Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Deurningen
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.1774.DEUBPDEURNINGEN-0401

2.3 Ruimtelijke structuur

Het ruimtelijke beeld van het plangebied wordt bepaald door de samenhangende lijnen en velden van de wegenstructuur, de groen- en waterstructuur en de bebouwingsstructuur en de oriëntatiepunten in het gebied. Tezamen vormen deze het ruimtelijk raamwerk. De verschillende structuren in bebouwing en groenvoorziening worden hieronder beschreven.
 
Bebouwing
Deurningen is een kerkdorp en kenmerkt zich door de ruimtelijke opzet. Historisch kaartmateriaal toont de meeste boerderijen in de 17e, 18e en 19e eeuw verspreid langs de doorgaande wegen met een kleine concentratie nabij de kruising van deze wegen met de Deurninger beek. Het bebouwingspatroon te Deurningen is lange tijd onregelmatig geweest. Ook hier is het bebouwingspatroon een afspiegeling van het grillige micro-relief. Het centrum van Deurningen wordt nu echter gedomineerd door de negentiende en twintigste eeuwse bebouwing. Deze bebouwing is ontstaan bij de kerk, gelegen aan een in de negentiende eeuw belangrijk verkeersknooppunt en langs de Hoofdstraat. Het kerkdorppatroon bepaalt in sterke mate het huidige aanzicht van Deurningen, slechts aan de rand van het dorp kan nog iets van het oude esdorp teruggevonden worden.
Grootschalige bebouwing van de kaasboerderij en het tuincentrum bepalen het beeld bij het entree van Deurningen. De kern Deurningen wordt aan de westzijde begrensd door de Deurningerstraat, die Weerselo met Hengelo verbindt, en aan de zuidzijde door de Vliegveldstraat richting Enschede. De barrièrewerking van de provinciale wegen is dermate groot dat het dorp voor toekomstige uitbreiding afhankelijk is van oostelijke richting.
 
Figuur 3. R.K. St.Plechelmuskerk 
 
Groenvoorziening
Tussen 1941 en 1948 heeft in Deurningen een grootschalige ruilverkaveling plaatsgevonden. Behalve de inrichtingen en het eigendom van percelen zijn daarbij ook de lokale (zand)wegen en waterlopen, waaronder de Deurninger beek onder handen genomen. De belangrijkste ingrepen na die tijd zijn de geleidelijke groei van de dorpskom en de aanleg van de sportvelden aan de oostzijde van het dorp geweest. Ondanks al deze ingrepen is de verstoringsgraad van het natuurlijk en cultuurhistorisch landschappelijk voor Nederlandse begrippen betrekkelijk gering te noemen. Alleen bij de aanleg van de nieuwbouwwijken heeft een substantiële aantasting van de bovengrond plaatsgevonden. Verspreid door de kern staan beeldbepalende bomen, met name de Hoofdstraat, de Molenmanstraat en de Deurningerbeek worden begeleid door bomenstructuren.