direct naar inhoud van Artikel 8 Natuur - 1
Plan: Recreatieterreinen 2012
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1924.GDRRecreatie-BP40

Artikel 8 Natuur - 1

8.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Natuur - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. behoud, herstel en ontwikkeling van de aan de bossen, houtwallen, zandwallen, duinen, duingraslanden, oevervegetaties, poelen en water eigen zijnde natuur-, landschaps- en cultuurhistorische waarden;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - poel': het behoud en/of herstel van ter plaatse aanwezige poelen en de daaraan eigen landschappelijke, natuurwetenschappelijke en cultuurhistorische waarden;
  • c. extensieve dagrecreatie;
  • d. ter plaatse van de aanduidingen:
    • 1. 'specifieke vorm van recreatie - Alexanderpark';
    • 2. 'specifieke vorm van recreatie - Klingendaal';
    • 3. 'specifieke vorm van recreatie - Westeinde';
    • 4. 'specifieke vorm van recreatie - West Nieuwlandseweg';

tevens recreatiewoningen, waarbij parkeren uitsluitend op eigen terrein is toegestaan.

8.2 Bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:

8.2.1 Algemeen
  • a. op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd;
  • b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag ten hoogste 3 m bedragen.

8.2.2 Recreatiewoningen
  • a. in afwijking van het bepaalde in lid 8.2.1 onder a geldt dat ter plaatse van de aanduidingen 'specifieke vorm van recreatie - klingendaal', 'specifieke vorm van recreatie - Westeinde' en 'specifieke vorm van recreatie - West Nieuwlandseweg' recreatiewoningen zijn toegestaan, met dien verstande dat:
    • 1. gebouwen worden binnen het bouwvlak gebouwd;
    • 2. centrum- en beheervoorzieningen en bedrijfswoningen zijn uitgesloten;
    • 3. het aantal recreatiewoningen bedraagt ten hoogste het aantal zoals opgenomen in de volgende tabel:
aanduiding   max. aantal recreatiewoningen  
specifieke vorm van recreatie - Alexanderpark**   77  
specifieke vorm van recreatie - Klingendaal*   23  
specifieke vorm van recreatie - Westeinde*   54  
specifieke vorm van recreatie - West Nieuwlandseweg*   9  

* met dien verstande dat het maximum aantal voor deze terreinen in samenhang moet worden gezien met die delen van de terreinen die binnen de bestemming Bos vallen.

** met dien verstande dat het maximum aantal voor dit terrein in samenhang moet worden gezien met dat deel van het terrein dat binnen de bestemming Recreatie - Verblijfsrecreatie valt.

    • 1. de goothoogte van een recreatiewoning bedraagt ten hoogste 3 m;
    • 2. de inhoud van een recreatiewoning inclusief inpandige bergplaats bedraagt ten hoogste 350 m³, waarbij in afwijking van het bepaalde in lid 2.8 ondergrondse ruimten worden meegeteld bij de inhoud van een recreatiewoning;
    • 3. bij iedere recreatiewoning zijn bergplaatsen en overkappingen toegestaan met een gezamenlijke oppervlakte van ten hoogste 10,5 m² en een goothoogte van ten hoogste 2,5 m;
    • 4. indien recreatiewoningen niet aaneen worden gebouwd bedraagt de onderlinge afstand, exclusief eventuele aangebouwde bergplaatsen of overkappingen, ten minste 5 m;
    • 5. de bouwhoogte van erfafscheidingen bedraagt ten hoogste 2 m;
    • 6. de bouwhoogte van speelvoorzieningen bedraagt ten hoogste 5 m;
    • 7. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 6 m;
    • 8. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan ten behoeve van de verkeersregeling, de verkeers- of wegaanduiding bedraagt niet meer dan 3 m;
    • 9. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - poel' zijn geen bouwwerken toegestaan.

8.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
8.3.1 Uitvoeringsverbod zonder omgevingsvergunning

Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Natuur - 1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, of de volgende werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het ontginnen, bodemverlagen, afgraven, ophogen of egaliseren;
  • b. het aanbrengen van oppervlakteverhardingen, behoudens de aanleg van een tot een recreatiewoning behorend terras van maximaal 20 m² op gronden met de aanduiding 'recreatiewoning';
  • c. het verwijderen of verstoren van de natuurlijke vegetatie, waaronder begrepen het winnen van bosstrooisel en het scheuren of frezen van natuurlijke graslandvegetaties;
  • d. het aanleggen van waterlopen of het vergraven, verruimen of dempen van reeds bestaande waterlopen;
  • e. het aanbrengen van ondergrondse en bovengrondse transport-, energie- of telecommunicatieleidingen en de daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur;
  • f. het vellen, rooien of beschadigen van houtgewassen;
  • g. het verrichten van exploratieboringen en andere onderzoekingen naar bodemschatten, alsmede het slaan van waterputten of -bronnen ten behoeve van de drinkwaterwinning;
  • h. het bebossen of aanbrengen van kruidachtige of houtachtige gewassen op gronden die ten tijde van het in ontwerp ter inzage leggen van het plan niet met een dergelijke vegetatie waren begroeid;
  • i. het aanleggen van gesloten drainagesystemen;
  • j. het aanleggen of aanbrengen van oeverbeschoeiingen en kaden;
  • k. het aanleggen van bezinkvijvers;
  • l. het bestrooien of bespuiten van de gronden met chemische bestrijdingsmiddelen;
  • m. het verrichten van (proef)boringen en/of het winnen van grondstoffen of delfstoffen (zand daaronder begrepen en het verrichten van seismografisch onderzoek op gronden met de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - poel'.

8.3.2 Uitzonderingen op het uitvoeringsverbod

Het verbod van lid 8.3.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:

  • a. normaal onderhoud en beheer ten dienste van de bestemming betreffen;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan.

8.3.3 Voorwaarde voor een omgevingsvergunning

De werken of werkzaamheden als bedoeld in lid 8.3.1 zijn slechts toelaatbaar, indien daardoor de natuur- en landschapswaarden niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast.