De Nota Ruimte bevat de visie van de rijksoverheid op de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland tot 2020, met een doorkijk naar 2030. Hoofddoel van het nationaal ruimtelijk beleid is ruimte te scheppen voor de verschillende ruimtevragende functies. De Nota Ruimte stelt ruimte voor ontwikkeling centraal en gaat uit van het motto “decentraal wat kan, centraal wat moet”. Het accent verschuift van toelatingsplanologie naar ontwikkelingsplanologie. Meer specifiek richt de nota zich op vier algemene doelen:
a. versterking van de internationale concurrentiepositie van Nederland;
b. bevordering van krachtige steden en een vitaal platteland;
c. borging en ontwikkeling van belangrijke (inter)nationale ruimtelijke waarden;
d. borging van de veiligheid (tegen wateroverlast en risicovolle activiteiten).
Voor het plangebied zijn met name de laatste twee doelen van belang.
Ad. c. De Nota Ruimte biedt de ruimtelijke randvoorwaarden voor de waarborging en ontwikkeling van landschappelijke en natuurlijke waarden. In de gemeente Dinkelland geldt speciale bescherming van de natuurgebieden die voor Nederland belangrijk zijn zoals de Natura 2000-gebieden en de Ecologische Hoofdstructuur. De gebieden met de meest unieke of kenmerkende landschappen zijn aangewezen als Nationaal Landschap, zoals het Nationaal Landschap Noordoost Twente.
Het plangebied behoort niet tot een Natura 2000-gebied, maar maakt wel onderdeel uit van het Nationaal Landschap Noordoost-Twente en de Ecologische Hoofdstructuur.
Ad. d. Behalve zeespiegelstijging worden ook grotere extremen in neerslag- en droogteperioden verwacht. Het wordt duidelijk dat ingrijpende aanpassingen in het watersysteem en de waterhuishouding nodig zijn in zowel lagere als hogere gebieden. In de Nota Ruimte wordt „water als een structurerend principe aangemerkt, dat een integraal onderdeel dient uit te maken van de ruimtelijke planvorming.
Ecologische Hoofdstructuur
De Ecologische Hoofdstructuur (EHS) is een Nederlands netwerk van bestaande en nieuw aan te leggen natuurgebieden. In het onderhandelingsakkoord, dat Rijk en provincies 20 september 2011 hebben gesloten, staat dat de provincies de EHS in 2021 afronden. Daarmee legt het rijk de verantwoordelijkheid voor het natuurbeleid weer aan de basis: in de streek, met een duidelijke taakverdeling tussen overheden. De EHS is in 1990 geïntroduceerd als antwoord op de achteruitgang van de natuur en biodiversiteit in Nederland. Later zijn hieraan de robuuste verbindingen toegevoegd, brede verbindingszones tussen natuurgebieden. Het kabinet heeft besloten deze verbindingen te schrappen, en in plaats daarvan in te zetten op het beter verbinden van natuurgebieden met het omringende agrarisch gebied.
De EHS is in 1990 geïntroduceerd als antwoord op de achteruitgang van de natuur en biodiversiteit in Nederland. Later zijn hieraan de robuuste verbindingen toegevoegd, brede verbindingszones tussen natuurgebieden. Het kabinet heeft besloten deze verbindingen te schrappen, en in plaats daarvan in te zetten op het beter verbinden van natuurgebieden met het omringende agrarisch gebied.
Grotere natuurgebieden zijn gevarieerder. Er kan uitwisseling tussen soorten planten en dieren plaatsvinden. Verder bieden grotere natuurgebieden meer mogelijkheden voor recreatie. Daarnaast kunnen zij bij hevige regenval veel water vasthouden. Dit voorkomt dat elders gebieden overstromen, bijvoorbeeld waar veel mensen wonen.
In de EHS liggen:
- bestaande natuurgebieden, waaronder de 20 nationale parken;
- gebieden waar nieuwe natuur aangelegd wordt;
- landbouwgebieden, beheerd volgens agrarisch natuurbeheer;
- ruim 6 miljoen hectare grote wateren: meren, rivieren, de kustzone van de Noordzee en de Waddenzee.
De Nederlandse Ecologische Hoofdstructuur moet uiteindelijk samen met de natuurgebieden in andere Europese landen het aaneengesloten pan-Europees Ecologisch Netwerk (PEEN) vormen.