direct naar inhoud van Artikel 12 Sport
Plan: Altweerterheide, Stramproy, Swartbroek en Tungelroy
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0988.BPAltwStraSwarTung-VA01

Artikel 12 Sport

12.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. sportieve recreatie;
  • b. een schutterij met bijbehorend clublokaal, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport – schutterij';
  • c. het uitoefenen van een horecabedrijf op de begane grond, ter plaatse van de aanduiding 'horeca';
  • d. het behoud en/of herstel van de aanwezige landschappelijke en/of stedenbouwkundige waarden ter plaatse van de aanduiding 'waardevolle boom';
  • e. een schietboom met kogelvanger, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport – kogelvanger';

een en ander met de daarbij behorende parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen, verhardingen en andere voorzieningen zoals energievoorzieningen.

Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de overige aangewezen dubbelbestemmingen, bestemmingen en aanduidingen, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 28.4.

12.2 Bouwregels
12.2.1 Algemeen

Op de voor 'Sport' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:

  • a. bouwwerken passende binnen deze bestemming (zoals een clubgebouw, kantine, kleedruimten, opbergruimten, etc.);
  • b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, welke qua aard en afmetingen passen binnen deze bestemming.
12.2.2 Regels met betrekking tot het bouwvlak
  • a. Gebouwen moeten binnen het bouwvlak worden gebouwd.
  • b. Het bouwvlak mag in zijn geheel worden bebouwd.
  • c. Ten aanzien van de maatvoering van de gebouwen geldt dat de goothoogte en bouwhoogte van gebouwen maximaal 6,50 meter mag bedragen, tenzij een andere hoogte is aangeduid op de verbeelding of maximaal de bestaande goot- en bouwhoogte op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan indien deze hoger is.
12.2.3 Overige regels met betrekking tot bebouwing
  • a. Gebouwen van ondergeschikte betekenis en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mogen ook buiten het bouwvlak maar dienen uitsluitend binnen het bestemmingsvlak te worden gebouwd.
  • b. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, dienen qua aard en afmetingen bij de bestemming te passen.
  • c. De oppervlakte van een gebouw van ondergeschikte betekenis mag maximaal 20 m2 bedragen.
  • d. In totaal mag ten hoogste 60 m2 aan gebouwen van ondergeschikte betekenis worden opgericht per bestemmingsvlak.
  • e. De goot- en bouwhoogte van een gebouw van ondergeschikte betekenis mogen maximaal 3,00 meter bedragen.
  • f. De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag maximaal 6,00 meter bedragen, met uitzondering van:
  • 1. lichtmasten, waarvan de bouwhoogte maximaal 20,00 meter mag bedragen;
  • 2. reclamemasten, waarvan de bouwhoogte maximaal 4,00 meter mag bedragen;
  • 3. ballenvangers en andere sportvoorzieningen, waarvan de bouwhoogte maximaal 10,00 meter mag bedragen;
  • 4. erfafscheidingen waarvan de bouwhoogte maximaal 2,00 meter mag bedragen;
  • 5. een schietboom met kogelvanger, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport – kogelvanger', waarvan de hoogte maximaal 20 m mag bedragen.
12.2.4 Antenne-opstelpunten

Op gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde hoger dan 15,00 meter mogen antenne-opstelpunten worden opgericht, mits deze antennemasten niet hoger zijn dan 5,00 meter vanaf bovenkant gebouw of bouwwerk, geen gebouw zijnde.

12.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van de op grond van dit artikel toegelaten situering en afmetingen van bouwwerken met een maximum afwijkingspercentage van 10 %, indien dit noodzakelijk is, ter voorkoming van onevenredige nadelige gevolgen voor:

  • a. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden,
  • b. dan wel voor zover dit noodzakelijk is ten behoeve van het na te streven stedenbouwkundige beeld.
12.4 Afwijken van de bouwregels
12.4.1 Afwijken van de bouwregels ten behoeve van het veranderen van het bouwvlak

Het bevoegd gezag kan eenmalig met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 12.2, ten behoeve van het veranderen van het bouwvlak, met dien verstande dat:

  • a. de noodzaak daartoe wordt aangetoond;
  • b. natuurlijke, landschappelijke en cultuurhistorische waarden en belangen en het aangrenzende woon- en leefmilieu niet onevenredig worden aangetast;
  • c. dan wel de mogelijkheden voor het herstel van bedoelde waarden niet wezenlijk worden of kunnen worden verkleind;
  • d. een planschadeovereenkomst met de gemeente is aangegaan;
12.5 Specifieke gebruiksregels
12.5.1 Gebruik van de gronden en opstallen

Onder gebruiken of laten gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en opstallen voor:

  • a. opslagdoeleinden, anders dan overeenkomstig het normale gebruik bij de bestemming 'Sport';
  • b. bedrijfsdoeleinden;
  • c. detailhandel, tenzij het betreft detailhandel welke verband houdt met en ondergeschikt is aan de geldende bestemming;
  • d. horeca, tenzij het betreft horeca die verband houdt met en ondergeschikt is aan de geldende bestemming;
  • e. kantoordoeleinden, tenzij het betreft kantoordoeleinden welke verband houden met en ondergeschikt zijn aan de sportaccommodatie;
  • f. wonen;
  • g. prostitutiedoeleinden.
12.5.2 Parkeren

Elke voorziening dient op eigen terrein te voorzien in de behoefte aan parkeergelegenheid (zowel voor personeel als voor bezoekers) en in gelegenheid voor laden en lossen, waarbij voldaan dient te worden aan de normen in de Parkeerbeleidsnota 2006, tenzij voldoende openbare plaatsen aanwezig zijn volgens een beoordeling van burgemeester en wethouders.

12.5.3 Wet geluidhinder

Bij het nieuw oprichten van geluidgevoelige objecten als bedoeld in de Wet geluidhinder dient het bepaalde in artikel 28 in acht genomen te worden.

12.6 Afwijken van de gebruiksregels

Niet van toepassing.

12.7 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden
12.7.1 Verbodsbepaling

Het is verboden op de voor 'Sport' aangewezen gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de navolgende werkzaamheden uit te voeren:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'waardevolle boom': het vellen of rooien van karakteristieke beplanting.
12.7.2 Normaal onderhoud

Het onder 12.7.1 vervatte verbod geldt niet voor de werkzaamheden:

  • a. waarvoor ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan een (omgevings)vergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden is verleend;
  • b. die het normale onderhoud en beheer betreffen.
12.7.3 Toelaatbaarheid

Werken als bedoeld in 12.7.1 onder a. zijn slechts toelaatbaar indien door deze werkzaamheden, dan wel door daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen de stedenbouwkundige en/of landschappelijke waarden van de desbetreffende gronden, niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.