direct naar inhoud van 5.7 Ecologie
Plan: Katwijkerbuurt
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1926.bp000120074-4001

5.7 Ecologie

In Nederland is de bescherming van natuurwaarden in twee wetten geregeld, namelijk in de Flora- en faunawet (2002) en in de Natuurbeschermingswet (1998). De Flora- en faunawet is gericht op de bescherming van soorten, terwijl de Natuurbeschermingswet gericht is op de bescherming van leefgebieden.

5.7.1 Gebiedsbescherming

De bescherming van gebieden is geregeld via de Natuurbeschermingswet 1998 of via bestemmingsplannen van de gemeenten. De Natuurbeschermingswet bepaald wat er wel en niet mag in de beschermde natuurgebieden. Activiteiten die mogelijk negatieve gevolgen kunnen hebben voor de natuurwaarden mogen niet plaats vinden zonder vergunning. Verder is iedereen verplicht zorgvuldig om te gaan met natuurgebieden, de zogenaamde zorgplicht.

Het plangebied is niet aangewezen als Natura 2000-gebied. In het plangebied liggen ook geen beschermde natuurmonumenten. Het plangebied herbergt wel enkele watergangen en groenstroken die conform het gemeentelijk beleid onderdeel uitmaken van het ecologisch netwerk van Pijnacker.

Doel van het gemeentelijke ecologische beleid is een samenhangend ecologisch netwerk te creëren binnen de gemeente. Door de gebieden die onderdeel zijn van het ecologisch netwerk te beschermen, wordt versnippering van het groen voorkomen. Dit levert een positieve bijdrage aan de verscheidenheid van planten en dieren in de gemeente. In dit bestemmingsplan hebben de waterpartijen en groengebieden die op basis van het ecologisch beleid deel uitmaken van de binnenstedelijke ecologische structuur een aparte dubbelbestemming gekregen. Met het opnemen van de dubbelbestemming wordt het ecologisch netwerk behouden en beschermd tegen bepaalde verstorende werkzaamheden.

5.7.2 Soortenbescherming

De Flora- en Faunawet beschermt een groot aantal in het wild levende planten- en diersoorten, ook buiten beschermde natuurgebieden. Op grond van de Flora en faunawet is het verboden beschermde planten te vernielen of te beschadigen, beschermde dieren te verstoren, verwonden of te doden. Daarnaast is het verboden rust- en verblijfplaatsen van beschermde diersoorten te beschadigen, weg te nemen of te vernielen. Ontheffing van deze regels is onder voorwaarde mogelijk voor onder andere bouwprojecten.

Bestaande natuurwaarden
Door adviesbureau Regelink Ecologie en landschap is een gemeentebreed onderzoek uitgevoerd naar het voorkomen van onder de Flora- en faunawet (Ffw) beschermde verblijfplaatsen van vleermuizen (2011) en broedvogels (2012). In het plangebied van het bestemmingsplan Katwijkerbuurt zijn beschermde verblijfplaatsen gevonden van Huismus, Gewone dwergvleermuis en Steenuil. Onomkeerbare verstoring of vernietiging van deze verblijfplaatsen of functioneel leefgebied van deze soorten leidt tot overtreding van de verbodsbepalingen in de Ffw, tenzij een ontheffing is verkregen. Bovendien is het gebied voor de Huismus een belangrijk kerngebied (Lansbergen 2013*), wat betekent dat aantasting van dit leefgebied ook gevolgen heeft voor huismussenpopulaties in de omtrek en alleen is toegestaan met een ontheffing van de Flora- en faunawet.

Daarnaast is het bebouwde gebied geschikt voor algemeen voorkomende tuinvogelsoorten zoals Koolmees, Pimpelmees, Merel, Heggenmus, Roodborst, Vink. Kleine zoogdieren met vertegenwoordigers uit de soortgroepen spitmuizen, woelmuizen en ware muizen, wezel, hermelijn en bunzing en amfibieën (Gewone pad, Bruine kikker, Kleine watersalamander en Groene kikker (s.l.). In de watergangen is de aanwezigheid van beschermde soorten als Kleine modderkruiper en Bittervoorn zeer aannemelijk. Het deel van weidegebied dat binnen het plangebied ligt, ligt dermate dicht bij bebouwing dat de kans op broedgevallen van weidevogels als Kievit, Grutto en Tureluur uitgesloten moet worden geacht.

Ontwikkellocaties (RvR-locaties en overige ontwikkelingen)
Ten aanzien van deRvR-ontwikkellocaties (zie onder 4.3.4) is op basis van het voornoemde onderzoekvan adviesbureau Regelink Ecologie en landschap, alsmede op basis van floraenfaunacheck.nl bekeken of sprake is van aanwezigheid van de beschermde verblijfplaatsen van de in het plangebied voorkomende Huismus, Gewone dwergvleermuis, Steenuil of broedvogels.Vastgesteld is dat op de betreffende locaties geen beschermde verblijfplaatsen aanwezig zijn. Ook op het braakliggende perceel Katwijkerlaan 46, waar in het bestemmingsplan een bouwmogelijkheid voor een nieuwe kas (herbouw) is opgenomen zijn geen beschermde verblijfplaatsen aangetroffen. Overigens worden de voorgenomen ontwikkelingen (o.a. het slopen van kassen en terugbouwen van woningen) niet aangemerkt als een aantasting van het functioneel leefgebied van de Huismus.

Aanbevelingen
Belangrijk is wel dat gezien de enorme achteruitgang van de Huismus in Nederland, bij de ontwikkelingen de navolgende aanbevelingen worden overgenomen:

  • voorkomen van toepassen van vogelschroot, en het aanbrengen van nestvoorzieningen in nieuwbouw bv door vogelvides of huismuspannen
  • het zoveel mogelijk instandhouden van foerageergelegenheid en schuilgelegenheid (hagen).
  • gefaseerde uitvoering van de diverse ontwikkelingen is van belang om de soortgroepen niet in één keer van hun foerageer- en schuilgelegenheid te beroven.
  • sloop- en kapwerkzaamheden gebeuren bij voorkeur buiten het broedseizoen (1 maart tot 1 augustus).

* Lansbergen S., 2013, soortenmanagementplan Huismus, Pijnacker-Nootdorp, gemeente Pijnacker-Nootdorp