Type plan: wijzigingsplan
Naam van het plan: Buitengebied Boschweg 36 Rossum
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.1774.BUIWPBOSCHWG36ROSS-0401

2.3 Gemeentelijk beleid

Het plangebied Boschweg 36 te Rossum ligt in het plangebied van bestemmingsplan "Buitengebied 2010". In dit bestemmingsplan is een groot deel van het gemeentelijke ruimtelijk beleid opgenomen dat van toepassing is op percelen binnen het plangebied.
Het bestemmingsplan "Buitengebied 2010" bevat beleid voor het vergroten van een bouwperceel van een niet-grondgebonden agrarisch bedrijf. In artikel 3.7.c van de Regels van het bestemmingsplan zijn 8 criteria vastgesteld waar een plan aan moet voldoen om medewerking te kunnen verlenen. Indien een plan wordt ingediend waarbij aan alle voorwaarden wordt voldaan en geen strijdigheid ontstaat met ander beleid, dan is het gebruikelijk om medewerking te verlenen aan het ingediende verzoek omdat er wordt voldaan aan het gemeentelijk beleid.
 
Artikel 3.7.c luidt als volgt (integrale weergave):
 
Vergroten bouwperceel niet-grondgebonden agrarisch bedrijf
c. aan een bouwperceel voor niet-grondgebonden agrarische be­drijven grenzende gronden worden voorzien van de aanduiding “specifieke vorm van agrarisch - bouwperceel niet-grondgebonden agrarisch bedrijf”, met inbegrip van een wijziging van het daarbinnen gelegen bouw­vlak en het al dan niet tevens aanduiden met “specifieke vorm van agrarisch - sterlocatie”, mits:
 
1. deze wijziging niet wordt toegepast voor bouwpercelen die gelegen zijn binnen de grenzen van het gebied dat is voorzien van de aanduiding “reconstructiewetzone - extensiveringsgebied” en voorzover het een sterlocatie betreft de wijziging eveneens niet toegepast wordt binnen de grenzen van de dubbelbestemming ‘Waarde - Ecologie’;
 
2. de oppervlakte van het bouwvlak wordt vergroot tot ten hoogste 1,50 hectare, tenzij de gronden zijn voorzien van de aanduiding “reconstructiewetzone - landbouwontwikkelingsgebied” of “specifieke vorm van agrarisch - sterlocatie”, in welke geval het bouwvlak wordt vergroot tot ten hoogste 3,00 hectare;
 
3. er zicht is op een langdurige vergroting van de productieom­vang als gevolg van schaalvergroting of ex­ten­si­ve­ring/verbreding van de bedrijfsactiviteiten en de noodzakelijkheid van de bedrijfsuitbreiding is aangetoond, waarbij, indien er sprake is van een sterlocatie, binnen 12 jaar na toekenning van de sterlocatie minimaal een om­vang gerealiseerd moet worden van 175 nge;
 
4. er binnen het bestaande bouwperceel geen ruimte meer is voor de benodigde uitbreiding;
 
5. er ten behoeve van een zorgvuldige landschappelijke inpas­sing een erfbeplantingsplan, afgestemd op de land­schaps-en beheersvisie uit het Landschapsontwikkelings­plan, zoals opgenomen in bijlage 5 van de toelichting, is opgesteld;
 
6. er bij een oppervlakte groter dan 1,50 hectare geïnvesteerd wordt in het versterken van de ruimtelijke kwaliteit van de omgeving;
 
7. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusitu­atie, de natuurlijke en landschappelijke waarden, de archeologische waarden, de woonsituatie, het bebou­wings­beeld, de waarden van de historische buitenplaatsen en de gebruiksmogelijkheden van de aangren­zende gronden;
 
8. de waterbeheerder om advies is gevraagd in verband met de waterhuishoudkundige situatie en de maximaal te han­teren afvoernorm;