Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Aanleiding
De actualisering slag van bestemmingsplannen ligt achter ons. De afgelopen jaren zijn alle bestemmingsplan binnen de gemeente Rijssen-Holten herzien. Per 1 juli 2013 moesten de bestemmingsplannen actueel zijn. Dit was een grote klus. Dit is gelukt met als gevolg dat alle bestemmingsplannen nu digitaal zijn en voorzien van actuele regels.
Nu ervaring is opgedaan met de nieuwe bestemmingsplannen blijkt dat de plannen op enkele punten verbetering vragen. Het gaat om relatief kleine verbeteringen zoals; de versoepeling van wat te starre regelgeving, betere afstemming tussen de verschillende regels en het herstellen van foutjes of onnauwkeurigheden. Veel gemeenten pakken deze zaken op en gaan 'Veegplannen' maken. Zo ook de gemeente Rijssen-Holten.
Als eerste is het bestemmingsplan Wonen Rijssen opgepakt. De gemeenteraad van de gemeente Rijssen-Holten stelde op 29 maart 2012 dit bestemmingsplan vast. Dit plan trad per 31 mei 2012 onherroepelijk in werking. Sindsdien maken burgers, ondernemers en de gemeente zelf gebruik van de geharmoniseerde bouwregels. De regeling wordt als prettig ervaren. Toch zijn er nog punten in het bestemmingsplan voor verbetering vatbaar. Het gaat in grote lijnen om de volgende zaken:
-
1. Juridische omissies in de regels die een goede ruimtelijke ordening belemmeren, nodig voor een goed beheer van de gebouwde omgeving.
-
2. Keuzes in het bestemmingsplan Wonen Rijssen die te streng zijn danwel te vrijblijvend en die daarom om een aanpassing vragen.
-
3. Nieuwe ontwikkelingen die de afgelopen jaren via afwijkingen / ontheffingen zijn mogelijk gemaakt en die nog niet in een bestemmingsplan zijn verwerkt.
-
4. Bestemmen van verkochte groenstroken die als tuin in gebruik zijn genomen.
Al deze zaken vragen om geveegd te worden en moet leiden tot aanpassingen van het bestemmingsplan Wonen Rijssen. De aanpassingen hebben een beperkte ruimtelijke impact, danwel dat de gemeente al heeft besloten over dat onderwerp. Beleidsmatig gezien kent dit plan dan ook geen nieuwswaarde. Voorliggend bestemmingsplan (veegplan) heeft tot doel al deze relatief kleine aanpassingen in een bestemmingsplan op te nemen.
1.2 Ligging van het plangebied
Het plangebied bestaat uit de woongebieden van Rijssen en is identiek van omvang als het bestemmingsplan Wonen Rijssen. Een aantal locaties wordt de plankaart herzien of aangevuld. In het volgende hoofdstuk komen de verschillende locaties één voor één aan bod.
De bestemmingsplannen die binnen het plangebied na vaststelling van het bestemmingsplan Wonen Rijssen onherroepelijk zijn geworden of in procedure zijn maken geen onderdeel uit van dit plan. Het gaat om de volgende bestemmingsplannen;
- Wonen Rijssen, herontwikkeling Eltheto
- Wonen Rijssen, woningbouw Klim-Op terrein
- Wonen Rijssen, Haarstraat 83
- Wonen Rijssen, Haarstraat 100-102
- Wonen Rijssen, herontwikkeling Otje van Potje
- Wonen Rijssen, Wethouder H.H. Korteboslaan 5
- Wonen Rijssen, hoek Wierdensestraat - Reggesingel
- Wonen Rijssen, Rijssens-Leemspoor, Arend Baanstraat
- Wonen Rijssen, Parkstede
- Wonen Rijssen, Enterstraat 124
1.3 Partiële- en algehele herziening op onderdelen
Dit bestemmingsplan betreft een partiële herziening van het bestemmingsplan Wonen Rijssen en voor enkele gebieden een algehele herziening. Dat houdt in dat voor de in dit plan genoemde onderwerpen het bestemmingsplan Wonen Rijssen wordt aangepast.
Met betrekking tot de partiele herziening zijn, om het zo leesbaar mogelijk te houden, in dit bestemmingsplan ALLE regels van het bestemmingsplan Wonen Rijssen overgenomen. De inhoudelijke wijzigingen in de regels zijn met een kleuraccent aangegeven en toegelicht in paragraaf 2.2.
Daarnaast worden voor enkele gebieden / percelen ook de verbeelding/plankaart herzien of aangevuld. Dit betreft een algehele herziening. Voor welke gebieden of percelen dit geldt wordt in paragraaf 2.1 omschreven.
Onderstaande figuur 1 geeft aan wat het plangebied is voor dit plan. Voor de zwarte 'bolletjeslijn' geldt dat het de plangrens is. De gekleurde vlakken geven de nieuwe locaties weer die voorzien zijn van een nieuwe enkelbestemming. Daar komt het bestemmingsplan Wonen Rijssen dus te vervallen.
figuur 1. plangrens en gebieden van het Veegplan Wonen Rijssen
Op de analoge verbeelding van de plankaart zijn zowel de bovenstaande afbeelding goed te zien als ook de verschillende deellocaties.
Artikel 35.1 uit dit bestemmingsplan regelt juridisch gezien de relatie met het onderliggende bestemmingsplan Wonen Rijssen.
Hoofdstuk 2 Beschrijving van het plan
2.1 Wijzigingen ten aanzien van de verbeelding
Dit bestemmingsplan betreft een algehele herziening van op de verbeelding (plankaart) aangegeven locaties. Voor deze locaties komt het voorliggende bestemmingsplan Wonen Rijssen te vervallen. Deze locaties worden in onderhavig bestemmingsplan Veegplan Wonen Rijssen opgenomen. Het gaat om de volgende locaties / gebieden of percelen:
-
1. De omgeving van de Bereklauw en het Zonneroosje in de wijk Veeneslagen West. Het betreft een aanpassing van de bouwvlakken conform het voorgaande bestemmingsplan 'Veeneslagen West'. De huidige bouwvlakken waren niet correct op de verbeelding overgenomen.
-
1. De Zilvermeeuw 8 in de wijk Veeneslagen. Het betreft een aanpassing van de bouwvlakken conform het voorgaande bestemmingsplan 'Veeneslagen '. Het huidige bouwvlak was niet correct op de verbeelding overgenomen.
-
2. Een smalle strook grond langs het fietspad tussen sporthal De Stroekeld en De Jacobus Fruytier scholengemeenschap. Het betreft de opname van een bouwvlak conform het voorgaande bestemmingsplan 'Veeneslagen West'. Deze strook was niet correct overgenomen.
-
3. De bestemming en bouwvlak bij de supermarkt aan de Laan Oud-Indiëgangers 5 aangepast aan de vergunde en werkelijke situatie.
-
4. Tussen het perceel Molenbeekpark 6 en 10. De bouwmogelijkheid was komen te vervallen. Conform het bestemmingsplan 'Molenbeek' wordt deze bouwmogelijkheid opnieuw opgenomen.
-
5. Het perceel Stokmansveldweg 12. De bouwmogelijkheid was komen te vervallen. Conform het bestemmingsplan 'Molenbeek' wordt deze bouwmogelijkheid opnieuw opgenomen.
-
6. De strook grond tussen de Pelmolenweg 14 en 16 is in gemeentelijk eigendom en krijgt weer een Verkeersbestemming conform het vorige bestemmingsplan 'Oosterhof en Verenland'.
-
7. De percelen Pastinaak 19 en 21, het woonblok tussen de Roelf Bosmastraat, Braakmansdijk en Het Mulderslag. Hier is het bouwvlak weggevallen. Deze wordt opnieuw opgenomen.
-
8. De Stationsdwarsweg 27 en de verkeersbestemming Verkeer - Verblijf. Vanwege de gewenste afstemming tussen de plangrens van het bestemmingsplan Kern Rijssen, herontwikkeling Stationsomgeving wordt de woon- en verkeersbestemming overgenomen.
-
9. Het Banisschoolterrein aan de Welleweg 4 - 6a. De daadwerkelijke verkaveling wijkt af van het bestemmingsplan. De aanpassing volgt nu de huidige verkaveling.
-
10. De appartementengebouwen aan de Arkeheem 22-46 en Erve Geusendam 37-55. Het bestemmings- en bouwvlak komen niet overeen met de werkelijke situatie en het voorgaande bestemmingsplan. Dit wordt aangepast.
-
11. Verwerken van onherroepelijke omgevingsvergunningen in het bestemmingsplan zijnde;
-
a. Veeneslagen 107, de uitbreiding van de Tabernakel;
-
b. Elsenerstraat 70 en 72, de bouw van twee woningen aan de;
-
c. De Stoekeld 139, de bouw van een school;
-
d. Beatrixplein 10, het uitbreiden van een supermarkt;
-
e. Braakmansdijk 8, het bouwen van een twee onder één kapwoning;
-
f. Johannes Vermeerstraat 8, het uitbreiden van het schoolplein;
-
g. Roelf Bosmastraat 45, uitbreiding bakkerij.
-
12. Het perceel Haarstraat 85. De achtertuin was voorzien van een maatschappelijke bestemming. De grond is in gebruik als erf / tuin bij de woning. Dit perceel wordt voorzien van een woonbestemming met bouwvlak.
-
13. De percelen Pastoor Petersstraat 34, Holterstraatweg 81, Marijkestraat 2, Korenstraat 9, Zuiderstraat 120A, 120D, 120E, 120H, Teunis Lodderstraat 24, 24A en 26, Esstraat 161E, De Hofstee 84, 90 en 92 zijn vrijstaande woningen en krijgen de bestemming Wonen - Vrijstaand.
-
14. De woningen aan de Nieuwenhuisstraat 54-58 krijgen een Wonen - Aaneen bestemming aangezien dit rijenwoningen betreffen.
-
15. De groenstroken die zijn verkocht kennen veelal nog groen- of verkeersbestemmingen. Deze stroken krijgen een woonbestemming om het gebruik als tuin mogelijk te maken. Het gaat om de volgende adressen; Arend Baanstraat 47, Broedersdijk 106, Braakmansdijk 110, Casparus B.J. Landweerlaan 28, De Doppesmaat 57, De Höfte 18, De Steege 20-32, Dokter P.Oosthoekstraat 9-17 Dokter P.Oosthoekstraat 73, Elsenerstraat 63, Eshuisstraat 16-20, Esstraat 103, Esstraat 125, Hagslagen 10, Hagslagen 22, Hagslagen 28-30, Hagslagen 36-50 ,Hagslagen 110-112, Henri Dunantstraat 19-23, Holtentorensweg 39-43, Holterstraatweg 99A, Johan Willem Frisostraat 37, Koninginneweg 85, Lentfersweg 32, Lentfersweg 50-66A, Lentfersweg 70-74, Munsterhof 11, Nieuwenhuisstraat 64, Nieuwenhuisstraat 68, Nijlandstraat 11, Nijlandstraat 13, Pelmolenweg 16, Prins Bernhardstraat 29, Prins Bernhardstraat 86, Prins Mauritsstraat 35, Roerdomp 26, Spoorslag 22-36, Ter Maatstraat 4, Ter Maatstraat 8-10, Ter Maatstraat 52-54, Ter Weelstraat 14, Ter Weelstraat 18, Ter Weelstraat 26, Veldovenstraat 5, Vennekesgaarden 46A, Welleweg 29, Weverstraat 12-14, Witmoesdijk 1.
2.2 Wijzigingen ten aanzien van de regels
Dit bestemmingsplan betreft een partiele herziening van de regels zoals opgenomen in het bestemmingsplan Wonen Rijssen. Deze regels gelden voor zowel het bestemmingsplan Wonen Rijssen als voor het bestemmingsplan Veegplan Wonen Rijssen. Alléén aan de regels met een inhoudelijke wijziging wordt een kleuraccent toegevoegd. Het gaat om de volgende wijzigingen in de regels:
-
1. De regels zijn geheel in lijn gebracht met de laatste versie van de Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen (SVBP2012). Verder is de manier waarop de regels zijn opgesteld soms wat anders opgeschreven waardoor het korter is geworden en daardoor duidelijker. Veel van deze aanpassingen hebben géén inhoudelijke gevolgen.
-
2. Het begrip 'bebouwingspercentage' is aangepast aangezien dit percentage ook op de verbeelding wordt vermeld en veelal verwijst naar het bouwvlak.
-
3. De begrippen 'hoofdgebouw' en 'bijbehorende bouwwerken' en 'mantelzorg' zijn overgenomen uit het 'Besluit omgevingsrecht'. Dit komt vanwege de praktische en juridische wens om dezelfde termen bij vergunningsvrij bouwen en vergunningsplichtig bouwen te hanteren.
-
4. Bij het begrip 'overkapping' is het woord 'overkapping' vervangen door 'constructie'.
-
5. Het begrip 'huishouden' is komen te vervallen en ondergebracht onder het begrip 'woning' om de inwoning beter te reguleren. Het gaat in de nieuwe situatie om het aantal huishoudens en niet om de beperking van het aantal personen.
-
6. De bestemmingen 'Bedrijf' en 'Bedrijventerrein' verwijzen nu naar de bedrijfsactiviteiten zoals opgenomen in bijlage 2 van de regels en niet meer naar de bedrijfsnaam. De lijst van bestaande bedrijven in bijlage 2 is aangevuld met de betreffende bedrijfsactiviteiten.
-
7. De toevoeging met de mogelijkheid om nadere eisen te stellen aan het aantal en de situering van parkeerplaatsen en laad- en losruimtes in verband met de verkeersveiligheid in de bestemmingen Bedrijf, Bedrijventerrein, Centrum - Buurtcentrum, Detailhandel, Kantoor, Horeca, Recreatie.
-
8. Het woord 'geen' is toegevoegd aan de bepaling over het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen en 'geen' overkappingen zijnde bij de bestemmingen Centrum - Buurtcentrum en Detailhandel.
-
9. Vanwege het verdwijnen van de noodlokalen is binnen de bestemming Groen de bepaling over noodlokalen aan de Tureluur vervallen.
-
10. In de bestemming Horeca is de 'voorgevelrooilijn' vervangen door 'voorste bebouwingsgrens'.
-
11. De bouwhoogte voor speelvoorzieningen wordt binnen de bestemming Maatschappelijk, Recreatie, Verkeer - Verblijf op maximaal 6 meter gelijkgetrokken.
-
12. Binnen de bestemming Recreatie is het woord 'spel' vervangen door 'sport' en de zin over 'onder water doeleinden voor....' is herschreven.
-
13. De inhoud van de dienstwoning binnen de bestemming Sport wordt verhoogt naar 750 m3. De bouwhoogte van erfafscheidingen worden verhoogt naar 3 meter.
-
14. De inhoud en bouwhoogte van openbare nutsvoorzieningen binnen de bestemmingen Verkeer - Verblijf, Verkeer - Wegverkeer en Water worden gelijk getrokken naar maximaal 40 m3 respectievelijk 4 meter.
-
15. Om een toename van het aantal garageboxen te voorkomen is een bepaling opgenomen om niet meer garageboxen toe te staan dan het bestaande aantal.
-
16. Binnen de bestemming Water gaat het om 'bijbehorende voorzieningen'. Dit is herschreven. Daarnaast zijn bouwregels voor nutsvoorzieningen toegevoegd.
-
17. Bij de woonbestemmingen zijn 'bijbehorende tuinen, erven en terreinen' en 'bed en breakfast in hoofdgebouwen' toegevoegd. De woorden 'ten behoeve van wonen' voegen niets toe en zijn komen te vervallen
-
18. Het woord 'minimaal' is toegevoegd aan de afstand van hoofdgebouwen tot de zijdelingse perceelsgrens, omdat er ook tussen de 2,5 meter en 0 meter tot de perceelsgrens mag worden gebouwd.
-
19. De introductie van de 'voorste' voorgevel en de 'achterste' achtergevel bij bestemmingen met vrijstaande woningen aangezien vrijstaande woningen meerdere voorgevels of achtergevels kunnen hebben.
-
20. Overkappingen kunnen ook binnen het hoofdgebouw worden gebouwd, waardoor een bepaling hieromtrent is opgenomen.
-
21. Vanwege de juridische uitleg van begripsbepalingen in combinatie met de regels van de woonbestemmingen ontstaat een ongewenste belemmering voor de bouw van carports (overkappingen) tot 1 meter achter het verlengde van de voorgevel. Het bestemmingsplan had al tot doel om dit mogelijk te maken. Het begrip hoofdgebouw is aangepast en de carportbepaling komt te vervalen en maakt onderdeel uit van het begrip overkappingen. Hierdoor wordt het weer mogelijk om overkappingen toe te staan, mits plat afgedekt, tot niet minder dan 1 meter achter het verlengde van de voorgevel van het hoofdgebouw.
-
22. De juridische afstemming tussen een bouwvlak en het bouwen in de voorste perceelsgrens in straten met een 'omgekeerde' voor- en achterkantbenadering is onjuist. Het gaat om de woonbestemmingen in straten zoals de Dokter P. Oosthoekstraat en de Eshuisstraat in Rijssen. Het doel is om, net als bij andere bouwvlakken, de bouw van gebouwen, overkappingen en bouwwerken toe te staan. In de betreffende bouwvlakken is al sprake van bebouwing. Dit was in het vorige bestemmingsplan ook mogelijk en wordt nu weer hersteld.
-
23. De maximale afstand tussen een voor- en achtergevel mag maximaal 15 of 18 meter bedragen. In enkele gevallen zijn in het verleden woningen gebouwd met vergunning met een grotere diepte. Om deze mogelijkheid te behouden mag een bestaande grotere afstand tussen de voor- en achtergevel ook terug worden gebouwd. Deze bepaling wordt toegevoegd.
-
24. Voor bijgebouwen mag de bestaande afstand tot het verlengde van de voorste voorgevel terug worden gebouwd, als deze minder dan 3 meter bedraagd. De bepaling over de gezamenlijke oppervlakte is herschreven en afgestemd met bestemmingsplan Wonen Holten.
-
25. De overkappingen voor zover ze niet tot het hoofdgebouw behoren worden bij de gezamenlijke oppervlaktebepaling samen met de bijgebouwen gerekend.
-
26. Voor een uitbouw zoals een erker geldt een afstand tot naar de weg gekeerde perceelsgrenzen en niet naar alle perceelsgrenzen. Dit is hersteld. Daarnaast is toegevoegd conform de bestemming Wonen - Karakteristiek dat een uitbouw zoals een erker uit tenminste 50 % van de gevel uit doorzichtig materiaal moet bestaan.
-
27. Bij Wonen - Karakteristiek de bevoegheid opgenomen om de bouwhoogte met maximaal 10 % te verhogen, waarbij er wordt getoetst aan het afwegingskader. De verplichting om altijd een sloopvergunning aan te vragen is komen te vervallen. De regeling wordt als kostenverhogend, bureaucraties en overbodig ervaren.
-
28. De mogelijkheid om erfafscheidingen toe te staan op een afstand van minimaal 3 meter achter het verlengde van de voorgevel van het hoofdgebouw ontbreekt. Gebouwen mogen ook tot deze afstand achter het verlengde van de voorgevel worden gebouwd. Binnen deze afstand is het ook mogelijk om gebouwen op te richten tot aan de perceelsgrens. Hierdoor moet het mogelijk zijn om in plaats van een gebouw hier ook een erfafscheiding te plaatsen.
-
29. Opgenomen is de nadere eis om de oriëntatie van de voorgevel in de naar de weg gekeerde bouwgrens mogelijk te maken.
-
30. De specifieke gebruiksregels en het afwijken van de gebruiksregels zijn voor alle woonbestemmingen gaan gelden. Hierbij gaat het om bijzondere woonvormen met 'gezamenlijke' voorzieningen. Daarnaast is een afwegingskader toegevoegd aan de afwijkingsbevoegdheid.
-
31. De dubbelbestemming 'Leiding - Gas' is op enkele punten aangepast aan de wensen van de Gasunie en in lijn gebracht met de bestemming uit het bestemmingsplan voor de bedrijventerreinen.
-
32. De gebruiksregels voor een aan huis verbonden bedrijfsactiviteit en een aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit zijn in elkaar geschoven. Dit in verband met de grote overlap van de twee activiteiten en het feit dat het bestemmingsplan hier ook slechts één begrip voor gebruikt.
-
33. Bij de Algemene afwijkingsregels is de afwijkingsbevoegheid voor het verleggen van de bestemmingsgrenzen komen te vervallen in verband met ontstane jurisprudentie. Hiervoor in de plaats is een Algemene wijzigingsregel opgenomen, om met een wijzigingsplan alsnog 5 meter af te wijken van de bestaande bestemmingsgrenzen.
-
34. Conform het bestemmingsplan Wonen Holten is het bij nieuwbouw van hoofdgebouwen mogelijk om gebruik te maken van de bestemming Wonen - Aaneen, of Wonen - Patio of Wonen - Vrijstaand, waarbij niet meer woningen mogen worden gebouwd dan is aangegeven.
-
35. Bij de toetsing van een binnenplanse algemene afwijkingsregels is het wenselijk om beter te kunnen toetsen aan het begrip 'een goede ruimtelijke ordening'. Het gaat om het afwegingskader. Het doel is om de planologische opzet van een straat of wijk te handhaven en om een goed woon- en leefklimaat te blijven waarborgen. Een deel van deze bepaling komt uit het bestemmingsplan Wonen Holten. Vanwege de gewenste eenduidigheid in bouwregels is afstemming met het bestemmingsplan Wonen Holten gezocht. Door deze wens is het afwegingskader voor een binnenplanse algemene afwijkingsregels uitgebreid. De volgende bepalingen zijn toegevoegd aan het afwegingskader:
-
a. het 'straat- en bebouwingsbeeld'; bijvoorbeeld het niet toestaan dat de belangrijkste naar de weg gekeerde gevel, anders dan door erkers, wordt overschreden. Of bijvoorbeeld bij hoeksituaties uitbouwen terugleggen tot tenminste 3 meter achter het verlengde de voorgevel.
-
b. de 'stedenbouwkundige structuur'; bijvoorbeeld de afweging of wegen kunnen worden verlegd of groenzones wel of niet waardevol zijn.
-
c. de 'landschappelijke en natuurlijke waarden'; bijvoorbeeld de aantasting van ecologische zones of open gebieden zoals parken en essen.
-
d. de 'milieusituatie'; bijvoorbeeld de afweging kan plaatsvinden geluidsaspecten, zoals weg- en spoorlawaai of in het kader van de flora- en faunawetgeving.
-
e. de 'externe veiligheid', waarbij de afweging ontstaat om in de directe omgeving van bestaande en geprojecteerde risicobronnen wel of geen (beperkt) kwetsbare objecten en verblijfsobjecten te vergroten of te introduceren.
Hoofdstuk 3 Uitvoerbaarheid
Voor alle onderdelen van dit bestemmingsplan zoals hiervoor benoemd geldt dat het geen noemenswaardige toets aan het beleid vraagt. Dit komt omdat de hiervoor genoemde onderdelen een relaimpact hebben hetzij een beperkte tot geen nieuwswaarde hebben.
De uitvoerbaarheid van een bestemmingsplan moet ingevolge de Wet ruimtelijke ordening (Wro) aangetoond worden (artikel 3.1.6 lid 1 van het Bro). Daaronder valt zowel de onderzoeksverplichting naar verschillende ruimtelijk relevante aspecten (geluid, bodem, water, externe veiligheid ect.) maar ook de economische uitvoerbaarheid van het plan. Voor de onderwerpen zoals deze in het vorige hoofdstuk zijn besproken geldt dat ze geen significant effect hebben op de ruimtelijke ordening en dat het uitvoerbaarheidsvraagstuk volgens de Wro dan ook buiten beschouwing kan blijven: hetzij het project is al uitgevoerd hetzij de uitvoerbaarheid is in een eerdere Wro-procedure al aangetoond.
Ingevolge de Wro moet bij vaststelling van een bestemmingsplan verhaal van plankosten zeker zijn gesteld. Voor dit bestemmingsplan geldt dat er geen andere plankosten zijn dan het opstellen en in procedure brengen van dit plan. Dit bestemmingsplan is in eigen beheer opgesteld. Voor de uren zijn binnen de dagelijkse begrotingen gelden beschikbaar. Hierdoor kan bewust afgezien worden van het opstellen van een exploitatieplan.
Hoofdstuk 4 Wijze van bestemmen
Dit bestemmingsplan bestaat uit een verbeelding (plankaart), planregels en een toelichting. De verbeelding (plankaart) en de planregels vormen tezamen het juridisch bindende gedeelte van het bestemmingsplan. Beide planonderdelen dienen in onderlinge samenhang te worden bezien en toegepast. Op de plankaart zijn de bestemmingen aangewezen. Aan deze bestemmingen zijn bouwregels en regels betreffende het gebruik gekoppeld.
De toelichting heeft geen rechtskracht, maar vormt niettemin een belangrijk onderdeel van het plan. De toelichting van dit bestemmingsplan geeft een weergave van de beweegredenen, de onderzoeksresultaten en de beleidsuitgangspunten die aan het bestemmingsplan ten grondslag liggen. Tot slot is de toelichting van wezenlijk belang voor een juiste interpretatie en toepassing van het bestemmingsplan.
De bestemmingssystematiek in dit bestemmingsplan vindt zijn basis in het bestemmingsplan Wonen Rijssen. Alle gebruikte bestemmingen komen uit dat plan. Voor het overige kent dit plan geen specifieke bijzonderheden op het vlak van de wijze van bestemmen. Dit bestemmingsplan is wel bijzonder: de bijzonderheid is dat voor grote delen van Rijssen zowel het bestemmingsplan Wonen Rijssen geraadpleegd moet worden als ook dit bestemmingsplan Veegplan Wonen Rijssen. Voor enkele delen, geldt alléén dit bestemmingsplan. Voor welke gebieden of percelen dit geldt wordt in paragraaf 2.1 omschreven. Met dit hoofdstuk is voldaan aan artikel 3.1.3 van het Bro.
Hoofdstuk 5 Procedure
5.1 Inspraak
Voor alle onderdelen van dit bestemmingsplan zoals hiervoor benoemd geldt dat er geen noemenswaardige wijzigingen gaan plaatsvinden. De genoemde onderdelen hebben een beperkte nieuwswaarde. Van een volledig inspraaktraject wordt dan ook afgezien. Wel komt er een projectpagina met extra informatie over het bestemmingsplan. Hiervan wordt openbaar en algemeen kennis gegeven.
5.2 Vooroverleg
Gezien de beperkte ruimtelijke impact van het bestemmingsplan wordt afgezien van vooroverleg met de provincie. Er worden geen nationale belangen geschaad. Het plan heeft geen gevolgen voor de waterhuishouding, waardoor geen overleg met het waterschap Vechtstromen noodzakelijk is.
5.3 Zienswijzen
Mochten er tijdens de terinzagelegging van het ontwerpplan zienswijzen binnenkomen dan worden deze door de gemeenteraad bij de vaststelling van het bestemmingsplan afgewogen. De eventuele weerlegging van de zienswijzen worden ter zijner tijd bij het vaststellingsbesluit gevoegd.