse Gasunie;
  • 6. waterschap Hunze en Aa's;
  • 7. N.V. Waterbedrijf Groningen;
  • 8. KPN Telecom;
  • 9. Enexis;
  • 10. Ziggo.

Dit heeft geleid tot een aantal schriftelijke reacties, die hieronder zijn samengevat en, voor zover ze

daartoe aanleiding geven, van commentaar voorzien.

Provincie Groningen

Inhoud reactie

Het bestemmingsplan geeft de provincie geen aanleiding om opmerkingen te maken.

N.V. Nederlandse Gasunie

Inhoud reactie

Het plan ligt buiten de 1% letaliteitsgrens van de dichtstbijzijnde leiding van de Gasunie. De Gasunie ziet dan ook geen aanleiding om een reactie te plaatsen.

Waterschap Hunze en Aa's

Inhoud reactie

Het waterschap heeft geen op- of aanmerkingen.

Ziggo

Inhoud reactie

In deze fase van het bestemmingsplan is er voor Ziggo geen aanleiding tot het maken van op- en/of aanmerkingen.

Veiligheidsregio Groningen

Inhoud reactie

In het plangebied is sprake van externe veiligheidsrisico's door het vervoer van gevaarlijke stoffen over het spoortraject Onnen-Sauwerd. Het plangebied ligt in het invloedsgebied van deze risicobron. Hierdoor moeten de aspecten bestrijdbaarheid en zelfredzaamheid worden onderzocht en verantwoord.


Uit beoordeling van de bestrijdbaarheid blijkt, dat zowel de bereikbaarheid als de bluswatervoorzieningen voldoende zijn. Het aspect bestrijdbaarheid geeft geen aanleiding tot het treffen van maatregelen.


Wel wordt geadviseerd om ervoor zorg te dragen dat de aanwezige bluswatervoorzieningen intact blijven tijdens de geplande nieuwbouw in het plangebied.


Uit de beoordeling van het aspect zelfredzaamheid blijkt dat in het plangebied geen sprake is van langdurig verblijf van verminderd zelfredzame personen en dat de mogelijkheden tot ontvluchting en alarmering voldoende zijn. Het aspect bestrijdbaarheid geeft geen aanleiding tot het treffen van maatregelen.


Wel wordt geadviseerd om de bevolking bij een ramp niet alleen via het bestaande WAS (Waarschuwings- en Alarmeringssysteem) maar ook op een andere wijze te alarmeren (radio, NL-Alert, televisie, geluidswagen, enz.).


Commentaar

De ondergrondse infrastructuur is inmiddels aan de nieuwe situatie aangepast. De aanwezige bluswatervoorzieningen zullen dan ook geen wijzigingen meer ondergaan.

Waarschuwing van de bevolking via WAS en andere communicatiemiddelen vindt plaats door de veiligheidsregio.

Hoofdstuk 5 Uitvoerbaarheid / exploitatie

Economische uitvoerbaarheid

Het plangebied maakt deel uit van de grondexploitatie Grote Markt-Oostzijde, die een sluitend resultaat kent.


Exploitatieplan

Verhaal van kosten als bedoeld in afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening vindt plaats via gronduitgifte. Daarmee is het kostenverhaal anderszins verzekerd en hoeft op grond van artikel 6.12, tweede lid, onder a, van de wet geen exploitatieplan te worden vastgesteld.