3.3 Provinciaal beleid
Op provinciaal niveau komt de scheiding tussen strategische visie en juridisch bindend beleid tot uitdrukking in de Omgevingsvisie Overijssel en de Omgevingsverordening Overijssel. De Omgevingsvisie is de provinciale structuurvisie. De provinciale Omgevingsverordening bevat juridisch bindende uitspraken over provinciale belangen die moeten doorwerken in de gemeentelijke ruimtelijke plannen.
De
Omgevingsvisie Overijssel
(juli 2009) geeft de visie op de ontwikkeling van de fysieke leefomgeving van de provincie tot 2030. Primair zet het beleid in op een toekomstvaste groei van welvaart en welzijn met een verantwoord beslag op de beschikbare natuurlijke hulpbronnen en voorraden. Twee thema’s zijn voor de provincie leidend voor alle beleidskeuzes: duurzaamheid en ruimtelijke kwaliteit.
Op de Beleidsperspectievenkaart (zie figuur 5), die tevens onderdeel is van de
provinciale Omgevingsverordening,
is het dorp Denekamp ondergebracht in de beleidscategorie ‘dorpen en kernen als veelzijdige leefmilieus’. Het beleid voor deze gebieden is gericht op herstructurering van de bestaande woon- en werkmilieus en het toevoegen van nieuwe woon en werkmilieus op een zodanige wijze dat de veelzijdigheid van de dorpse leefmilieus wordt versterkt en de karakteristiek van het betreffende
dorp / kern wordt gediend. De te behouden gebiedskarakteristieken zijn daarbij aangegeven op de
gebiedskenmerkenkaarten die te onderscheiden zijn in vier lagen:
•
Natuurlijke laag
(geomorfologie en bodem); op deze kaart is Denekamp aangegeven als ‘dekzandvlakte- en ruggen’;
•
Laag van het agrarisch-cultuurlandschap
; op deze kaart is Denekamp aangegeven als ‘hoevenlandschap’;
•
Stedelijke laag
(bebouwing en infrastructuur); Denekamp wordt op deze kaart als volgt omschreven: ‘woonwijk 1955 - nu en
bedrijventerreinen.De woonwijken zijn grotendeels planmatig ontworpen en gerealiseerd. Dat heeft geleid tot een per wijk
kenmerkende hoofdstructuur met een eigen aard, maat en karakter van het grote geheel. Functies zijn meestal ruimtelijk
gescheiden;
•
Lust & Leisure-laag
(toerisme, recreatie en landgoederen). Van deze kaart maakt Denekamp geen deel uit. Wel wordt het dorp
omsloten door het kenmerk ‘donkerte’. Hier is het contrast tussen lichte en donkere en drukke en stille gebieden groot. Donkere
gebieden vragen om een minimaal noodzakelijke toepassing van kunstlicht.
Voor het behoud en versterken van de ruimtelijke kwaliteit gelden deze gebiedskenmerken als uitgangspunt.
Figuur 5. Fragment Beleidsperspectievenkaart Omgevingsvisie Overijssel
Het provinciaal beleid ten aanzien van de grote plattelandskernen met een regionale verzorgings- en/of werkgelegenheidsfunctie, waaronder Denekamp, is gericht op versterking van de positie, zonder aantasting van de positie van de stadsgewesten.
Voor gebieden die deel uitmaken van het Nationaal Landschap wordt beleid gehanteerd van migratiesaldo 0. Dit saldo is ook in de Omgevingsverordening als zodanig vastgelegd. Concreet betekent dit dat binnen een Nationaal Landschap ten hoogste ruimte is voor extra nieuwe woningen om de eigen bevolking te huisvesten.