Plan: | Hooge Veenen 2013 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1892.BPHoogeVeenen-Va01 |
De gronden binnen de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen-1' zijn, naast de voor die gronden van toepassing zijnde basisbestemming en andere dubbelbestemmingen – tevens aangewezen om de vestiging van nieuwe kwetsbare objecten tegen te gaan.
Nieuwe kwetsbare objecten zijn niet toegestaan op de gronden aangewezen als 'veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen -1'.
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 17.1.2 en toestaan dat kwetsbare objecten worden gebouwd, onder de voorwaarde dat:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6, lid 1, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening het bestemmingsplan te wijzigen indien dat vanwege wijziging in de regelgeving omtrent externe veiligheid mogelijk of noodzakelijk is.
De gronden binnen de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen - 2' zijn, naast de voor die gronden van toepassing zijnde basisbestemming en andere dubbelbestemmingen – tevens aangewezen om de vestiging van nieuwe beperkt kwetsbare objecten tegen te gaan.
Nieuwe beperkt kwetsbare objecten zijn niet toegestaan op de gronden aangewezen als 'veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen - 2'.
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 17.2.2 en toestaan dat kwetsbare objecten worden gebouwd, onder de voorwaarde dat:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6, lid 1, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening het bestemmingsplan te wijzigen indien dat vanwege wijziging in de regelgeving omtrent externe veiligheid mogelijk of noodzakelijk is.
Binnen de gebiedsaanduiding 'vrijwaringszone weg' mogen geen andere bouwwerken worden gebouwd dan bouwwerken ten behoeve van het wegverkeer.
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 17.3.1 voor de bouw van bouwwerken die zijn toegestaan op basis van de aan de gronden gegeven bestemming, mits geen onevenredige aantasting ontstaat of kan ontstaan van de belangen van het wegverkeer. Daartoe wordt vooraf advies ingewonnen bij de wegbeheerder.