direct naar inhoud van 3.1 Landschap en cultuurhistorie
Plan: Achthuizen-Langstraat-Zuidzijde
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1924.OFLAchthLstrZz10-BP50

3.1 Landschap en cultuurhistorie

Historische ontwikkeling/ontstaansgeschiedenis

Het plangebied bestaat uit de kern Achthuizen en de twee buurtschappen Langstraat en Zuidzijde. De kern en beide buurtschappen kunnen worden gezien als onderdeel van het omliggende landelijke gebied. De dijken waarop deze gelegen zijn, vormen het raamwerk van het landelijke gebied van Oostflakkee. De zee heeft hierbij een belangrijke rol gespeeld. De gronden overstroomde herhaaldelijk en er werd een laagje klein gedeponeerd bij het terugtrekken van het water. In de 12e en 13e eeuw werden de ringvormige veeneilanden met een dijk omgeven. Als een flink gebied daarna ook bij vloed droog bleek, legde men er een dijk omheen die op twee plaatsen aansloot op de bestaande dijk. Zo veranderde de oude zeedijk in een 'droge' dijk en kon er een buurtschap ontstaan.

Van oudsher liepen de belangrijkste routes door het landelijke gebied van Oostflakkee over de dijken. Dit en het feit dat de dijken als relatief hoge plek in het landschap veilig waren bij mogelijke overstromingen, verklaart dat juist deze elementen in het landschap een ruimtelijk verdichtende werking hebben. De bebouwing, erfbeplanting, wegbeplantingen en de boomgaarden in Oostflakkee liggen voornamelijk langs de dijken gesitueerd. De woningen op of tegen de dijken zijn voornamelijk kleinere woningen, de voormalige arbeiderswoningen. Het agrarisch bodemgebruik op de dijken is extensief; er vindt enige beweiding plaats (schapen, jong vee, paarden) en hier en daar liggen moestuinen. De boerderijbebouwing ligt hoofdzakelijk op enige afstand van de voet van de dijk, in het landelijke gebied.

Naast de landschappelijke en functionele betekenis, hebben grote delen van het dijkenstelsel ook een natuurwetenschappelijke waarde. De oost-, west- en zuidzijde van de dijken hebben een zodanig warmteabsorberend vermogen waardoor op de taluds de Midden-Europese 'stroomdalflora' voorkomt. Een aantal hiervan vormen zeldzame soorten in Nederland. Dit geeft de dijken een potentieel grote botanische waarde. Karakteristiek voor de dijken is dat deze eenzijdig zijn beplant met bloemen terwijl op de andere zijde afwisselend moestuinen, siertuinen en verspreide bomen aanwezig zijn.

De kern Achthuizen en de buurtschappen Zuidzijde en Langstraat zijn alle drie ontstaan op bijzondere plaatsen langs dijken in het dijkenstelsel van het landelijke gebied. In tegenstelling tot de havenstadjes, ontwikkelden deze zich door een aaneenrijging van woningen langs de dijken, waarbij op de kruisingen verdichtingen ontstonden: de kernen. De ruimtelijke opbouw van de kernen bestaat hierdoor vrijwel helemaal uit 'randen', waarbij de dijken de 'ingangen' vormen van de kernen. De achterzijde van de woningen en kavels zijn veelal gekeerd naar het landschap. In een later stadium is met name in Achthuizen afgeweken van de oorspronkelijke structuur. In de oksel van de Bommelsedijk en Galathesedijk is hier de eerste geconcentreerde bebouwing gerealiseerd in de vorm van woningbouw.

Achthuizen wordt in de geschiedenis voornamelijk genoemd als gehucht. Achthuizen is waarschijnlijk ontstaan rond 1526 toen de Bommelse Polder en de Polder Galathee met elkaar verbonden werden. Achthuizen is de enige kern zonder haven in de gemeente Oostflakkee. Achthuizen is ontstaan door de bouw van een katholieke kerk op de kruisingen van de Bommelsedijk en de Galathesedijk. Verondersteld mag worden dat er voor die tijd al bebouwing (8 huizen) aanwezig was. Zuidzijde is ook op een kruising van twee dijken ontstaan; de Tilsedijk en de Bommelsedijk

Beide kernen waren vroeger middels de laatstgenoemde dijken met elkaar verbonden. De aanleg van de provinciale weg N59 heeft ervoor gezorgd dat deze oorspronkelijke verbinding doorbroken werd.

Ook de aanwezigheid van kreken speelde waarschijnlijk een rol bij het ontstaan van nederzettingen. Zowel bij Zuidzijde als bij Langstraat is dit het geval.

De bebouwing van de linten komt zowel op de dijk als aan de voet van de dijk en langs de linten voor. In Achthuizen is de bebouwing aan de oostzijde van het lint gesitueerd aan de voet van de dijk. De bebouwing aan de westzijde (de 'zeedijk') is gesitueerd op de kruin van de dijk. Aan de voet van de dijk is de kerk gesitueerd. De bebouwing bestaat uit een mix van historische vrijstaande boerderijen en bebouwing in de stroken en blokverkaveling. De bebouwing op de kop van de dijk bestaat uit kleine boerderijachtige bebouwing van 1,5 laag met kap. De bebouwing staat op de kop van de kavel en vrij dicht op de weg. De rooilijn volgt het verloop van de weg. Dit wordt in dit bestemmingsplan gewaarborgd, doordat een maximale afstand van de as van de weg tot de woningen is opgenomen.

De structuur van Langstraat is parallel aan de dijk gelegen. Aan de buitenzijde van de dijk is de meeste bebouwing op de kruin van de dijk gesitueerd. Aan de binnen zijde, het gedeelte dat altijd droog bleef, staat de bebouwing aan de voet van de dijk.

Langs de historische bouwlinten van Achthuizen, Zuidzijde en Langstraat worden de hisotrische structuurdragers het meest intensief beleefd. Daarbij staan langs deze structuren nog veel traditionele historische bebouwing met een relatief hoge cultuurhistorische waarde. In het welstandsbeleid hebben deze gebieden bijzondere aandacht. Belangrijk is dat het zicht vanuit de linten op het achterland gehandhaafd blijft.