6.2 Dubbelbestemming
In aanvulling van het bepaalde in 6.1 zijn de gronden tevens bestemd voor de aanleg, instandhouding en bescherming van de archeologische waarde, als bedoeld in de artikelen 12 en 13.
6.3 Bouwregels
6.3.1 Algemeen
Op of in de gronden mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd ten dienste van de bestemming.
6.3.2 Bijbehorende bouwwerken
Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken gelden de volgende bepalingen:
-
a. de breedte van een aan- en/of uitbouw bedraagt maximaal 50% van de breedte van de voorgevel en/of van de zijgevel van het hoofdgebouw;
-
b. de bouwhoogte van een aan- en/of uitbouw bedraagt de eerste volledige bouwlaag vermeerderd met 0,25 m¹, met een maximum van 4 m1;
-
c. de diepte van een aan- en/of uitbouw bedraagt maximaal 25% van de diepte van de gronden met de bestemming 'tuin', met een maximum van 1 m¹;
-
d. aan- en/of uitbouwen aan de zijgevel van een hoekwoning, dient tenminste 1 m¹ achter de voorgevel gesitueerd te worden.
6.3.3 Bouwwerken, geen bijbehorende bouwwerken zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen bijbehorend bouwwerk zijnde, gelden de volgende bepalingen:
-
a. de hoogte van erf- en terreinafscheidingen bedraagt maximaal 1 m¹;
-
b. de hoogte van overige bouwwerken, geen bijbehorend bouwwerk zijnde, bedraagt maximaal 2,5 m¹.