Plan: | Esse Zoom Laag |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1892.BpEsseZoomLaag-On01 |
het bestemmingsplan Esse Zoom Laag van de gemeente Zuidplas;
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.1892.BpEsseZoomLaag-On01 met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;
de plankaart van het bestemmingsplan 'Esse Zoom Laag' bestaande uit de verbeelding met nummerNL.IMRO.1892.BpEsseZoomLaag-On01;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waarvoor ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
een woning die deel uitmaakt van een bouwmassa bestaande uit drie of meer hoofdgebouwen;
het bedrijfsmatig verlenen van diensten c.q. het uitoefenen van ambachtelijke bedrijvigheid, geheel of overwegend door handwerk, alsmede kappers, schoonheidssalons, hondentrimsalons en pedicures die door hun beperkte omvang en door ten minste de hoofdbewoner in een woning en daarbij behorende bijgebouwen met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend, niet zijnde detailhandel, behoudens de beperkte verkoop van artikelen verband houdende met de activiteiten;
het verlenen van diensten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch gebied, die door hun beperkte omvang en door ten minste de hoofdbewoner in een woning en daarbij behorende bijgebouwen met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend, niet zijnde detailhandel, behoudens de beperkte verkoop van artikelen verband houdende met de activiteiten;
erf achter de lijn die het hoofdgebouw doorkruist op 1 m achter de voorkant en van daaruit evenwijdig loopt met het aangrenzend openbaar toegankelijk gebied, zonder het hoofdgebouw opnieuw te doorkruisen of in het erf achter het hoofdgebouw te komen;
een van de weg afgekeerde gevel van een hoofdgebouw die parallel of nagenoeg parallel loopt aan de voorgevel;
denkbeeldige lijn die strak langs de achtergevel van een gebouw loopt tot aan de perceelsgrenzen;
boven dan wel beneden elkaar gesitueerde woningen waarbij per woning een zelfstandige toegankelijkheid, al dan niet direct vanaf het voetgangersniveau, gewaarborgd is;
professioneel archeoloog die op basis van de geldende Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie bevoegd is om archeologisch onderzoek uit te voeren en/of Programma's van Eisen op te stellen en te toetsen;
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd op de grond staand gebouw, of ander bouwwerk, met een dak;
de grens van een bouwvlak;
een doorlopend gedeelte van een gebouw, dat door op gelijke of nagenoeg gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, met uitzondering van onderbouw (kelder), zolder en vliering;
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
een grens van een bouwperceel;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
verkeer ten behoeve van het bieden van hulp bij ongelukken en rampen, zoals brandweer, politie en ambulancediensten;
die vormen van recreatie die in hoofdzaak zijn gericht op natuur- en landschapsbeleving, zoals varen, wandelen en fietsen;
een woning die geheel of gedeeltelijk boven/onder een andere woning is gelegen;
een woning die onderdeel uitmaakt van een blok van twee aaneengebouwde woningen;
een gebouw dat op een bouwperceel door zijn constructie of afmetingen als belangrijkste bouwwerk valt aan te merken;
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat wordt afgedekt door een vloer, waarvan de onderkant niet boven peil is gelegen;
bouwwerken ten behoeve van weg- en waterbouw;
langdurige zorg die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende door personen uit diens directe omgeving, waarbij zorgverlening rechtstreeks voortvloeit uit de sociale relatie en waarbij de zorg de gebruikelijke zorg van huisgenoten voor elkaar overstijgt;
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, of onderdelen van bouwwerken die worden aangemerkt als uitingen van één der beeldende kunsten;
een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;
een bouwwerk met een open constructie met maximaal één gesloten wand;
de kleinste bij de totstandkoming functioneel en bouwkundig-constructief zelfstandige eenheid die direct en duurzaam met de aarde is verbonden en betreedbaar en afsluitbaar is;
vormen van recreatie (zoals varen en wandelen) waarvoor geen specifieke inrichting van het gebied noodzakelijk is, doch in hoofdzaak kan worden volstaan met de voorzieningen die reeds ten behoeve van de hoofdfunctie aanwezig zijn;
een inrichting, waarbij volgens het Besluit externe veiligheid inrichtingen een grenswaarde of richtwaarde voor het risico c.q. een risico-afstand moet worden aangehouden bij het toelaten van kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten;
de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub, of een prostitutiebedrijf, waaronder begrepen een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;
een in de openbare ruimte - buiten - gelegen gelegenheid om te kunnen spelen, waaronder mede begrepen trapveldjes;
de Staat van Bedrijfsactiviteiten die van deze regels deel uit maakt;
de gevel van het (oorspronkelijke) hoofdgebouw die door zijn aard, functie, constructie dan wel gelet op uitstraling ervan als belangrijkste gevel kan worden aangemerkt;
de op de plankaart als zodanig aangegeven lijn, waar de voorgevel van een hoofdgebouw op moet zijn georiënteerd die niet door gebouwen mag worden overschreden, behoudens krachtens deze regels toegelaten afwijkingen;
de denkbeeldige lijn die strak loopt langs de voorgevel van een gebouw tot aan de perceelsgrenzen; bij een hoekperceel wordt de denkbeeldige lijn die strak loopt langs de de zijgevel, die naar de weg of openbaar groen is gekeerd ook beschouwd als voorgevellijn;
voorziening ten behoeve van het op het openbare net aangesloten nutsvoorziening, het telecommunicatieverkeer, het openbaar vervoer en/of het wegverkeer;
een complex van ruimten, uitsluitend voor de huisvesting van één afzonderlijke huishouding;
niet of verminderd zelfredzame groepen personen die door jeugdige leeftijd of om een permanente beperking in geval van een calamiteit niet in staat zijn zonder hulp van buitenaf persoonlijk letsel te voorkomen door óf zichzelf in veiligheid te brengen (vluchten) óf bescherming te zoeken (schuilen);
een gevel van het oorspronkelijke hoofdgebouw die voor- en achtergevel met elkaar verbindt;
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
de afstand tussen bouwwerken onderling alsmede de afstand van bouwwerken tot perceelsgrenzen worden daar gemeten waar deze afstand het kleinst is.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels en/of het hart van de scheidsmuren.
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
een lengte van een gebouw, gemeten loodrecht vanaf de naar de weg toegekeerde gevel
tussen de onderzijde van de begane grondvloer (exclusief isolatiemateriaal), de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
de diepte van een gebouw, gemeten vanaf de onderzijde van de begane grondvloer.
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Op of in de gronden mogen gebouwen ten behoeve van voorzieningen van openbaar nut en overige bouwwerken worden gebouwd ten dienste van de bestemming.
Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van voorzieningen van openbaar nut gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van overige bouwwerken gelden de volgende bepalingen:
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken als bedoeld in artikel 14, wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op of in de gronden mogen gebouwen en overige bouwwerken worden gebouwd ten dienste van de bestemming.
Voor het bouwen van aangebouwde bijbehorende bouwwerken ten behoeve van de bestemming 'Wonen' gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van overige bouwwerken gelden de volgende bepalingen:
De voor 'Verkeer - Verblijfsgebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en de daarbij behorende:
Op of in de gronden mogen gebouwen en overige bouwwerken worden gebouwd ten dienste van de bestemming.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van overige bouwwerken gelden de volgende bepalingen:
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op of in de gronden mogen uitsluitend overige bouwwerken worden gebouwd ten dienste van de bestemming.
Voor het bouwen van overige bouwwerken gelden de volgende bepalingen:
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken als bedoeld in artikel 14 wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Op of in de gronden mogen gebouwen en overige bouwwerken worden gebouwd ten dienste van de bestemming.
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van overkappingen gelden, voor zover vallend/passend binnen het bepaalde in 7.2.3, onder b, de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van overige bouwwerken gelden de volgende bepalingen:
Ten behoeve van de woningen dienen ten minste 2,6 parkeerplaatsen per woning te worden gerealiseerd. Ten behoeve van de functieaanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - installatiebedrijf' dienen ten minste 1,3 parkeerplaatsen per bedrijf te worden gerealiseerd.
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken als bedoeld in 14, wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 7.1, sub a, teneinde de uitoefening van aan-huis-verbonden bedrijven in het hoofdgebouw en bijbehorende bouwwerken mogelijk te maken, met dien verstande dat:
De voor 'Woongebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Op of in de gronden mogen gebouwen en overige bouwwerken worden gebouwd ten dienste van de bestemming, waarbij voldaan dient te worden aan de stedenbouwkundige- en kwaliteitseisen zoals omschreven in het Stedenbouwkundig plan & beeldregie Esse Zoom Laag zoals opgenomen in bijlage 2 bij deze regels.
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van overkappingen gelden, voor zover vallend/passend binnen het bepaalde in 8.2.3, onder a, de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van overige bouwwerken gelden de volgende bepalingen:
De woningen als bedoeld in lid 8.2.2 onder a, die zijn gelegen binnen de aanduiding 'geluidzone - spoor 1' danwel 'geluidzone - spoor 2' mogen slechts worden gebouwd nadat een geluidscherm met een hoogte van 2 meter is opgericht ten zuiden van de spoorlijn Gouda-Rotterdam.
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van de in artikel 8.2.2 onder a en b genoemde aantallen woningen en percentages onder voorwaarde dat het totaal aantal woningen met maximaal 2% toeneemt, onder de voorwaarde dat:
mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 8.2.6 en toestaan dat binnen de aanduiding 'geluidzone - spoor 2' woningen worden opgericht alvorens het geluidscherm is opgericht, onder voorwaarde dat:
Ter plaatse van de aanduiding 'geluidzone - spoor 1' geldt deze afwijkingsbevoegdheid niet.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die zin, dat de aanduidingen 'geluidzone - spoor 1' en 'geluidzone - spoor 2' geheel of gedeeltelijk van de kaart wordt verwijderd, indien:
Ten behoeve van woningen dient tenminste het volgende aantal parkeerplaatsen per woning te worden gerealiseerd:
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken als bedoeld in 14 wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 8.1, sub a, teneinde de uitoefening van aan-huis-verbonden bedrijven in het hoofdgebouw en bijbehorende bouwwerken mogelijk te maken, met dien verstande dat:
De voor 'Waarde - Archeologisch terrein' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van de in deze gronden voorkomende archeologische waarden.
Waar een enkelbestemming samenvalt met deze dubbelbestemming, zoals aangegeven, geldt primair het bepaalde ten aanzien van de dubbelbestemming.
De bepalingen met betrekking tot de enkelbestemming zijn uitsluitend van toepassing/toelaatbaar voor zover deze niet strijdig zijn met het bepaalde ten aanzien van de dubbelbestemming en het voor zover zulks, gehoord een archeologisch deskundige, verenigbaar is met het belang van het waardevol gebied.
Ten behoeve van andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) mag – met inachtneming van de voor de betrokken bestemming geldende (bouw)regels – uitsluitend worden gebouwd, indien het bouwplan betrekking heeft op een of meer van de volgende activiteiten of bouwwerken:
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels indien:
Indien het oprichten van het bouwwerk waarvoor afgeweken wordt, kan leiden tot een verstoring van archeologisch materiaal, kunnen burgemeester en wethouders de omgevingsvergunning toch verlenen indien:
Indien burgemeester en wethouders niet beschikken over een voor de beoordeling van de aanvraag toereikend archeologisch onderzoek voor de gronden waarop een aanvraag om omgevingsvergunning wordt gedaan, dient de aanvrager ten behoeve van de beoordeling van archeologische waarden van de gronden een archeologisch rapport te overleggen.
Bij de beoordeling van het archeologisch onderzoek en het ontheffingsverzoek als bedoeld in 9.4.1 laten burgemeester en wethouders zich adviseren door een archeoloog conform de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie-KNA.
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Waarde - Archeologisch terrein zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (omgevingsvergunning) de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod als bedoeld in 9.5.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning als bedoeld in 9.5.1 wordt niet verleend dan nadat de aanvrager een rapport heeft overlegd, waarin de archeologische waarden van het terrein waarvoor de omgevingsvergunning wordt aangevraagd, naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die zin, dat de bestemming 'Waarde - Archeologisch terrein' geheel of gedeeltelijk van de kaart wordt verwijderd, indien:
De voor 'Waarde - Archeologie hoge verwachting' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van de in deze gronden voorkomende archeologische waarden.
Waar een enkelbestemming samenvalt met deze dubbelbestemming, zoals aangegeven, geldt primair het bepaalde ten aanzien van de dubbelbestemming.
De bepalingen met betrekking tot de enkelbestemming zijn uitsluitend van toepassing/toelaatbaar voor zover deze niet strijdig zijn met het bepaalde ten aanzien van de dubbelbestemming en het voor zover zulks, gehoord een archeologisch deskundige, verenigbaar is met het belang van het waardevol gebied.
Ten behoeve van andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) mag – met inachtneming van de voor de betrokken bestemming geldende (bouw)regels – uitsluitend worden gebouwd, indien het bouwplan betrekking heeft op een of meer van de volgende activiteiten of bouwwerken:
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels indien:
Indien het oprichten van het bouwwerk waarvoor afgeweken wordt, kan leiden tot een verstoring van archeologisch materiaal, kunnen burgemeester en wethouders de omgevingsvergunning toch verlenen indien:
Indien burgemeester en wethouders niet beschikken over een voor de beoordeling van de aanvraag toereikend archeologisch onderzoek voor de gronden waarop een aanvraag om omgevingsvergunning wordt gedaan, dient de aanvrager ten behoeve van de beoordeling van archeologische waarden van de gronden een archeologisch rapport te overleggen.
Bij de beoordeling van het archeologisch onderzoek en het ontheffingsverzoek als bedoeld in 10.4.1 laten burgemeester en wethouders zich adviseren door een archeoloog conform de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie-KNA.
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Waarde - Archeologie hoge verwachting zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (omgevingsvergunning) de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod als bedoeld in 10.5.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning als bedoeld in 10.5.1 wordt niet verleend dan nadat de aanvrager een rapport heeft overlegd, waarin de archeologische waarden van het terrein waarvoor de omgevingsvergunning wordt aangevraagd, naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen in die zin, dat de bestemming 'Waarde - Archeologie hoge verwachting' geheel of gedeeltelijk van de kaart wordt verwijderd, indien:
De voor 'Waterstaat - Waterkering' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
Waar een enkelbestemming samenvalt met deze dubbelbestemming, zoals aangegeven, geldt primair het bepaalde ten aanzien van deze dubbelbestemming.
De bepalingen met betrekking tot de enkelbestemming zijn uitsluitend van toepassing/toelaatbaar voor zover deze niet strijdig zijn met het bepaalde ten aanzien van deze dubbelbestemming en het voor zover zulks, gehoord de beheerder van de waterkering, verenigbaar is met het belang van de waterkering/het waterstaatsbelang.
Op de gronden mogen ten behoeve van de bestemming, zoals bedoeld in 11.1, geen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd.
Ten behoeve van andere voor deze gronden geldende bestemmingen mag – met inachtneming van de voor de betrokken bestemming geldende (bouw)regels – uitsluitend worden gebouwd, indien het bouwplan betrekking heeft op vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bouwwerken, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet wordt uitgebreid en gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering.
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 11.3.1 en toestaan dat in de andere bestemming gebouwen worden gebouwd, mits:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Waterstaat - Waterkering zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (omgevingsvergunning) de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod als bedoeld in 11.5.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De werken of werkzaamheden als bedoeld in 11.5.1 zijn slechts toelaatbaar, mits:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen, als plinten, pilasters, stoeptreden, dorpels, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, antennes, gevel- en kroonlijsten, luifels, erkers, dakgoten en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van aanduidingsgrenzen, bouwgrenzen dan wel bestemmingsgrenzen niet meer dan 1,50 meter bedraagt.
Het is verboden de in de artikelen 3 tot en met 11 bedoelde gronden en bouwwerken te gebruiken en/of te doen en/of laten gebruiken en/of in gebruik te geven op een wijze of tot een doel strijdig met de aan de grond gegeven bestemming, zoals die nader is aangeduid in de doeleinden. Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:
Op de gronden gelegen binnen de aanduiding 'veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen' is binnen de bestemming 'Woongebied' de vestiging van functies of objecten voor 'zeer kwetsbare groepen' niet toegestaan.
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van:
mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen, overeenkomstig het bepaalde in de Wet ruimtelijke ordening (Wro), ten aanzien van het aanbrengen van wijzigingen in de plaats, richting en/of afmetingen van bestemmingsgrenzen ten behoeve van de praktische uitvoering van het plan met dien verstande dat de afwijking ten hoogste 3 m1 mag bedragen, mits het wijzigingen betreft waarbij geen belangen van derden worden geschaad, dan wel ter correctie van afwijkingen of onnauwkeurigheden op de verbeelding.
De wettelijke regelingen waarnaar in de regels wordt verwezen, gelden zoals deze luiden op het moment van vaststelling van het plan.
Voor het bouwen van ondergrondse bouwwerken gelden, behoudens in deze regels opgenomen afwijkingen, de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van zwembaden gelden de volgende voorwaarden:
Voor het uitvoeren van ondergrondse werken -geen bouwwerken zijnde- en werkzaamheden gelden, behoudens in deze regels opgenomen afwijkingen, geen beperkingen.
Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 19.1 voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in artikel 19.1 met maximaal 10 %.
Bepaling 19.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan, maar zijn gebouwd in strijd met het daarvóór geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in 19.4, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
Indien het gebruik, bedoeld in 19.4, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
Het bepaalde in 19.4 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan Esse Zoom Laag van de gemeente Zuidplas.