De voor "Verkeer" (V) aangewezen gronden zijn bestemd voor:
wegen en paden;
voet- en rijwielpaden;
parkeervoorzieningen;
kruisingen en bruggen ter overbrugging van water;
(hoofd-)watergangen, waterpartijen en (ondergrondse) waterhuishoudkundige voorzieningen;
groenvoorzieningen, waaronder bermen en beplanting;
straatmeubilair;
voorzieningen van algemeen nut;
kunstwerken;
bouwwerken, geen gebouw zijnde die voor de wegenstructuur en de geleiding van het wegverkeer nodig zijn, zoals bruggen, dammen, duikers, verkeersborden en duikers.
11.2 Bouwregels
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend worden gebouwd:
bouwwerken, geen gebouw zijnde;
en gelden tevens de volgende bouwregels ten aanzien van:
11.2.1 Bouwwerken, geen gebouw zijnde
de maatvoering van bouwwerken, geen gebouw zijnde bedraagt:
11.3 Afwijken van de bouwregels
11.3.1 Afwijken voor bouwwerken, geen gebouw zijnde
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 11.2.1 van de planregels voor:
de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouw zijnde, mits:
ten behoeve van de realisering van geluidwerende voorzieningen;
ten behoeve van de realisering van bruggen;
dit niet op verkeerskundige en stedenbouwkundige bezwaren stuit.