direct naar inhoud van Artikel 9 Waarde - Ecologie
Plan: Hof van Tolhek
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1926.bp00120072-4001

Artikel 9 Waarde - Ecologie

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Ecologie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor:

  • a. instandhouding en ontwikkeling van natuurwaarden, gericht op ontwikkeling en instandhouding van ecologische netwerken, als bedoeld in artikel 1, lid 1.25, en beschermde groei- en verblijfplaatsen, als bedoeld in artikel 1, lid 1.12;
  • b. voorzieningen ten behoeve van en behorende bij de onder a bedoelde doeleinden.
9.2 Bouwregels

In aanvulling op de andere regels met betrekking tot het bouwen mogen op en in deze gronden andere bouwwerken ten behoeve van de in lid 9.1 aangegeven doeleinden worden gebouwd met dien verstande dat de bouwhoogte niet meer dan 2 m mag bedragen.

9.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen aan de situering van bouwwerken die krachtens de andere bestemmingen van de gronden als bedoeld in lid 9.1, mogen worden gebouwd, ter voorkoming van onevenredige aantasting van de in lid 9.1 bedoelde waarden en belangen.

9.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
9.4.1 Omgevingsvergunningplicht

Behoudens het bepaalde in lid 9.4.2, is het verboden zonder een omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders op en in de in lid 9.1 bedoelde gronden de volgende werken,geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het ontgronden, afgraven, egaliseren of ophogen van gronden;
  • b. het rooien of aanplanten van bomen of andere houtgewassen;
  • c. het aanbrengen van oppervlakteverhardingen;
  • d. het aanleggen van paden;
  • e. het graven of vergraven, verruimen of dempen van sloten, vijvers en andere waterpartijen en het aanleggen van drainage;
  • f. het aanleggen van ondergrondse transport-, energie- of telecommunicatieleidingen en daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur.

9.4.2 Uitzondering omgevingsvergunningplicht

Het in sublid 9.4.1 gestelde verbod geldt niet voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden:

  • a. in het kader van het normale beheer en onderhoud;
  • b. werken en werkzaamheden waarmee op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan:
  • 1. is begonnen, voor zover daarvoor tot dat tijdstip geen vergunning was vereist;
  • 2. is of mag worden begonnen krachtens een verleende vergunning.

9.4.3 Toelaatbaarheid van werken of werkzaamheden

De werken of werkzaamheden als bedoeld in sublid 9.4.1, zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, een of meer waarden of functies van de in lid 9.1 bedoelde gronden, welke het plan beoogt te beschermen:

  • a. niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel
  • b. de mogelijkheden voor het herstel van die waarden of functies niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.