direct naar inhoud van Artikel 8: Bos
Plan: Veenhuizen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1699.2010BP022-vg02

Artikel 8: Bos

8.1. Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bos' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bebossing;
  • b. het behoud, het herstel en/of de ontwikkeling van natuurlijke, landschappelijke en cultuurhistorische waarden, zoals omschreven in bijlage 1 bij de toelichting;
  • c. recreatief medegebruik;

alsmede voor:

  • d. een antennemast, ter plaatse van de aanduiding 'antennemast';

met daaraan ondergeschikt:

  • e. paden en verhardingen;
  • f. (openbare) groenvoorzieningen;
  • g. (openbare) nutsvoorzieningen;
  • h. water en waterstaatkundige voorzieningen;

met de daarbijbehorende:

  • i. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
8.2. Bouwregels
8.2.1. Gebouwen

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

8.2.2. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. een antennemast mag uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'antennemast';
  • b. de bouwhoogte van een antennemast bedraagt ten hoogste 40 m;
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste 2 m.
8.3. Nadere eisen

Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmetingen van de bouwwerken, ten behoeve van:

  • a. de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het Beschermd dorpsgezicht;
  • b. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • c. de milieusituatie;
  • d. de verkeersveiligheid;
  • e. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;
  • f. de woonsituatie;
  • g. de sociale veiligheid;
  • h. de externe veiligheid.
8.4. Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van de gronden voor verblijfsrecreatie.
8.5. Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
8.5.1. Vergunningplicht

Voor de volgende werken, geen bouwwerken zijn, en werkzaamheden is een omgevingsvergunning vereist:

  • a. het vellen of rooien van boombeplanting;
  • b. het aanleggen, verharden en/of verwijderen van voet-, fiets- en ruiterpaden, parkeergelegenheid en andere oppervlakteverhardingen;
  • c. het graven of dempen van watergangen;
  • d. het verrichten van graafwerkzaamheden;
  • e. het ophogen van gronden;
  • f. het egaliseren of diepploegen;
  • g. het aanleggen van ondergrondse en bovengrondse transport-, energie-, telecommunicatie- of andere leidingen en de daarmee verband houdende constructies.
8.5.2. Uitzondering

Het bepaalde in lid 8.5.1 is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden die:

  • a. het normale onderhoud betreffen;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan.
8.5.3. Toetsingscriteria

De werken en werkzaamheden als bedoeld in 8.5.1. zijn slechts toelaatbaar indien door de werken en werkzaamheden, dan wel de gevolgen daarvan, geen onevenredige aantasting ontstaat of kan ontstaan van de landschappelijke en natuurlijke waarden van het gebied en van de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het Beschermd dorpsgezicht.