In opdracht van gemeente Kaag en Braassem heeft Oranjewoud in april 2010 een rapport (bijlage
1) opgeleverd over de financiële haalbaarheid van duurzame glastuinbouw aan de Geestweg en Floraweg. In dit rapport stelt Oranjewoud de volgende vraag centraal: "Is duurzame glastuinbouw in het gebied Floraweg Geestweg financieel haalbaar en economisch uitvoerbaar?"
Scenario 1 en 2
Aan de hand van de gebiedsinventarisatie, de daaruit voortvloeiende SWOT-ananlyse, de marktsituatie en de grondprijzen en de keuze van het duurzaamheidsprincipe is een tweetal scenario's opgesteld en doorgerekend. De hierbij gehanteerde uitgangspunten zijn:
- Vierkante kavels, in verband met een optimale bedrijfsvoering;
- Kavelgrootte is tussen de 2 en de 4 hectare, dit is de minimale afmeting voor een modern glastuinbouwbedrijf;
- Hoeveelheid oppervlaktewater in het gebied blijft behouden;
- Bouwhoogte van 10 meter.
Scenario 1 (herstructurering) behelst een herstructurering met behoud van bestaande woonlinten terwijl scenario 2 (schone lei) uitgaat van een volledig nieuw glastuinbouwgebied. De herstructureringsscenario's kennen een nadelig saldo van 25 miljoen euro en respectievelijk 45 miljoen euro (exclusief kosten voor verwerving bedrijfsopstallen, aanleg water en aanleg duurzaamheidsmaatregelen). Gelet op deze hoge kostenposten voor de gemeente heeft Oranjewoud een derde scenario ontwikkeld.
Scenario 1b Passieve rol gemeente: enkel wijzigen bestemmingsplan
In deze variant wordt herstructurering door middel van toelatingsplanologie in het bestemmingsplan mogelijk gemaakt. De gemeente stelt een bestemmingplan op waarin de opmerkingen van de provincie en de Raad van State worden opgenomen en laat de uitvoering van het bestemmingsplan 'aan de markt'. De kosten voor verwerving, bouwrijp maken en inrichting van het gebied komen voor rekening van de tuinders of een andere partij. De totale kosten van deze variant verschillen niet van de variant waarin de gemeente een actieve rol speelt, alleen de verdeling van kosten is anders.
Oranjewoud stelt dat een groot nadeel bij de uitvoerbaarheid van deze variant de grote kans op versnippering is. Deze versnippering van de percelen staat mogelijkerwijs een duurzame bedrijfsvoering in het gebied in de weg. Daarnaast is sturen op een oplossing ten aanzien van de waterproblematiek lastig. Inmiddels blijkt dat er oplossingen zijn aan te dragen ten aanzien van de waterproblematiek. Stichting Molenkolk (Boskoop) kan de waterproblematiek collectief regelen middels een 'waterbank'. Idealiter ontstaan er geen versnipperde gronden, deze gronden zijn om meerdere economische redenen minder aantrekkelijk. Echter, de gronden zijn nu grotendeels in private handen. Het is onmogelijk om zonder grootschalige gebiedsprojecten vanuit de overheid versnippering tegen te gaan. Deze projecten zijn in scenario 1 en 2 beschreven en niet uitvoerbaar gebleken.
Conclusie
Op basis van het onderzoek kan in elk geval met zekerheid geconcludeerd worden dat de toekomst voor glastuinbouw aan de Flora- en Geestweg in Roelofarendsveen zoals door Oranjewoud onderzocht uiterst breekbaar is. De variant 'Schone Lei' is op zichzelf financieel niet haalbaar. De kosten voor deze variant zijn, onder andere door de aankoop van de woningen, erg hoog. De variant herstructurering, welke uitgaat van zoveel als mogelijk behoud van de bestaande structuren en is het meest kansrijk. Echter ook deze variant is op zichzelf niet financieel haalbaar. Er kunnen vraagtekens bij de marktvraag, de technische uitvoerbaarheid en de praktische uitvoerbaarheid (langdurig proces en restkavels) en de mogelijkheid van oplossen van de 'waterproblematiek' worden gezet, maar deze variant is wel het meest realistisch. Met dit bestemmingsplan worden de randvoorwaarden gecreerd om invulling te geven aan de variant herstructurering nu de haalbaarheid op voorhand niet kan worden uitgesloten.