Plan: | Kralingerhoek - Verboon |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1842.bp16BG03-VA01 |
het bestemmingsplan Kralingerhoek - Verboon van de gemeente Midden-Delfland.
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.1842.bp16BG03-VA01 met de bijbehorende regels.
een geometrisch bepaald vlak of een figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waarvoor ingevolge dit bestemmingsplan regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
een aan een hoofdgebouw gebouwd gebouw dat in bouwkundig opzicht te onderscheiden is van het hoofdgebouw.
een dienstverlenend beroep, dat in een woning door de bewoner wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate de woonfunctie behoudt en voor zover deze beroepen een ruimtelijke uitstraling hebben die met de woonfunctie in overeenstemming is.
de gronden die behoren bij het hoofdgebouw en gelegen zijn achter de achtergevel van het hoofdgebouw of achter een denkbeeldige lijn in het verlengde daarvan.
een bedrijf dat uitsluitend of overwegend gericht is op het leveren van diensten aan agrarische bedrijven en groene en recreatieve functies in het buitengebied, zonodig met behulp van werktuigen en apparatuur of op het verrichten van werkzaamheden tot onderhoud of reparatie van werktuigen of apparatuur. Kenmerkende werkzaamheden zijn cultuurtechnische werken en grondverzet, meststoffendistributie en agrarisch loonwerk.
een bedrijf, gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of het houden van dieren, nader te onderscheiden in:
een bedrijf dat uitsluitend of overwegend gericht is op het verlenen van diensten aan agrarische bedrijven met behulp van landbouwwerktuigen en landbouwapparatuur of op het verrichten van werkzaamheden tot onderhoud of reparatie van landbouwwerktuigen of -apparatuur.
onderzoek verricht door of namens een dienst of instelling die over een opgravingsvergunning beschikt.
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de in dat gebied voorkomende overblijfselen uit oude tijden.
een of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
een kleinschalige overnachtingaccommodatie gericht op het bieden van de mogelijkheid tot een toeristisch en veelal kortdurend verblijf met het serveren van ontbijt aan gasten.
een onderneming gericht op het produceren, bewerken, herstellen, installeren, inzamelen, verwerken, verhuren, opslaan en/of distribueren van goederen.
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, die slechts is bestemd voor bewoning door (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar noodzakelijk is, vanwege de bestemming van het gebouw of het terrein.
de totale vloeroppervlakte van een kantoor, winkel of bedrijf met inbegrip van de daartoe behorende magazijnen en overige dienstruimten.
gebouwen, bouwvlakken, situaties of functies die op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan tot stand zijn gekomen of tot stand zullen komen met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen, die op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan tot stand zijn gekomen of tot stand zullen komen met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
bedrijf zoals bedoeld in artikel 2 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen.
bevoegd gezag zoals bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
plaatsen, geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen, veranderen of vergroten van een bouwwerk.
de grens van een bouwvlak.
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge deze regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten.
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct of indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
een vrijstaand gebouw dat in functioneel en bouwkundig opzicht ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw.
het buitengebied van Midden-Delfland zoals vastgelegd in het Landschapsontwikkelingsperspectief, dat tot over de grenzen van de gemeente Midden-Delfland reikt.
de aan een bouwwerk of gebied toegekende waarde in verband met ouderdom en/of historische gaafheid.
het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder de uitstalling ten verkoop), verkopen, verhuren en leveren van goederen aan personen die die goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroep of bedrijf.
het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij het publiek rechtstreeks (al dan niet via een balie) te woord wordt gestaan en geholpen, zoals reis- en uitzendbureaus, kapsalons, pedicures, wasserettes, makelaarskantoren, internetwinkels en bankfilialen.
al dan niet bebouwd perceel dat voorzien is van een bouwvlak en direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van het gebouw.
een gebeurtenis, gericht op een groot publiek, met betrekking tot kunst, sport, ontspanning en cultuur.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen en geluidsgevoelige terreinen, zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet geluidhinder.
een op de verbeelding aangegeven lijn waaraan de in de regels opgenomen afstand van de bebouwing tot deze lijn is gerelateerd;
een gebouw, dat geheel of vrijwel geheel bestaat uit glas of ander doorzichtig materiaal en dat dient voor het hobbymatig telen van planten.
een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn constructie, afmetingen of functie als het belangrijkste bouwwerk valt aan te merken.
een onderneming gericht op het bedrijfsmatig verstrekken van ter plaatse te nuttigen voedsel en dranken, het bedrijfsmatig exploiteren van zaalaccommodatie en/of het bedrijfsmatig verstrekken van nachtverblijf.
voorziening gericht op het verlenen van diensten op administratief, financieel, architectonisch, juridisch of een daarmee naar aard gelijk te stellen gebied, waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen.
een bouwwerk van glas of ander lichtdoorlatend materiaal ten behoeve van de agrarische bedrijfsvoering met een hoogte van 1,5 m of meer, trek-, tunnel-, schaduw-, boog- en gaaskassen daaronder begrepen.
activiteiten die in een woning door een bewoner op bedrijfsmatige wijze worden uitgeoefend, voor zover sprake is van een inrichting type A, zoals bedoeld in het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenbesluit) waarbij de woning in overwegende mate zijn woonfunctie behoudt met een ruimtelijke uitstraling die daarbij past.
theetuin, koffieschenkerij of -proeverij van streekeigen producten dan wel producten (inclusief het schenken van licht alcoholische dranken), géén café, restaurant of ander horecabedrijf zijnde.
het Landschapsontwikkelingsperspectief Midden-Delfland® 2025 zoals door de raad van de gemeente Midden-Delfland is vastgesteld op 8 december 2009.
de aan een gebied toegekende waarde met betrekking tot het waarneembare deel van de aardoppervlakte, die wordt bepaald door de herkenbaarheid en de identiteit van de onderlinge samenhang tussen levende en niet-levende natuur.
het bieden van zorg aan eenieder die aantoonbaar hulpbehoevend is op het fysieke, psychische en/of sociale vlak, op vrijwillige basis en buiten organisatorisch verband.
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de aanwezige flora en fauna.
het onderhoud, dat gelet op de bestemming regelmatig noodzakelijk is voor een goed beheer en gebruik van de gronden en gebouwen die tot de betreffende bestemming behoren.
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling, apparatuur voor telecommunicatie wordt hieronder niet begrepen.
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voorzien van een dak.
een bedrijfswoning, behorend tot of voorheen behorend tot een agrarisch bedrijf, welke niet meer wordt bewoond door (het huishouden van) een persoon wiens huisvesting daar gelet op de bestemming van het gebouw of terrein noodzakelijk is, en die voor de toepassing van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en de daarop rustende bepalingen wordt beschouwd als onderdeel van dat agrarisch bedrijf.
De voorgevel van (bedrijfs)bebouwing waar zich onder meer de entree en kantoorfuncties bevinden en in ruimtelijk opzicht de belangrijkste gevel is.
de Standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten die van deze regels deel uitmaakt.
de gevel van het hoofdgebouw die door zijn aard, functie, constructie of uitstraling als belangrijkste gevel kan worden aangemerkt.
de denkbeeldige lijn die strak loopt langs de voorgevel van een gebouw tot aan de perceelsgrenzen.
bedrijven, zoals bedoeld in artikel 2.1 lid 3 van het Besluit omgevingsrecht, die in belangrijke mate geluidshinder kunnen veroorzaken.
de gronden die behoren bij het hoofdgebouw en gelegen zijn aan de zijkant(en) van dat hoofdgebouw tussen de denkbeeldige lijnen in het verlengde van de voor- en achtergevel.
Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
de afstand tussen bouwwerken onderling en de afstand van bouwwerken tot perceelsgrenzen worden daar gemeten waar deze afstanden het kleinst zijn.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels en het hart van de scheidingsmuren.
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot c.q. de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
de gebruiksoppervlakte volgens NEN2580.
De voor 'Agrarisch met waarden' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met dien verstande dat:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Binnen de bestemming dient, als compensatie voor de toename van de oppervlakteverharding binnen bestemming Bedrijf - 2, een waterberging met een oppervlakte van tenminste 5.644 m2 te worden aangelegd en instandgehouden. De aanleg van deze waterberging is als Voorwaardelijke verplichting in de bestemming Bedrijf - 2 opgenomen.
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
het niet is toegestaan om afzonderlijke woningen te bouwen overeenkomstig het aantal wooneenheden binnen het hoofdgebouw en bij herbouw van het hoofdgebouw dient overigens het gebouw door één aaneengesloten dak te worden afgedekt;
max. inhoud | max. oppervlakte | max. goothoogte | max. bouwhoogte | |||
bedrijfswoningen (inclusief aan- en uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen en overkappingen) | bestaand + eenmalig 10% van de inhoud |
6 m |
10 m |
|||
vrijstaande bijgebouwen | 50 m² | 3 m | 6 m | |||
bedrijfsgebouwen | bestaand + eenmalig 10% van de inhoud | 6 m | 10 m | |||
erf- en terreinafscheidingen: - voor de voorgevel - elders |
1 m 2 m |
|||||
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 5 m |
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 4.1 om andere bedrijfsactiviteiten toe te laten uit ten hoogste dezelfde bedrijfscategorie als conform de bestemmingsomschrijving is toegestaan, voor zover deze bedrijfsactiviteiten naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm) vergelijkbaar is met de reeds gevestigde en toegestane bedrijfsactiviteiten op de betreffende locatie.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het gestelde in lid Bouwregels onder e ten behoeve van het vergroten van de inhoudsmaat van bedrijfsgebouwen, met inachtneming van het volgende:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid Bouwregels onder e, om de maximum inhoud voor bedrijfsgebouwen bij agrarisch aanverwante bedrijven eenmalig te vergroten, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
De voor 'Bedrijf - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
max. inhoud | max. oppervlakte | max. goothoogte | max. bouwhoogte | |||
bedrijfswoningen (inclusief aan- en uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen en overkappingen) | bestaand + eenmalig 10% van de inhoud |
6 m |
10 m |
|||
vrijstaande bijgebouwen | 50 m² | 3 m | 6 m | |||
bedrijfsgebouwen | 6 m | 10 m | ||||
erf- en terreinafscheidingen: - voor de voorgevel - elders |
1 m 2 m |
|||||
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 5 m |
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van:
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende bepalingen:
Onder strijdig gebruik met dit bestemmingsplan wordt mede begrepen:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 4.1 om andere bedrijfsactiviteiten toe te laten uit ten hoogste dezelfde bedrijfscategorie als conform de bestemmingsomschrijving is toegestaan, voor zover deze bedrijfsactiviteiten naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm) vergelijkbaar is met de reeds gevestigde en toegestane bedrijfsactiviteiten op de betreffende locatie.
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van gebouwen geldt dat op of in deze gronden geen gebouwen mogen worden gebouwd, behoudens:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde geldt dat enkel zijn toegestaan bouwwerken, geen gebouwen zijnde welke in de bestemming passen, zoals:
De voor 'Groen - Landschappelijke overgangszone' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
op deze gronden zijn uitsluitend toelaatbaar:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
max. oppervlakte | max. goothoogte | max. bouwhoogte | |||
bergingen en stallen voor kleinvee ten behoeve van woningen op aangrenzende percelen | 20 m² | 3 m | 4 m | ||
bestaande hobbykassen groter dan 50 m² | 100 m² | 3 m | 4 m | ||
overige en nieuwe hobbykassen | 50 m² | 3 m | 4 m | ||
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 3 m |
Binnen de aanduiding "specifieke vorm van groen - voorwaardelijke verplichting" dient een elzensingel als bedoeld in bijlage 1 van de toelichting te worden aangeplant en instandgehouden".
De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
Tabel 7.1 Toegestane nevenfuncties
nevenfunctie | max. m² aan bebouwing | max. m² aan gronden |
verkoop van streekeigen producten | 100 | - |
veearts; hoefsmederij | 200 | 100 |
ambachtelijke be- en verwerking van agrarische producten | 200 | - |
kinderboerderij | 200 | 200 |
paardenstalling/paardrijactiviteiten tot 5 paarden | 200 | 800 |
kano-, roeiboot- of fietsenverhuur | 200 | - |
bed & breakfast | 125 | - |
kleinschalige horecagelegenheid | 100 | 500 |
museum/tentoonstellingsruimte | 200 | - |
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
max. inhoud | max. oppervlakte | max. goothoogte | max. bouwhoogte | |
woningen (inclusief aan- en uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen en overkappingen) | bestaand + eenmalig 10% van de inhoud |
|
6 m |
10 m |
vrijstaande bijgebouwen | 50 m² | 3 m | 6 m | |
erf- en terrein- afscheidingen: - voor de voorgevel - buiten het bouwvlak - elders |
1 m 1 m 2 m |
|||
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 3 m |
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 10.2 om de toegestane inhoudsmaat van woningen te vergroten tot ten hoogste 1000 m³ (exclusief ondergrondse bouwlagen), met inachtneming van het volgende:
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende bepalingen:
Onder strijdig gebruik met dit bestemmingsplan wordt mede begrepen:
De voor 'Waarde - Archeologie - 3' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van archeologische waarden.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van lid 11.3.1 is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die:
Een vergunning als bedoeld in lid 11.3.1 wordt slechts verleend, indien:
Alvorens een vergunning als bedoeld in lid 11.3.1 wordt verleend, moet door de aanvrager bij de gemeente advies worden ingewonnen of aanvullend archeologisch onderzoek noodzakelijk is op grond waarvan door het bevoegd gezag kan worden vastgesteld of en zo ja, in hoeverre archeologische waarden worden verstoord.
Indien uit het onderzoek als bedoeld in lid 11.3.4 blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning als bedoeld in lid 11.3.1 kunnen worden verstoord, verbindt het bevoegd gezag één of meer van de volgende voorwaarden aan de omgevingsvergunning als bedoeld in lid 11.3.1:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat de bestemming 'Waarde - Archeologie - 3' ter plaatse geheel of gedeeltelijk wordt verwijderd indien op basis van archeologisch onderzoek door een deskundige op het terrein van archeologische monumentenzorg is aangetoond dat ter plaatse geen archeologische waarden meer te verwachten zijn.
De voor 'Waarde - Archeologie - 4' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van archeologische waarden.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van lid 12.3.1 is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die:
Een vergunning als bedoeld in lid 12.3.1 wordt slechts verleend, indien:
Alvorens een vergunning als bedoeld in lid 12.3.1 wordt verleend, moet door de aanvrager bij de gemeente advies worden ingewonnen of aanvullend archeologisch onderzoek noodzakelijk is op grond waarvan door het bevoegd gezag kan worden vastgesteld of en zo ja, in hoeverre archeologische waarden worden verstoord.
Indien uit het onderzoek als bedoeld in lid 12.3.4 blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning als bedoeld in lid 12.3.1 kunnen worden verstoord, verbindt het bevoegd gezag één of meer van de volgende voorwaarden aan de omgevingsvergunning als bedoeld in lid 12.3.1:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat de bestemming 'Waarde - Archeologie - 4' ter plaatse geheel of gedeeltelijk wordt verwijderd indien op basis van archeologisch onderzoek door een deskundige op het terrein van archeologische monumentenzorg is aangetoond dat ter plaatse geen archeologische waarden meer te verwachten zijn.
De voor 'Waarde - Archeologie - 5' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van archeologische waarden.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden ` voeren:
Het verbod van lid 13.3.1 is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die:
Een vergunning als bedoeld in lid 13.3.1 wordt slechts verleend, indien:
Alvorens een vergunning als bedoeld in lid 13.3.1 wordt verleend, moet door de aanvrager bij de gemeente advies worden ingewonnen of aanvullend archeologisch onderzoek noodzakelijk is op grond waarvan door het bevoegd gezag kan worden vastgesteld of en zo ja, in hoeverre archeologische waarden worden verstoord.
Indien uit het onderzoek als bedoeld in lid 13.3.4 blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning als bedoeld in lid 13.3.1 kunnen worden verstoord, verbindt het bevoegd gezag één of meer van de volgende voorwaarden aan de omgevingsvergunning als bedoeld in lid 13.3.1:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat de bestemming 'Waarde - Archeologie - 5' ter plaatse geheel of gedeeltelijk wordt verwijderd indien op basis van archeologisch onderzoek door een deskundige op het terrein van archeologische monumentenzorg is aangetoond dat ter plaatse geen archeologische waarden meer te verwachten zijn.
De voor 'Waterstaat - Waterkering' aangewezen gronden zijn – behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) – mede bestemd voor de waterkering.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 14.2 onder b, indien de bij de betrokken bestemming behorende bouwregels in acht worden genomen en het waterkeringsbelang door de bouwactiviteiten niet onevenredig wordt geschaad. Alvorens over een omgevingsvergunning te beslissen, wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de waterbeheerder omtrent de vraag of belang van de waterkering door de bouwactiviteiten niet onevenredig wordt geschaad.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
De bouwgrenzen, niet zijnde bestemmingsgrenzen, mogen in afwijking van aanduidingen, aanduidingsgrenzen en regels worden overschreden door:
Algehele herbouw van (bedrijfs)woningen mag uitsluitend plaatsvinden op bestaande fundamenten.
De afstand van gebouwen tot waterlopen bedraagt ten minste:
Landhoofden behorende bij bruggen zijn toegestaan op bestemmingen grenzend aan de bestemming 'Water', zoals opgenomen in het bestemmingsplan 'Buitengebied Gras'.
Ondergrondse bebouwing is uitsluitend ter plaatse van hoofdgebouwen, aan- en uitbouwen en bijgebouwen toegestaan, met dien verstande dat geen inbreuk mag worden gemaakt op het maximaal te bebouwen oppervlak van het perceel en eventuele dubbelbestemmingen het realiseren van de bebouwing niet in de weg staat.
Het bevoegd gezag kan – tenzij op grond van hoofdstuk 2 reeds afwijking mogelijk is – bij een omgevingsvergunning afwijken van de regels voor:
De omgevingsvergunning wordt niet verleend, indien daardoor onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.
Het bevoegd gezag kan – tenzij op grond van hoofdstuk 2 reeds afwijking mogelijk is – bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 16.3 ten behoeve van de herbouw van (bedrijfs)woningen buiten de bestaande funderingen met inachtneming van het volgende:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 16.4 teneinde de afstand tot waterlopen te verkleinen indien de initiatiefnemer een positief advies van het Hoogheemraadschap van Delfland heeft ontvangen.
Burgemeester en wethouders kunnen de in het plan opgenomen bestemmingen wijzigen ten behoeve van overschrijding van bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein. De overschrijdingen mogen echter ten hoogste 3 m bedragen en het bestemmingsvlak mag met ten hoogste 10% worden vergroot.
Burgemeester en wethouders kunnen een of meer bestemmingsvlakken van de bestemmingen Waarde - Archeologie - 3 en Waarde - Archeologie - 5 geheel of gedeeltelijk verwijderen, indien:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen teneinde de herbouw van (bedrijfs)woningen buiten de bestaande fundamenten mogelijk te maken met inachtneming van het volgende:
De wettelijke regelingen waarnaar in de regels wordt verwezen, gelden zoals deze luiden op het moment van vaststelling van het plan.
Voor bouwwerken luidt het overgangsrecht als volgt:
Voor gebruik luidt het overgangsrecht als volgt:
Deze regels worden aangehaald als: 'Regels van het bestemmingsplan 'Kralingerhoek - Verboon'.