Plan: | 1e herziening bestemmingsplan Corridor |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1904.BPCorridor1hrzBKL-VG01 |
Het bestemmingsplan 'Corridor' is op 25 juni 2013 door de gemeenteraad van de gemeente Stichtse Vecht vastgesteld. Tegen het vastgestelde bestemmingsplan is door meerdere belanghebbenden beroep ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De Raad van State heeft op 28 mei 2014 (onder zaaknummer 201308659/1/R2) uitspraak gedaan. Het bestemmingsplan is op twee punten vernietigd. Het betref hier twee bepalingen in de regels:
De uitspraak van de Raad van State is als bijlage 1 bij de toelichting van dit bestemmingsplan gevoegd.
Daarnaast zijn tijdens het gebruik van het bestemmingsplan 'Corridor' een aantal omissies ontdekt die hersteld moeten worden, omdat belanghebbenden door deze fouten in hun gebruiks- en/of bouwmogelijkheden worden beperkt.
De toelichting is opgebouwd uit zes hoofdstukken. Na het inleidende hoofdstuk wordt in hoofdstuk 2 ingegaan op de begrenzing van het plangebied en op het vigerende bestemmingsplan. In hoofdstuk 3 worden de herzieningen in de regels en de verbeelding toegelicht en weergegeven. In hoofdstuk 4 wordt ingegaan op de beleidsmatige en milieukundige haalbaarheid van het bestemmingsplan. In hoofdstuk 5 wordt de economische uitvoerbaarheid beschreven en in hoofdstuk 6 de maatschappelijke uitvoerbaarheid toegelicht.
In dit hoofdstuk komt de ligging van het plangebied alsmede de vigerende planologische regelingen aan de orde.
Het plangebied bestaat globaal uit het gebied gelegen tussen Rijksweg A2 en het Amsterdam Rijnkanaal waarbinnen zijn gelegen de bedrijventerreinen Breukelerwaard, Merwedeweg en Keulschevaart, het Rode Dorp, agrarisch gebied en Hotel Breukelen. In navolgende afbeelding is de ligging van het plangebied in de gemeente Stichtse Vecht weergegeven.
Afbeelding 2.1: Ligging plangebied (bron: Google)
Navolgende afbeelding geeft de globale begrenzing van het plangebied weer. Voor de exacte begrenzing van het plangebied wordt verwezen naar de bij dit bestemmingsplan behorende verbeelding.
Afbeelding 2.2: Globale begrenzing plangebied (bron: Google)
Het onderhavige bestemmingsplan is een technische herziening van het (moeder)bestemmingsplan 'Corridor'. De herziening omvat exact hetzelfde bestemmingsplangebied als het moederplan. De toelichting van dit plan beschrijft enkel de wijzigingen ten opzichte van het moederplan. De regels en de verbeelding zijn een kopie van het moederplan waarin de in de toelichting beschreven aanpassingen zijn doorgevoerd. Er is gekozen om de regels en de verbeelding in de herziening te kopiëren omdat dit de leesbaarheid van het plan, zowel analoog als digitaal ten goede komt. De inhoudelijke wijzigingen worden, zoals hiervoor aangegeven expliciet beschreven. Enkel deze onderdelen betreffen wijzigingen en staan open voor zienswijze en beroep, zoals bedoeld in art 3.8 Wro en art 3.4 Awb.
In onderhavig bestemmingsplan worden ten aanzien van het moederplan Corridor de volgende aanpassingen doorgevoerd. De geel gearceerde tekstpassages zijn ten opzichte van het moederplan toegevoegd, de doorgehaalde tekstpassages zijn verwijderd.
Naar aanleiding van ingediende en gehonoreerde zienswijzen zijn in de artikelen 3.1 en 3.5.3. regels toegevoegd.
De aangepaste leden zijn navolgend weergegeven.
3.1 Bestemmingsomschrijving
De in 3.1 sub d bedoelde functies zijn:
Straatnaam | Nummer | Functies | |
Ter Aaseweg | 4 | Caravanstalling en opslag van goederen | |
Ter Aaseweg | 4 | Zomerwoning | |
Ter Aaseweg | 4 | Longeerbak en loopmolen |
3.5.3. Paardenbakken
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.1 voor het realiseren van een paardenbak, met dien verstande, dat:
Op grond van het bestemmingsplan "Landelijk Gebied West 1993" bestond ter plaatse van de het huidige tankstation Ruwiel aan de A2 de mogelijkheid om een wegrestaurant op te richten met een maximale oppervlakte van 1.000 m2. Het in bestemmingsplan 'Corridor' is deze mogelijkheid abusievelijk niet opgenomen. Deze omissie is hersteld door in onderhavige herziening in artikel 6.1 onder c. een wegrestaurant in de bestemmingsomschrijving toe te voegen en in de bouwregels onder 6.1.2. de maximale oppervlakte op te nemen. Aangezien er nog geen wegrestaurant is opgericht is er voor gekozen voor deze functie geen bouwvlak vast te leggen waardoor situering flexibel is.
De aangepaste leden zijn navolgend weergegeven.
6.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bedrijf - Verkooppunt motorbrandstoffen met lpg' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
6.2 Bouwregels
6.2.1 Gebouwen
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Functie van een gebouw | Maximale goothoogte in m | Maximale bouwhoogte in m | Maximale inhoud in m³ | Maximale oppervlakte in m² | |
Bedrijfsgebouw | de hoogte ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte' aangegeven hoogte | ||||
Pompshop | de hoogte ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte' aangegeven hoogte | 600 | |||
Wegrestaurant | 5 m | 1.000 |
In het vastgestelde bestemmingsplan "Corridor' is abusievelijk in artikel 7.2.3. onder e de mogelijkheid tot het oprichten van bedrijfsinstallaties tot een hoogte van 20 meter welke vanuit milieuhygiënisch oogpunt noodzakelijk zijn niet opgenomen. Deze toevoeging was in reactie op een ingediende zienswijze op het ontwerpbestemmingsplan 'Corridor' wel toegezegd.
In onderhavige herziening is in artikel 7.2.3. onder e een sub opgenomen waarin bepaald wordt dat de maximale bouwhoogte van bedrijfsinstallaties die uit milieuhygiënisch oogpunt noodzakelijk zijn maximaal 20 meter mag bedragen. Daarnaast is ten gevolge van een amendement de algemene regeling voor bedrijfsinstallaties aangepast.
Het aangepaste lid is navolgend weergegeven:
7.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijndw
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Ten gevolge van een aangenomen amendement is in artikel 8.2.2. de regeling voor bedrijfsinstallaties als volgt aangepast.
8.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Aangezien in het bestemmingsgebied 'Bedrijventerrein - 2' de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - zwaardere categorie' niet voorkomt, is de bepaling in artikel 8.6 onder b verwijderd.
Het aangepaste lid is navolgend weergegeven:
8.6 Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid:
Bij de beoordeling van de aard en invloed van de milieubelasting van een bedrijf dienen in elk geval de volgende milieubelastende componenten mede in de beoordeling te worden betrokken: geluid, geurproductie, stofuitworp en gevaar, waarbij tevens wordt gekeken naar de verontreiniging van lucht en bodem, de diversiteit en het al dan niet continue karakter van het bedrijf en de visuele hinder en verkeersaantrekkende werking.
De Raad van State heeft bij uitspraak van 28 mei 2014 besloten het gebruik van de gronden met de bestemming 'Verkeer - Verblijfsgebied' ten behoeve van evenementen te vernietigen aangezien er in de regels geen beperkingen ten aanzien van evenementen waren opgenomen. Aangezien het houden van evenementen binnen het plangebied niet aannemelijk is, wordt het gebruik van de gronden met de bestemming 'Verkeer - Verblijfsgebied' voor evenementen in onderhavig bestemmingsplan niet langer mogelijk gemaakt.
Het aangepaste lid is navolgend weergegeven:
16.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer - Verblijfsgebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
In het bestemmingsplan 'Corridor' is voor de verschillende bedrijventerrein binnen het plangebied één bedrijvenlijst (Staat van Inrichtingen) opgesteld. Dit terwijl met name voor bedrijventerrein Breukelerwaard geldt dat een andere typologie bedrijvigheid voorkomt (en op grond van het oude bestemmingsplan "Bedrijvenpark Breukelerwaard") toegestaan werd, dan op de bedrijventerreinen Keulschevaart en Merwedeweg. In onderhavige herziening is er dan ook voor gekozen voor het bedrijventerrein Breukelerwaard een separate Staat van Inrichtingen op te stellen welke als bijlage 2 bij de regels is bijgevoegd.
In het bedrijventerrein Breukelerwaard ligt de nadruk op bedrijvigheid welke aansluit op de zichtlocatie ten opzichte van de A2 en de ligging in de nabijheid van het station. Te denken valt hierbij aan kantoorlocaties, bedrijvigheid met een representatieve uitstraling en bedrijvigheid met veel bezoekers.
In artikel 8.1. sub a en b is de verwijzing naar bijlage 2 (in plaats van bijlage 1) opgenomen.
Naar aanleiding van de discussie over de reclamemasten binnen de bestemmingen Bedrijventerrein-2, artikel 8 en Horeca-2, artikel 12 heeft het college een nieuw voorstel gedaan voor het aanpassen van deze artikelen. Er komt geen mogelijkheid een mast van 30 meter te bouwen binnen de bestemming Bedrijventerrein-2, artikel 8.2.2.f vervalt. De mogelijkheid in artikel 12.2.2.f een reclamemast van 30 meter te bouwen onder 12.2.2.d vervalt. In plaats daarvan wordt bestaande mast binnen Horeca-2 met een aanduiding aangegeven en wordt artikel 12.2.2.d overeenkomstig aangepast. Reclameobjecten tot 12 meter worden alleen toegestaan middels een afwijkingsbevoegdheid.
De volgende aanpassingen zijn naar aanleiding hiervan doorgevoerd:
In artikel 1.86 is de begripsbepaling van het begrip 'reclameobject' toegevoegd. De nummering van de volgende begripsbepalingen is aangepast.
1.86 reclameobject:
bouwwerk, geen gebouw zijnde, ten behoeve van reclame-uitingen van één of meerdere bedrijven.
De begripsbepaling voor 'reclamemast' is als volgt aangepast:
1.87 reclamemast:
bouwwerk, geen gebouw zijnde, uitsluitend ten behoeve van reclame-uitingen van één of
meerdere bedrijven.
Artikel 8.2.2. komt als volgt te luiden:
8.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgend e regels:
Het artikel '8.4 Afwijken van de bouwregels' wordt als volgt aangepast:
8.4 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid:
Artikel 12.2.2. komt als volgt te luiden:
12.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Aan artikel 12 wordt het volgende lid toegevoegd:
12.4 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 12.2.2.onder d voor het bouwen van reclameobjecten met een maximale bouwhoogte van 12 meter. Met dien verstande dat de reclameobjecten geen onevenredige afbreuk doen aan de ruimtelijke situatie en de beeldkwaliteit ter plaatse.
De volgende bepalingen komen te vervallen en/of worden aangepast:
Artikel 35 Algemene afwijkingsregels
35.1 Reclamemast
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in de leden
8.2.2 onder b en 12.2.2 onder d voor het bouwen van een reclamemast tot een hoogte van
maximaal 30 m., onder de voorwaarden dat:
In reactie op een inspraakreactie is aangegeven dat een op het perceel Ter Aaseweg 4 reeds aanwezige paardenbak bij recht zou worden toegestaan. In de bestemmingsregels van het bestemmingsplan 'Corridor' is hierop de bepaling opgenomen dat 'paardenbakken met een maximum van één paardenbak per agrarisch bedrijf' toegestaan zijn. De bestaande paardenbak op het perceel is echter niet binnen het agrarisch bouwvlak gelegen. In onderhavige herziening is het bouwvlak aangepast waardoor de bestaande paardenbak binnen het bouwvlak is gesitueerd.
Afbeelding 3.1: Uitsnede verbeelding t.p.v. Ter Aaseweg 4 (rood omkaderd de verruiming van het bouwvlak)
Gebleken is dat in het bestemmingsplan 'Corridor' bij de maatvoering van de bouwvlakken ter plaatse van het Rode Dorp, niet voor alle woningen de bouwmogelijkheden op basis van het bestemmingsplan 'Landelijk Gebied West 1973' zijn overgenomen. Het betreft in specifieke gevallen de diepte van de bouwvlakken bestemd voor het oprichten en/of uitbreiden van het hoofdgebouw van een woning. In onderhavige herziening zijn qua diepte van de bouwvlakken de rechten, zoals ze golden voor het vaststellen van het bestemmingsplan 'Corridor' hersteld.
Daarnaast is voor het bouwvlak van het perceel Oldenbarneveldstraat 25 de in het bestemmingsplan 'Corridor' ontbrekende maatvoeringsaanduiding (maximale goot- en bouwhoogte) opgenomen.
Afbeelding 3.2:
Uitsnede verbeelding t.p.v. het Rode Dorp
Abusievelijk is voor het perceel aan de Amerlandseweg een maximale bouwhoogte van 10 meter toegekend in plaats van 12 meter.
Afbeelding 3.3:
Uitsnede verbeelding t.p.v. de Amerlandseweg
Gelet op de gewijzigde regeling voor reclamemasten wordt de reeds gerealiseerde reclamemast bij de McDonalds middels de aanduiding 'specifieke vorm van horeca 2 - reclamemast' aangeduid.
Afbeelding 3.4:
Uitsnede verbeelding t.p.v. de McDonalds
De doorgevoerde herzieningen zijn technisch en niet beleidsmatig van aard. Ze passen qua aard en omvang binnen het gestelde in de toelichting van het geldende bestemmingsplan 'Corridor'. De geldende toelichting hoeft daarom niet aangepast of aangevuld te worden.
Onderhavige herziening heeft betrekking op een bestaand bebouwd gebied. Enkel ondergeschikte aanpassingen ten opzichte van het moederplan zijn in deze herziening doorgevoerd. Deze aanpassingen hebben geen significante milieukundige consequenties waardoor voor de onderbouwing van de milieukundige haalbaarheid verwezen wordt naar de toelichting van het bestemmingsplan 'Corridor'.
De herziening is opgesteld om een aantal omissies uit het moederplan te herstellen en de consequenties van de uitspraak van de Raad van State op het ingestelde beroep op het moederplan door te voeren. Er treden voor de gemeente geen wijzigingen op voor de economische uitvoering van het plan. Een exploitatieplan behoeft derhalve, gelijk als in het (moeder-)plan, niet vastgesteld te worden.
Het voorontwerp bestemmingsplan "1e herziening bestemmingsplan Corridor" is in het kader van het vooroverleg toegezonden aan:
Van beide vooroverlegpartners is een reactie op het voorontwerp ontvangen. In de Nota beantwoording overlegreacties zijn de reacties samengevat en voorzien van een gemeentelijk antwoord. Deze Nota is als bijlage 2 aan dit bestemmingsplan toegevoegd.
Met ingang van 22 mei 2015 heeft het ontwerpbestemmingsplan '1e herziening bestemmingsplan Corridor' gedurende 6 weken ter inzage gelegen. In deze periode is eenieder in de gelegenheid gesteld om te reageren op de inhoud van het ontwerpbestemmingsplan. Gedurende deze periode is één zienswijze op het ontwerpbestemmingsplan ontvangen.
Deze zienswijze is samengevat en voorzien van een gemeentelijke reactie in de Nota beantwoording zienswijzen. Deze Nota is als bijlage 3 aan dit bestemmingsplan toegevoegd.