direct naar inhoud van Regels

Herenweg-Gageldijk e.o.

Status: Vastgesteld
Identificatie: NL.IMRO.1904.BPHerenwegGagelMRS-VG02
Plantype: gemeentelijke overheid/bestemmingsplan

Artikel 24 Waterstaat – Waterkering

 

24.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Waterstaat – Waterkering’ aangegeven gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming, mede bestemd voor:

  1. voorzieningen voor de directe en indirecte kering van het water;

  2. aanleg, instandhouding en/of bescherming van een dijklichaam en de waterkering;

  3. behoud, herstel en/of ontwikkeling van cultuurhistorische, landschappelijke, natuur- en/of ecologische waarden in de vorm van vegetatie en beplanting;

  4. behoud en bescherming van de kazematten;

  5. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;

  6. verhardingen in de vorm van voorzieningen voor verkeer en verblijf;

  7. groenvoorzieningen.

 

24.2 Bouwregels

In afwijking van hetgeen elders in deze regels is bepaald ten aanzien van het bouwen krachtens de andere bestemmingen van deze gronden, mogen op of in deze bestemming begrepen grond uitsluitend bouwwerken tot een maximale bouwhoogte van 3 m worden gebouwd ten behoeve van de aanleg en instandhouding van de waterkering.

 

24.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijken van het bepaalde in 24.2 voor het bouwen ten behoeve van de overige bestemmingen van deze gronden, waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:

  1. De bebouwing mag niet leiden tot een onevenredige aantasting van het water-kerende vermogen van de waterkering.

  2. Burgemeester en wethouders dienen schriftelijk advies in te winnen bij de beheerder van de waterkering.

 

24.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

 

24.4.1 Verboden werkzaamheden

Binnen deze bestemming is een omgevingsvergunning vereist om de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:

  1. Het aanleggen van wegen of paden en/of andere oppervlakteverhardingen.

  2. Het uitvoeren van graafwerkzaamheden.

  3. Het vergraven of ontgraven van het dijklichaam of dijktalud.

  4. d     Het uitvoeren van heiwerken of het anderszins indrijven van voorwerpen in de bodem.

  5. Het aanbrengen van diepwortelende beplanting en/of bomen.

  6. Het ophogen, verlagen, afgraven of egaliseren van de bodem, of anderszins wijzigen in maaiveld- of weghoogte.

24.4.2 Uitzonderingen

Het in lid 24.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:

  1. Het normale onderhoud en/of gebruik betreffen, dan wel van ondergeschikte betekenis zijn.

  2. Reeds in uitvoering zijn krachtens een verleende omgevingsvergunning, dan wel krachtens een verleende vergunning reeds mogen worden uitgevoerd op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.

 

24.4.3 Toelaatbaarheid

  1. De in lid 24.4.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend, indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de functie van de waterkering.

  2. Alvorens te beslissen over het verlenen van een omgevingsvergunning wint het bevoegd gezag advies in bij de beheerder van de waterkering