3.2 Waterhuishouding / watertoets
Het plangebied valt onder het beheer van Waterschap Regge en Dinkel. Bij ruimtelijke ontwikkelingen hanteert het waterschap een aantal beleidsmatige uitgangsprincipes ten aanzien van het duurzaam omgaan met water. Deze zijn van belang als vertrekpunt van het overleg tussen initiatiefnemer en waterbeheerder. Bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen dient de initiatiefnemer hier invulling aan te geven. In dat kader is watertoets uitgevoerd.
De resultaten zijn hieronder weergegeven.
19-12-2012
20121219-5-6088
U heeft een watertoets uitgevoerd op de website
http://www.dewatertoets.nl. Op basis van deze toets volgt u de
normale procedure
.
Naar aanleiding van deze digitale toets dient u zelf contact op te nemen met het waterschap Regge en Dinkel via tel.nr.
0546-832525. Let op, het beschreven plan in de watertoets zal aan de onderstaande uitgangspunten moeten worden getoetst. In de op te stellen waterparagraaf moet aangegeven worden hoe met deze uitgangspunten wordt omgegaan.
Uitgangspunten waterschap Regge en Dinkel.
Het beleid van het waterschap Regge en Dinkel is vastgelegd in het vigerend waterbeheerplan. Het waterbeheerplan kunt u
downloaden via onze website
http://www.wrd.nl. Voor alle inbreidingen en uitbreidingen gelden in principe onderstaande beleidsregels.
Bij de keuze voor de locatie van het plangebied wordt rekening gehouden met de wateropgave en de eigenschappen van het watersysteem. Bij het stedenbouwkundig plan moet notie worden genomen van het feit dat water van hoog naar laag stroomt. Water is daarmee ordenend voor het plan. Per project moet in het overleg tussen gemeente en waterschap worden bezien of maatwerkoplossingen nodig en/of wenselijk zijn.
Het afvalwater (het zwarte afvalwater van toilet, het grijze afvalwater van keuken, wasmachine en douche en het eventuele
bedrijfsafvalwater) wordt afgevoerd naar de RWZI door middel van riolering.
De afvoerpiek uit het plangebied door de toename van verhard oppervlak wordt afgevlakt door berging van hemelwater in
wadi's of retentievijvers met een gedoseerde afvoer. De norm voor de maximale hoeveelheid te lozen water bedraagt 2,4 l/sec.ha bij een maatgevende neerslaghoeveelheid van 40 mm in 75 minuten. Het hemelwater wordt zo min mogelijk verontreinigd en komt ten goede aan het lokale water- of grondwatersysteem. Zichtbare oppervlakkige afvoer van hemelwater heeft de voorkeur boven afvoer van hemelwater door buizen, vanwege het grotere risico op ongewenst lozingsgedrag en foutieve aansluitingen bij buizen. Infiltratie van hemelwater in de bodem via een graspassage is de beste optie, omdat hiermee zuivering, retentie en grondwateraanvulling worden gerealiseerd. Op kleine schaal kan dit goed door middel van individuele voorzieningen, op grotere schaal verdient de toepassing van
wadi's de voorkeur. Afvoer van hemelwater vindt bij voorkeur plaats via de reeks regenpijp - perceelsgootje - straatgoot - wadi.
Bij het ontwerp van het bouwwerk wordt een zodanig samenspel van dakvlakken, dakgoten, regenpijpen en perceelsgoten
gekozen dat het water niet in riolen onder de grond hoeft. Goede alternatieven in geval van nauwelijks verontreinigd hemelwater zijn regenwaterhergebruik op individuele schaal of directe oppervlakkige afvoer naar sloten of vijvers met retentievoorzieningen op grotere schaal. In het geval van bedrijventerreinen met risico op vervuiling verdient hemelwaterafvoer via een verbeterd gescheiden
rioolstelsel met retentievijvers de voorkeur. Het ontwerp van een verbeterd gescheiden stelsel wordt afgestemd op het risico op verontreiniging van het verhard oppervlak en het uitgangspunt dat de afvoer van relatief schoon hemelwater naar de rwzi wordt geminimaliseerd.
Het grondwater wordt zoveel mogelijk aangevuld met schoon infiltrerend water. Te hoge grondwaterstanden in natte winterperioden mogen worden beteugeld met drainage in de openbare weg en eventueel op de kavels zelf, mits dit niet leidt tot een permanente grondwaterstandsverlaging in of buiten het plangebied. De drainage voert af naar een wadi of naar oppervlaktewater; dus niet naar de RWZI.
Datum
19-12-2012
Dossiercode
20121219-5-6088
Samenvatting van de watertoets:
Uw gegevens:Naam van het project: "Boschweg 36 Rossum"
Omschrijving van het plan: Wijzigingsplan voor het vergroten van een agrarisch bouwperceel.
Straat: Boschweg 36
Postcode: 7596 PH
Kadastraal: Weerselo 02 R 00799 G en 00790
Oppervlakte plangebied: 18707 --> het bouwvlak wordt 1,5 hectare
Is het plan eerder ingezonden: ja
Naam organisatie: Gemeente Dinkelland
Adres aanvrager: Postbus 11
7590 AA Denekamp
Gegevens gemeente:Plan ligt in gemeente: Dinkelland
Telefoonummer contactpersoon: 0541-854100
Samenvatting resultaat Kaartlagen:
Heeft u een beperkingsgebied geraakt?
Welke gemeente omvat het grootste deel van het door u getekende plangebied?
Vragen:Gaat het om een ruimtelijk plan dat uitsluitend een functiewijziging van bestaande bebouwing inhoudt?
Worden in het plan meer dan 10 wooneenheden gerealiseerd?
Is er in of rondom het plangebied sprake van wateroverlast of grondwateroverlast?
Neemt in het plan het verharde oppervlak van bebouwing en bestrating toe met meer dan 1500m2?
Maakt het plan deel uit van een groter plan dat in ontwikkeling is?
Worden er op bedrijfsmatige wijze activiteiten verricht waardoor het verharde oppervlak verontreinigd raakt?
Heeft het plan een permanente waterpeilverandering van 10cm of meer tot gevolg?
Aanvullende vragen ten behoeve van de normale procedure
In het plan wordt het afvalwater en het hemelwater behandeld via een gescheiden stelsel: hemelwater wordt geinfiltreerd
ja
Wat is de toename of afname van het verharde oppervlak in m2?
Ligt het plan in een intrekgebied van de drinkwaterwinning?
Worden er materialen gebruikt waardoor het afstromende hemelwater verontreinigd kan raken?
Vinden er in het plangebied agrarische activiteiten plaats?
Gaat er grondwater onttrokken worden in het plan (tijdelijk of permanent)?
Opmerkingen bij het plan