Type plan: wijzigingsplan
Naam van het plan: Buitengebied 2010, Rossumermeden
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.1774.BUIWPROSSUMERMEDEN-0401

2.3 Gemeentelijk beleid

Landschapsontwikkelingsplan (LOP) 
Het Landschapsontwikkelingsplan van de gemeente Dinkelland is een gemeentelijke uitwerking van het LOP Noordoost Twente en Twenterand. De doelstelling van het plan is richtlijnen te formuleren voor de inrichting van het landschap. Het plan is mederichtinggevend om te beoordelen of ontwikkelingen landschappelijk aanvaardbaar zijn. In het Landschapsontwikkelingsplan worden de structuur en de landschappelijke elementen op waarde beoordeeld. Het Landschapsontwikkelingsplan wordt als toetsingskader meegenomen in de ruimtelijke onderbouwing van projectbesluiten en bestemmingsplannen. De ontwikkelingsrichtingen zijn beschreven per landschappelijke eenheid. Dat zijn gebieden die een eenheid vormen door overeenkomsten in de geologische, geomorfologische, hydrologische en bodemkundige situatie.
 
Het plangebied behoort tot de landschappelijke eenheid van het Bekken van Hengelo. Het herstel van de beken, de beekdalen en de beekdalranden vragen speciale aandacht vanwege de hoge hydro-ecologische potenties zoals kwelrijke situaties, sterke gradiënten, aangrenzende natuurgebieden (beken) en infiltratiegebieden. Het toekomstbeeld is een landschap met houtwallen, singels en extensieve graslanden langs de beken. De vraagt om aangepast (agrarisch) gebruik van de gronden langs de beekdalen. Op de hogere dekzandruggen tussen de oost-westgerichte beekdalen is ruimte voor ontwikkeling van grondgebonden landbouw. De verschillen tussen dekzandruggen en beekdalen zijn versterkt en de lengterichting in het landschap is benadrukt. Bij het oude cultuurlandschap rond Saasveld-Gammelke en Weerselo staat behoud en herstel van de landschapswaarden voorop zoals de ensembles van grote open essen en kampen, de compositie van landschapselementen en de verspreide oude erven langs de randen van deze essen en kampen.
       
Archeologische kaart
Conform het verdrag van Malta (EU) moet bij ruimtelijke ontwikkelingen het archeologische erfgoed worden veiliggesteld. Concreet heeft dit tot gevolg dat bij de voorbereiding van bestemmingsplannen meer aandacht moet worden besteed aan de (mogelijke) aanwezigheid van archeologische waarden. De gemeente Dinkelland heeft een gemeentelijke verwachtings- en advieskaart opgesteld, waarbij inzichtelijk wordt waar zich archeologische resten kunnen bevinden. Volgens de gemeentelijke kaart is de archeologische verwachtingswaarde in het plangebied zowel deels hoog, middelmatig als laag.
 
Bestemmingsplan Buitengebied gemeente Dinkelland 2010
Het bestemmingsplan regelt de gebruiks- en bebouwingsmogelijkheden van de gronden in de gemeente. Het bestemmingsplan is juridisch bindend en is in februari 2010 vastgesteld. De gemeente maakt onderscheid tussen de basisfuncties (landschap, landbouw, natuur en water), die een sterke relatie hebben met het buitengebied en de overige functies (wonen, werken en recreatie), die „gebruik maken van het buitengebied. De basisfuncties zijn randvoorwaardenstellend voor ontwikkelingsmogelijkheden voor de overige functies. Gezien het feit dat in delen van het buitengebied meerdere functies een groot belang hebben, is het noodzakelijk om in bepaalde situaties te komen tot een afweging van belangen; ontwikkeling van de ene functie zou een andere functie immers nadelig kunnen beïnvloeden. In principe houdt dit in dat eventuele toekomstige ontwikkelingen primair gericht dan wel afgestemd dienen te worden op het behoud en de versterking van de basisfuncties. De overige functies zijn daaraan ondergeschikt, in zoverre dat zij niet een dusdanige omvang of intensiteit mogen aannemen, dat de basisfuncties onevenredig negatief worden beïnvloed.
Eén van de basisfuncties in het bestemmingsplan Buitengebied 2010 is Bos en Natuur. Bestaande bos en natuurgebieden zijn hierin positief bestemd. Het beleid voor de bos en natuurgebieden richt zich op het behoud van de natuur en landschapswaarden. Hieronder vallen ook de EHS-gebieden. De natuurontwikkelingsgebieden (nieuwe natuur, nog niet gerealiseerd) zoals weergegeven in de Omgevingsverordening vallen onder een agrarische gebiedsbestemming. Indien de gronden door de natuurbeherende instanties zijn verworven worden de gebieden op verzoek omgezet naar de natuurfunctie. De grond is inmiddels eigendom van Staatbosbeheer en de Provincie Overijssel verzoekt nu om de agrarische functie om te zetten naar bedoelde natuurfunctie.