Plan: | Landelijk Gebied Dirksland |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1924.DLDLandelijkgebied-BP30 |
Het vigerende bestemmingsplan kent twee zones die in belangrijke mate overeenkomen met de zonering van het vigerende plan:
Deze zonering is in het bestemmingsplan als volgt vertaald:
Agrarisch (A)
In het grootste deel van het plangebied is de agrarische functie de hoofdfunctie. De zone agrarische hoofdstructuur uit het vigerende bestemmingsplan wordt in het bestemmingsplan overgenomen en de agrarische gronden worden voorzien van de bestemming Agrarisch (A).
Binnen de zone agrarisch wordt de grondgebonden landbouw in beginsel optimale ontwikkelingsmogelijkheden geboden. Dit houdt in dat de meeste vormen van agrarisch grondgebruik toegelaten worden, zoals akker- en vollegrondstuinbouw, grondgebonden veehouderij, fruitteelt, sierteelt, bosbouw en paardenfokkerij.
In het gehele plangebied is het onder voorwaarden mogelijk via een wijzigingsbevoegdheid de bestemming Agrarisch te wijzigen in Natuur. Deze wijzigingsbevoegdheid kan onder voorwaarden gebruikt worden om nog te ontwikkelen kreken te realiseren.
Waarde-Natuur (W-N)
Het binnen het agrarische gebied gelegen ganzenfoerageergebied (wintergasten) wordt voorzien van de dubbelbestemming Waarde-Natuur. Binnen deze dubbelbestemming is een nadere afweging opgenomen wat betreft ontwikkelingen die de openheid van deze gebieden kunnen schaden: het vestigen van blijvende agrarische teelten.
Natuur (Natuur 1 en 2)
De bestaande natuurgebieden zijn voorzien van de bestemming Natuur. Hieronder vallen Kreken en Natuurgebied en het Buitendijksnatuurgebied. Binnen de zone Natuur is het beleid gericht op het behoud en ontwikkeling van de ecologische waarden, in combinatie met de waterhuishouding, transport en recreatief medegebruik.
Verkeer
Dijken zijn inclusief talud opgenomen in de bestemming Verkeer. Ter bescherming van de dijken wordt het rooien van bomen aan een omgevingsvergunning voor werken gekoppeld en wordt het omzetten van grasland in bouwland niet toegestaan.
Voor een perceel aan het Havenkanaal van Dirksland is op verzoek van het waterschap de mogelijkheid opgenomen om de bestemming te wijzigen ten behoeve van de aanleg van een zoetwaterkanaal.
In hoofdstuk 4 zijn de beleidsuitgangspunten voor de verschillende bestemmingen nader uitgewerkt.