Plan: | Dijkverzwaren Nieuw-Lekkerland |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1927.BPdijkverzwarenNLL-VG02 |
Het transport, de opslag en productie van gevaarlijke stoffen brengen risico's met zich mee door de mogelijkheid dat bij een ongeval gevaarlijke lading vrij kan komen. Het begrip externe veiligheid geeft inzicht in de hieraan verbonden risico's voor omwonenden. De externe veiligheidsituatie voor het plangebied is onderzocht aan de hand van de gegevens uit de risicokaart in combinatie met de voorgenomen ontwikkelingen binnen dit bestemmingsplan.
Externe veiligheid maakt onderscheid tussen risicobronnen en risico-ontvangers. De risico-ontvangers betreffen de mensen in woningen, scholen, bedrijven, et cetera. De risicobronnen zijn in twee groepen te verdelen:
Het Nederlandse externe veiligheidsbeleid is gericht op de bescherming van individuen die zich bevinden in beperkt kwetsbare en kwetsbare objecten1, oftewel de risico-ontvangers.
Plaatsgebonden risico en groepsrisico
Het plaatsgebonden risico (PR) is de kans per jaar dat een persoon dodelijk wordt getroffen door een ongeval, indien hij zich permanent en onbeschermd op een bepaalde plaats bevindt. Hoe dichter bij de bron, hoe groter het plaatsgebonden risico.
Het groepsrisico (GR) is de kans per jaar dat in één keer een groep van een bepaalde grootte dodelijk slachtoffer wordt van een ongeval met gevaarlijke stoffen. Hoe meer mensen nabij de bron, hoe groter het groepsrisico.
Het bevoegd gezag dient over iedere toename van het groepsrisico of overschrijding van de oriëntatiewaarde van het groepsrisico verantwoording af te leggen.
Risicokaart
Uit de risicokaart, opgenomen in afbeelding 5.4, blijkt dat diverse risicobronnen in het plangebied aanwezig zijn. De aanwezige risicobronnen zijn opgenomen in tabel 5.13 en tabel 5.14. Geen enkele risicobron vormt een belemmering voor de voorgenomen ruimtelijke ontwikkeling (plaatsgebonden risico).
De groepsrisico's behorende bij de verschillende risicobronnen in combinatie met de ruimtelijke ontwikkelingen wijzigen niet, omdat er netto geen woningen worden bijgebouwd. De personendichtheid binnen de invloedsgebieden wijzigt hierdoor niet.
Afbeelding 5.4. Risicokaart (d.d. 19 januari 2012)
Tabel 5.13. Risicobronnen (gegevens uit de risicokaart d.d. 19 januari 2012)
risicobron | naam | adres | PR | invloedsgebied | dijksectie |
Water | Lek | niet van toepassing | 0 meter | I t/m VII | |
LPG | De Boezem | Boezemweg 1, Lekkerkerk | 45 meter | 150 meter | II |
Vuurwerk | P.J. van Rikxoort | Voorstraat 124 | 8 meter | II | |
Vuurwerk | De Vuurpijl | Korte Achterweg 4 | 8 meter | II | |
Overig | J.W. de Lange | Veerweg 6 | 65 meter | 275 meter | II |
Tabel 5.14. Risicobronnen (gegevens van Gasunie)
risicobron | naam |
PR |
1 % letali- teitgrens |
100% letali- teitgrens |
druk |
dia- meter |
dijk- sectie |
Aardgastransportleiding | A-518-06 (Gasunie) | 0 meter | 380 meter | 160 meter | 66.2 bar | 30 inch | III |
Aardgastransportleiding | A-553 (Gasunie) | 0 meter | 430 meter | 180 meter | 66.2 bar | 36 inch | II, III |
Aardgastransportleiding | A-803 (Gasunie) | 0 meter | 580 meter | 220 meter | 80 bar | 48 inch | II |
Conclusie
Het aspect externe veiligheid vormt geen belemmering voor het uitvoeren van het voorgenomen plan.