Het gaat hierbij niet om bestemmingen in de meest enge zin van het woord, maar om alle vergelijkbare functies, ongeacht de exacte aanduiding ervan in bestemmingsplannen en andere besluiten.
In het kader van de luchtkwaliteit moet tevens bepaald worden in hoeverre de nieuwe ontwikkeling leidt tot een verslechtering van de luchtkwaliteit. Op basis van de NIBM-norm wordt bepaald of een project wel of niet in betekenende mate bijdraagt aan een verslechtering van de luchtkwaliteit.
Gelet op het feit dat het hier gaat om de realisatie van drie woningen draagt het plan 'niet in betekenende mate' bij aan verslechtering van de luchtkwaliteit.
Om vast te stellen of de huidige luchtkwaliteit op de locatie de bouw van woningen toelaat kan gebruik worden gemaakt van de saneringstool 3.1 van het ministerie van VROM en V&W. Uit raadpleging van de saneringstool volgt dat op 10 meter van de wegrand de concentraties fijnstof en stikstofdioxide langs de Koppoellaan voldoen aan de ambitie uit het Milieubeleidsplan 2003-2010 van de gemeente. De ambitie van het Milieubeleidsplan betreft de reductie van luchtverontreinigde stoffen. In het Milieubeleidsplan wordt een grenswaarde gesteld waaraan de luchtkwaliteit minimaal moet voldoen. Volgens de saneringstool blijft de luchtkwaliteit ter plaatse van onderhavige planlocatie hier ver onder.
Conclusie
Gelet op de geringe omvang zal het plan in niet betekenende mate bijdragen aan een verslechtering van de luchtkwaliteit ter plaatse.
De huidige luchtkwaliteit zal evenmin een belemmering zijn voor de realisatie van de drie woningen. Het aspect luchtkwaliteit is niet van invloed op de ontwikkeling van de woningbouw op het perceel Koppoellaan 12 in Rijpwetering.