Zoals al in de inleiding is aangegeven, is het verkrijgen van een actueel bestemmingsplan de belangrijkste aanleiding geweest voor het opstellen van dit bestemmingsplan. Bij het opstellen van een bestemmingsplan kan er uit verschillende plansystematieken gekozen worden. Afhankelijk van de aard van het plangebied, de ontwikkelingen binnen het plangebied en het daarmee samenhangende ruimtelijk beleid wordt de keuze voor een vorm gemaakt. Er zijn op hoofdlijnen drie soorten systematiek te onderscheiden, te weten: een globaal plan, een flexibel plan en een gedetailleerd plan.
Om een toekomstbestendig plan te realiseren is er voor gekozen voorliggend bestemmingsplan overwegend in gedetailleerde vorm op te stellen. Het opstellen van een gedetailleerd plan sluit elke ontwikkeling uit. Een dergelijk plan wordt vaak opgesteld om een bestaande situatie vast te leggen, waardoor het plan een conserverend karakter krijgt. Hoewel veel deelgebieden van de kernen veelal conserverend worden benaderd, zijn waar nodig ontwikkelingsmogelijkheden flexibel ingezet. De 'groenkern' Rijnsaterwoude is nadrukkelijk conserverend uitgewerkt, terwijl in de 'groeikern' Leimuiden meer ontwikkelingsmogelijkheden worden geboden. Zo wordt ook aangesloten bij de Maatschappelijk Ruimtelijke Structuurvisie.