direct naar inhoud van Artikel 3 Groen
Plan: De Bonk Zevenhuizen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1892.DeBonkZevenhuizen-0001

Artikel 3 Groen

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. groenvoorzieningen;
  • b. voet- en fietspaden;
  • c. watergangen met natuurlijke oevers of oeverbeschoeiingen, waterpartijen en plas- en draszones;
  • d. waterhuishoudkundige voorzieningen, waaronder collectieve voorzieningen voor afvalwaterverwerking;
  • e. speelplaatsen, speelvoorzieningen en speeltoestellen;
  • f. bruggen;
  • g. dijken en taluds;
  • h. hondenuitlaatplaatsen;
  • i. geluidwerende voorzieningen;
  • j. voorzieningen van algemeen nut, met uitzondering van verkooppunten voor motorbrandstoffen;

met de daarbij behorende:

  • k. bermen, bermsloten en greppels, dammen en/of duikers.

3.2 Dubbelbestemmingen
3.2.1

Waar de in dit artikel bedoelde gronden samenvallen met de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie' zijn deze gronden primair bestemd voor de bescherming van archeologische waarden en is het bepaalde in Artikel 9 van toepassing.

3.2.2

Waar de in dit artikel bedoelde gronden samenvallen met de dubbelbestemming 'Waterstaat - Waterkering' zijn deze gronden primair bestemd voor waterkering en is het bepaalde in Artikel 11 van toepassing.

3.3 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd;
  • b. de maximum bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt 3 meter;
  • c. de maximum bouwhoogte van lichtmasten bedraagt 8 meter;
  • d. de maximum gezamenlijke oppervlakte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt 16 m².

3.4 Gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening, wordt in ieder geval gerekend het gebruik voor:

  • a. opslag van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, goederen, stoffen en materialen en van emballage en/of afval, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
  • b. het opslaan, opgeslagen houden, storten of lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
  • c. sexinrichtingen;
  • d. woondoeleinden;
  • e. het plaatsen van onderkomens of geplaatst houden van onderkomens;
  • f. reclame-uitingen.