direct naar inhoud van Artikel 11 Maatschappelijk - Kerk
Plan: Stad Appingedam, deelplan agrarische gebieden
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0003.BPAPP10AGRARICHEGE-VA01

Artikel 11 Maatschappelijk - Kerk

 

11. 1.    Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Maatschappelijk - Kerk’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a.    een kerk met een daarbijbehorende begraafplaats;

b.    een verenigingsgebouw ten dienste van de functie van een kerk, ter plaatse van de aanduiding “specifieke vorm van maatschappelijk - verenigingsgebouw”;

c.    het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de cultuurhistorische waarden van de kerk en de bijbehorende begraafplaats; 

met daaraan ondergeschikt:

d.    kleinschalige duurzame energiewinning;

e.    wegen en paden;

f.     water; 

met de daarbijbehorende:

g.    tuinen, erven en terreinen.

11. 2.    Bouwregels

11. 2. 1. Op of in de gronden als bedoeld in lid 11.1. mogen uitsluitend worden ge­bouwd:

a.    gebouwen en overkappingen ten behoeve van een kerk;

b.    gebouwen en overkappingen ten behoeve van een verenigingsgebouw;

alsmede:

c.    andere bouwwerken, zoals terreinafscheidingen.

11. 2. 2. Voor het bouwen van de in lid 11.2.1. onder a genoemde gebouwen en overkappingen gel­den de volgende regels:

a.    per bestemmingsvlak mogen uitsluitend gebouwen en overkappingen ten behoeve van de ter plaatse gevestigde kerk worden gebouwd;

b.    de gebouwen en overkappingen zullen binnen een bouwvlak worden gebouwd;

c.    de goothoogte van een gebouw of een overkapping zal ten hoogste 5 m bedragen;

d.    de dakhelling van een gebouw of een overkapping zal ten minste 30º en ten hoogste 60º bedragen;

e.    de bouwhoogte van een gebouw zal ten hoogste 12 m bedragen.

11. 2. 3. Voor het bouwen van de in lid 11.2.1. onder b genoemde gebouwen en overkappingen gel­den de volgende regels:

a.    de gebouwen en overkappingen ten behoeve van het ter plaatse gevestigde verenigingsgebouw zullen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding “specifieke vorm van maatschappelijk - verenigingsgebouw” worden gebouwd;

b.    de goothoogte van een gebouw of een overkapping zal ten hoogste 3,50 m bedragen;

c.    de dakhelling van een gebouw of een overkapping zal ten minste 30º en ten hoogste 60º bedragen;

d.    de bouwhoogte van een gebouw zal ten hoogste 10 m bedragen.

11. 2. 4. Voor het bouwen van de in lid 11.2.1. onder c genoemde andere bouwwerken gelden de volgende regels:

a.    de hoogte van terreinafscheidingen zal ten hoogste 2 m bedragen;

b.    de bouwhoogte van overige andere bouwwerken zal ten hoogste 5 m bedra­gen.

11. 3.    Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

a.    het gebruik van gebouwen voor bewoning;

b.    het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van horeca anders dan ondergeschikte horeca ten dienste van de functie van een kerk;

c.    het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van detailhandel, anders dan productiegebonden detailhandel met een verkoopvloeroppervlakte groter dan 60 m².

11. 4.    Wijzigingsbevoegdheid

11. 4. 1. Het bestemmingsplan kan worden gewijzigd in die zin dat:

a.    in een aanduiding een grotere bouwhoogte voor het bou­wen van andere bouwwerken wordt aangegeven, mits:

1.    de bouwhoogte ten hoogste 10 m zal bedragen;

2.    deze wijziging voor reclamemasten tot ten hoogste 6 m zal worden toegepast;

 

b.    de bestemming ‘Maatschappelijk - Kerk’ wordt gewijzigd in de bestemming ‘Wonen - E1’, mits:

1.    na toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid de regels van artikel 22 van toepassing zijn;

2.    de religieuze en/of maatschappelijke functie van de kerk is beëindigd;

3.    er geen sprake is van onevenredige schade voor de aangrenzende (agrarische) bedrijven, in die zin dat de bedrijven in hun ontwikkelingsmogelijkheden worden beperkt.

11. 4. 2. Er kan toepassing worden gegeven aan de in lid 11.4.1. bedoelde wijzigingsbevoegdheden indien hierdoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de milieusitua­tie, de woonsituatie, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.