5.2.1 Ruimtelijke structuur
Bij de bescherming van de ruimtelijke structuur spelen vooral de verbeelding en de regels een belangrijke rol. Via de bouwvlakken op de verbeelding en de bouwregels in de regels, is de situering en hoofdvorm van de bestaande bebouwing In Denekamp vastgelegd.
Bij de bescherming van de bebouwde structuur spelen ook de gemeentelijke Welstandsnota en de Monumentenwet 1988 een rol. Bij wijziging van de bebouwing moet rekening gehouden worden met hetgeen in de Welstandsnota is vastgelegd. Op grond van de Monumentenwet 1988 geldt onder meer een verbod op het slopen van monumentale bebouwing en een vergunningsplicht voor hett veranderen en/of vernieuwen van een beschermd monument.
Naast bebouwing bestaat de ruimtelijke structuur van Denekamp ook uit wegen, beken en groengebieden. Ook hiervoor geldt dat het bestemmingsplan gericht is op behoud.
5.2.2 Functionele structuur
Wonen
Het overgrote deel van de bebouwing in Denekamp heeft een woonfunctie. Het behoud van de woonfunctie is een belangrijk uitgangspunt voor dit bestemmingsplan. De bestaande woningen in het plangebied worden dan ook positief bestemd. Bij de woningen worden mogelijkheden geboden voor het bouwen van aan- en uitbouwen en bijgebouwen, welke onder de WABO bijbehorende bouwwerken worden genoemd. Rondom het kernwinkelgebied (zie hieronder) is het bestemmingsplan, conform de structuurvisie voor het centrumgebied van Denekamp, gericht op het versterken van de woonfunctie. Om dit te bewerkstelligen is een aantal ontwikkelingsprojecten in voorbereiding waarbij bestaande bedrijvigheid en/of winkels na beëindiging of verplaatsing een woonfunctie kan krijgen. Voor zover voor deze projecten reeds een planologische procedure is gevoerd, zijn ze meegenomen in dit bestemmingsplan. Ook het uitbreidingsplan “‘t Pierik fase 3” past in het uitgangspunt de woonfunctie te versterken en is meegenomen in dit bestemmingsplan. In het bestemmingsplan 't Pierik 2e fase waren deze gronden al bestemd voor wonen- uit te werken. Daarnaast zijn er een aantal wijzigingsbevoegdheden opgenomen voor de bouw van woningen, zie paragraaf 5.3.2.
Het kernwinkelgebied is het gebied rondom de Eurowerft, de Vledderstraat/ Brinkstraat, het Marktplein en het Nicolaasplein. De begrenzing van het gebied is vastgelegd in de Structuurvisie voor het centrum van Denekamp. Dit gebied bevat winkels, dienstverlenende bedrijven, horecabedrijven, maatschappelijke voorzieningen, kantoren en woningen (meestal in een bovenwoning). De concentratie van winkels en horeca is noodzakelijk voor een goed functionerend centrum. De woonfunctie (in de tweede of hogere bouwlaag) is van belang voor de levendigheid en de sociale controle in het gebied. In het bestemmingsplan is het kernwinkelgebied specifiek bestemd als ‘Centrum’. Nieuwe detailhandelsondernemingen en centrumvoorzieningen als dienstverlenende bedrijven dienen zich te vestigingen in dit gebied. Binnen het kernwinkelgebied is uitwisseling van de diverse centrumfuncties mogelijk. Dit draagt bij aan de multifunctionaliteit en het voorkomen van leegstand van panden. Waar nu nog expliciet sprake is van alleen een woonfunctie op de begane grond is het benutten voor winkels (niet zijnde supermarkten) en kantoren mogelijk. Ook het benutten van kantoor- of woonpanden voor winkelactiviteiten of lichte horeca is mogelijk. Bestaande ‘zware’ horecagelegenheden zoals restaurants, hotels en disco’s worden gehandhaafd. Met het toestaan van nieuwe vormen van zware horeca wordt terughoudender omgegaan. Ook de woonfunctie op de begane grond is niet uitwisselbaar. Voorkomen moet worden dat de woonfunctie in het kernwinkelgebied de overhand krijgt. De bestaande begane grond-woningen worden daartoe specifiek aangegeven. Via een wijzigingsbevoegdheid is het mogelijk een woonfunctie toe te staan (of te verwijderen).
Voorzieningen en bedrijven
De diverse voorzieningen en bedrijfsactiviteiten in Denekamp dragen bij aan de leefbaarheid. Uitgangspunt ten aanzien van deze voorzieningen is dan ook het behoud ervan. In het bestemmingsplan krijgen ze met het oog hierop een positieve bestemming. Functies die naar de aard en impact op de (woon)omgeving vergelijkbaar zijn, zijn ondergebracht in dezelfde bestemming.
Op deze manier is onderlinge uitwisselbaarheid mogelijk wat ook bijdraagt aan het voorkomen van leegstand van panden.
In een aantal gevallen komen de woon- en bedrijfsfunctie vlak naast elkaar voor. Uitgangspunt ten aanzien van deze bedrijvigheid is dat de milieuhygiënische situatie ten opzichte van omliggende woonbebouwing niet mag verslechteren. De milieuzonering in de Basiszoneringslijst van de VNG is hierbij richtinggevend. Dit betekent dat bedrijven uit categorie 3 uit de VNG-lijst specifiek zijn vastgelegd. Op deze wijze is uitsluitend dát bedrijfstype of bedrijven uit de lichtere categorieën 1 en 2 mogelijk. Voor de ongewenste situaties ten aanzien van milieuhinder (of beeldkwaliteit) is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen die het mogelijk maakt bij
bedrijfsbeëindiging een lichtere vorm van bedrijvigheid toe te staan. Het voorgaande wil niet zeggen dat binnen het plangebied helemaal
geen nieuwe bedrijvigheid wordt toegestaan. Binnen het kernwinkelgebied is de vestiging van nieuwe (lichte) bedrijven toegestaan. Daarnaast worden bij bestaande woningen mogelijkheden geboden voor kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten en/of een aan-huis-verbonden-beroep.