Het bevoegd gezag bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 18.1.1 voor het toestaan van de in lid 18.1.1 genoemde functies en het bouwen van gebouwen ten behoeve van die functies voor zover in overeenstemming met de in hoofdstuk 2 genoemde bestemming, mits ter plaatse een aanvaardbaar woon- en leefklimaat kan worden gerealiseerd.