direct naar inhoud van 2.5 Gemeentelijk beleid
Plan: Elst, bedrijventerrein De Aam
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1734.0022ELSTbedrijfter-VSG2

2.5 Gemeentelijk beleid

2.5.1 Toekomstvisie+ 2020, Overbetuwe verbindt...

Op 8 september 2009 heeft de raad van de gemeente Overbetuwe de 'Toekomstvisie+ 2020, Overbetuwe verbindt...' vastgesteld. De Toekomstvisie+ van Overbetuwe is het kader voor de ontwikkeling van de gemeente Overbetuwe tot 2020. De visie geeft een richting voor de ruimtelijke, maatschappelijke en economische ontwikkeling. De geschetste identiteit kan bijdragen aan het behouden en aantrekken van inwoners en bedrijven. De visie kan mensen inspireren en motiveren die werken aan stedenbouw, sport, ondernemerschap, onderwijs, openbare ruimte, welzijnswerk, et cetera. De visie is tenslotte ook een duidelijke positionering naar andere gemeenten en partners: het geeft Overbetuwe een eigen gezicht in de regio. De Toekomstvisie+ omvat het gehele gemeentelijke beleidsterrein. Voor wat betreft de ruimtelijke onderdelen is de Toekomstvisie+ te zien als structuurvisie in de zin van artikel 2.1 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) voor het grondgebied van de gemeente Overbetuwe. In de toekomstvisie zijn de aspecten leefomgeving, vergrijzing, economische gesteldheid (werk en werkgelegenheid) en duurzaamheid opgenomen om een gewenste identiteit uiteen te zetten. De opgave die is vastgelegd in de toekomstvisie is gebaseerd op een lagenbenadering.

Aan deze hand van deze methodiek is aandacht voor de volgende doelstellingen:

  • eigenheid en kenmerken landschap behouden en versterken;
  • parels en panorama's behouden en versterken;
  • zorgvuldige inpassing bij eventueel noodzakelijke dijkverleggingen;
  • Linge als drager van structuur;
  • zichtbaar maken en versterken van cultuurhistorische elementen;
  • verbeteren doorstroming verkeer;
  • optimaliseren van het Rondje Overbetuwe;
  • verbeteren en optimaliseren openbaar vervoernetwerk en verbeteren kwaliteit waternetwerken;
  • uitbreiden recreatieve netwerken en snelfietsroute realiseren;
  • groei passend bij het oostelijk en westelijk deel van de gemeente;
  • kwaliteit van de kernen is uitgangspunt bij eventuele groei;
  • waarborgen kwaliteit bedrijventerreinen;
  • diversiteit in werkgelegenheid;
  • voorzieningen bezien in clusters;
  • duurzaamheid;
  • verankeren kwaliteit samenleving;
  • borgen van een sociaal netwerk en impuls leren en ontwikkelen;
  • versterken ontmoeten en cultuur als bindende elementen.

De navolgende afbeelding bevat een fragment van de visiekaart.

afbeelding "i_NL.IMRO.1734.0022ELSTbedrijfter-VSG2_0004.jpg"

Fragment visiekaart Toekomstvisie+ 2020, Overbetuwe verbindt…

De gemeente Overbetuwe beschikte in 2008 over ruim 250 hectare netto bedrijventerrein. Bedrijventerreinen bevinden zich bij de kernen Andelst, Heteren, Elst en Zetten. Op de bedrijventerreinen 'De Aam' en 'Merm' in Elst zijn bedrijven gevestigd die voornamelijk uit Elst en omstreken komen. De gemeente heeft op bestaande en in voorbereiding zijnde bedrijventerreinen nog veel potentieel als het gaat om groei van bedrijvigheid. Belangrijke factoren daarbij zijn de ligging van de gemeente in het stedelijk gebied met daarbij de belangrijke infrastructuuraders en het potentieel aan arbeidskrachten vanwege de bouwopgaven binnen en direct buiten de gemeente. Daarnaast is op oudere bedrijventerreinen gestart met (vaak nog kleinschalige) herstructurering.

Waarborgen kwaliteit bedrijventerreinen

De kwaliteit van bedrijventerreinen wordt gewaarborgd en waar nodig versterkt met aandacht voor milieuhygiëne ten gunste van (leef)milieu, gezondheid en veiligheid. Kwaliteit wordt ook bereikt door aandacht voor meervoudig ruimtegebruik, diversiteit in werkgelegenheid, samenwerking tussen bedrijven, onderwijs en gemeente. Herstructurering gaat voor uitbreiding. Hierbij is de SER (Sociaal Economische Raad)-ladder richtinggevend. Bij de ruimtevraag voor economische ontwikkelingen hanteren we de SER-ladder. De SER-ladder geeft een handelwijze aan bij het creëren van voldoende ruimte voor bedrijven en kantoren. Volgens deze handelwijze wordt eerst het huidige gebruik van de ruimte geoptimaliseerd of door herstructurering beschikbaar gemaakt. In eerste instantie zien we mogelijkheden hiervoor in het zuidoosten van Elst. Als hierbij een combinatie met andere nieuwe functies wordt gevonden, kan extra ruimtebeslag binnen de contouren aan de orde zijn. Als dit niet mogelijk is, wordt de mogelijkheid van meervoudig ruimtegebruik onderzocht om de productiviteit per ruimte eenheid te verhogen (bijvoorbeeld door het op elkaar stapelen van functies, zoals parkeren, opslag en kantoorfuncties). Pas in de laatste plaats wordt de mogelijkheid bezien om het areaal bedrijventerrein uit te breiden (uitleglocaties). Het regionale bedrijventerreinen Park 15 is zo'n uitleglocatie met onder andere functies voor verkeer, groen en bedrijven(park). Binnen de locatie worden de principes van zorgvuldig ruimtegebruik uit de SER-ladder toegepast. De uitgifte van Park 15 is gestart in het voorjaar van 2012.

2.5.2 Sociaal Economisch Beleidsplan Overbetuwe 2010-2015

Het SEB 2010-2015 is de basis voor acties in de komende vijf jaar binnen een viertal beleidslijnen met als doel de economische aantrekkelijkheid en daarmee ook het werkgelegenheidsaanbod van de gemeente Overbetuwe te versterken en het bestaande bedrijfsleven en startende ondernemers faciliteren.

Bedrijven op de bedrijventerreinen zijn verantwoordelijk voor een belangrijk deel van de werkgelegenheid. De terreinen Poort van Midden-Gelderland Noord, De Schalm en Andelst-Oost zijn volledig uitgegeven. In het beleidsplan zijn de belangrijkste ruimtelijk-economische trends en ontwikkelingen in vraag en aanbod waar de gemeente Overbetuwe op korte (2010-2015) en lange termijn (na 2015) mee te maken krijgt beschreven.

Logistiek is een belangrijke groeimarkt. De gemeente Overbetuwe profiteert hiervan onder andere vanwege de gunstige centrale plek in de Stadsregio en langs belangrijke nationale verkeersaders en vanwege de komst van Park 15 welk terrein aan dit segment opvangruimte biedt.. Vergrijzing en ontgroening, schaalvergroting en fusies zijn remmende factoren op de behoefte aan nieuwe kantoorruimte. Desondanks verwachten we een beperkte doorgroei van kantoorwerkgelegenheid, als gevolg van verdere verdienstelijking en de groei van werkgelegenheid in de quartaire sector. De vervangingsvraag is een steeds belangrijkere component in de totale vraag. Ook Stadsregionaal en provinciaal beleid vragen aandacht voor een goede benutting van bestaande werklocaties.

De behoefte aan kwalitatief hoogwaardige en multifunctionele werklocaties neemt toe; zowel vanuit de gebruikers, werknemers (afkeer van huidige saaie werkomgevingen) als passanten/omwonenden.

Aspecten vanuit een gebruikers perspectief, zoals bereikbaarheid en parkeren zijn aandachtspunt in Overbetuwe. In het beleidsplan zijn vier belangrijke beleidslijnen uiteengezet:

  • Overbetuwe zet in op (behoud van) sterke werklocaties;
  • Overbetuwe streeft naar vitale dorpskernen;
  • Overbetuwe wil de samenhang tussen onderwijs, arbeidsmarkt en bedrijfsleven versterken;
  • Overbetuwe zet in op versterking van het segment toerisme en recreatie.

Elke beleidslijn is uitgewerkt in acties en aan elke actie zijn vervolgens een doel en fasering gekoppeld. Het bestemmingsplan 'Elst, bedrijventerrein De Aam' voorziet niet in nieuwe ontwikkelingen. Enkel de bestaande situatie wordt in voorliggend plan juridisch-planologisch vastgelegd. Hiermee ligt het plan in lijn met het beleid, zoals dit is vastgelegd in de 'Sociaal Economische Beleidsplan Overbetuwe 2010-2015.

2.5.3 Visie Elst Zuidoost

Met deze visie legt de gemeente Overbetuwe haar strategisch ruimtelijk-functioneel beleid voor de langere termijn voor het gebied Elst Zuidoost vast. De visie geeft aan waar de gemeente met het gebied naar toe wil en hoe ze het goed functioneren van het gebied wil veilig stellen. De visie vormt daarmee een belangrijk kader voor ontwikkelingen op kortere termijn in het gebied, brengt meer samenhang aan in de “losse” ontwikkelingen en anticipeert (waar dat kan) op ontwikkelingen in de omgeving. Daarbij wordt er met de visie naar gestreefd de gemeentelijk middelen zo doelgericht en effectief mogelijk in te zetten. Het is daarom dat deze visie gepaard gaat met een ontwikkelstrategie. Daarbij beschouwt de gemeente de visie ook als een belangrijk communicatiemiddel naar de eigenaren, gebruikers en bewoners in het gebied: de visie biedt duidelijkheid over de toekomst van hun werk- en leefomgeving. Naast bovengenoemd hoofddoel hebben bij de totstandkoming van deze visie verschillende vragen en aandachtspunten bij de afwegingen een belangrijke rol gespeeld. Het betreft:

  • aanbrengen van ruimtelijke samenhang;
  • draagvlak creëren bij de stakeholders;
  • zichtbaar maken van de waardecreatie;
  • strategie en haalbaarheid betrekken bij de visievorming;
  • een ruime planhorizon (tot 2025);
  • richtinggevende uitspraken voor concrete ontwikkellocaties in het plangebied;
  • mogelijkheden verkennen voor zonering.

Deze visie bevat algemeen ruimtelijk-functioneel beleid van de gemeente Overbetuwe voor het gebied Elst Zuidoost. Het is daarmee geen formele structuurvisie, zoals bedoeld in de Wet ruimtelijke ordening, maar een gemeentelijke visie die de gemeente heeft opgesteld vanuit haar algemene bevoegdheid om beleid te ontwikkelen voor haar grondgebied. Voor deze vorm is gekozen omdat deze, in combinatie met de komende actualisering van het bestemmingsplan voor De Aam, voldoende mogelijkheden biedt om de aan de visie verbonden strategie te realiseren. Onderhavig plangebied maakt onderdeel uit van het gebied waar de Visie Elst Zuidoost betrekking op heeft. Voor het plangebied zijn verschillende inbreidingsmogelijkheden benoemd. Naast nog niet verkochte kavels die direct in te zetten zijn voor ontwikkeling, zijn er ook kavels die intensiever gebruikt zouden kunnen worden. Enkele percelen zijn in onbruik geraakt (zoals Luxan en spooremplacement) en komen voor herontwikkeling in aanmerking. Daarnaast biedt de herinrichting van de Eisenhowerplas nog veel mogelijkheden. Op de navolgende afbeelding is het ontwikkelbeeld voor 2025 weergegeven.

afbeelding "i_NL.IMRO.1734.0022ELSTbedrijfter-VSG2_0005.jpg"

Ontwikkelbeeld 2025

Op voorgaande afbeelding is met een donkerpaarse en gele aanduiding en blauwe ster weergegeven waar de belangrijkste toekomstige ontwikkelingen op het bedrijventerrein plaats gaan vinden. Om deze ontwikkelingen mogelijk te maken zijn in voorliggend bestemmingsplan een aantal maatregelen genomen. Langs de Nieuwe Aamsestraat is de ontwikkeling van een representatieve rand gewenst. In deze zone zijn bedrijven tot en met categorie 2, als opgenomen in de Staat van Bedrijfsactiviteiten, toegelaten.

Daarnaast voorziet de visie in clustering van volumineuze detailhandel ten noorden/westen van de Eisenhowerplas, ter versterking van herkenbaarheid en (economische) structuur. Aan de bestaande mogelijkheden voor dit type detailhandel in het vorige bestemmingsplan is daarom nu een clustering toegevoegd middels de functieaanduiding “detailhandel volumineus”. Ter plaatse is volumineuze detailhandel toegelaten met een maximaal bruto vloeroppervlak van 1.500 vierkante meter per bedrijf. Een afwijking van dit maximum is mogelijk nadat advies is ingewonnen bij de regio in het kader van het Regionaal Programma Detailhandel (RPD).

Uit de analyse van de visie blijkt dat er verschillende inbreidingsmogelijkheden binnen het plangebied zijn. Naast nog niet verkochte kavels die direct in te zetten zijn voor ontwikkeling, zijn er ook kavels die intensiever gebruikt zouden kunnen worden. Enkele percelen zijn in onbruik geraakt (zoals bijvoorbeeld Luxan) en komen ook voor herontwikkeling in aanmerking. Dat laatste geldt ook voor het in onbruik geraakte oude emplacement. In lijn met RPB, PHP, Masterplan en uitvoeringsplan, wordt herontwikkeling op het oude emplacement mogelijk gemaakt, middels een wijzigingsbevoegdheid.

De Eisenhowerplas blijft in de visie functioneren als zelfstandig element in het bedrijventerrein, maar de gemeente wil deze plas het grotendeels anders inrichten en gebruiken. Hierbij worden de oevers van de plas verder opgerekt door de plas te verondiepen. Hierdoor wordt de Eisenhowerplas als zelfstandig element geaccentueerd en wordt de plas als herkenbaar structurerend element op het terrein versterkt.

Tot 2025 wordt ingezet op intensivering van het huidige bedrijventerrein. Als na deze periode het terrein geen intensiveringsmogelijkheden meer kent, kan bij voldoende marktvraag het gebied aan de oostkant langs de A325 en het terrein aan de zuidkant van Merm worden ingezet voor verdere ontwikkeling van het bedrijventerrein. Dit laatste valt buiten de scope van dit bestemmingsplan.

2.5.4 Masterplan

Als onderlegger voor het Masterplan zijn enkele onderzoeken gebruikt. Dit zijn de vastgoedanalyse Aam, Verkeerskundige analyse Aam en onderzoek mogelijkheden vervoersmanagement. In het Masterplan is een totaalpakket aan maatregelen opgesteld welke tot en met 2013 binnen Elst Zuid-oost worden uitgevoerd en waarvoor zowel provinciale, als Europese subsidie (EFRO) wordt aangevraagd.

De projecten zijn verbonden aan een drietal thema's. Het betreft de projecten:

  • 1. Verbeteren bereikbaarheid de Aam
    - Poort tot de Tangent;
    - Zuidtangent;
    - Reconstructie Bemmelseweg;
    - Ontsluiting Aam zuid;
    - Ontwikkeling emplacement/spoorallee;
    - Vervoersmanagement;
    - Verbeteren OV-bereikbaarheid.

  • 2. Inbreiden en verbeteren ruimtelijke kwaliteit
    - Gevelstimuleringsfonds;
    - Verbeteren waterhuishouding;
    - Parkeerproblematiek.

  • 3. Veiligheid en duurzame energie
    - Faciliteren oprichting parkmanagement;
    - Aanleg glasvezel i.c.m. camerabewaking;
    - Verkennen kansen duurzame energie.

In de aanvraag voor de provinciale middelen is geanticipeerd op een EFRO-bijdrage van € 2 mln. Deze bijdrage is in 2007 door zowel de Stadsregio als Gedeputeerde Staten gereserveerd. De EFRO-brijdage mocht als co-financiering worden opgevoerd. Deze aanvraag zal in 2012 worden ingediend.

Op basis van het Masterplan en een bijbehorende begroting, heeft de provincie voor de projecten die zijn gelabeld voor de provinciale subsidie, aan de gemeente 4,2 mln. euro subsidie toegekend. Daarbij werd de voorwaarde gesteld dat de gemeente een uitvoeringsplan opstelt waarin inzichtelijk wordt gemaakt wanneer welke projecten worden uitgevoerd en hoe de middelen worden besteed.

2.5.5 Uitvoeringsplan

Om invulling te geven aan de provinciale voorwaarden bij de provinciale subsidie, is in 2011 een uitvoeringsplan opgesteld en aan GS voorgelegd. Per project is nader omschreven hoe het projectplan eruit ziet; wat het project specifiek behelst en wanneer welke werkzaamheden zullen worden uitgevoerd. Over deze uitvoering worden tussentijds voortgangsrapportages aan de provincie verstrekt.

2.5.6 Beleidskaders op archeologisch gebied

Archeologische beleidsadvieskaart

In opdracht van de gemeente Overbetuwe heeft RAAP Archeologisch Adviesbureau in 20041 een archeologische beleidsadvieskaart vervaardigd2. De Archeologische beleidsadvieskaart maakt deel uit van het in het voorjaar van 2004 gestarte gemeentelijk erfgoedplan. Dit plan heeft tot doel een integraal kader met beleidsvoornemens op te stellen om de cultuurhistorie (archeologie, historische geografie en historische bouwkunde) beter te verankeren in de ruimtelijke planning, de cultuurhistorie beter zichtbaar te maken en de educatieve en recreatieve waarde ervan te verhogen. De Archeologische beleidsadvieskaart (inclusief themakaart) vormt daarbij één van de pijlers van het Erfgoedplan.

De navolgende afbeelding bevat een fragment van de Archeologische beleidsadvieskaart en geeft een globaal beeld weer wat betreft de indicatie tot de archeologische verwachtingswaarde. Daarnaast wordt de bekende archeologische verwachtingswaarde van de gronden in de gemeente Overbetuwe weergegeven.

In paragraaf 3.9 is een gedetailleerde uitwerking van de Archeologische beleidsadvieskaart van onderhavig plangebied opgenomen. Met behulp van de Archeologische beleidsadvieskaart en de actualisatiekaart is het archeologisch erfgoed op de kaart gezet. Samen met de bijbehorende informatie die in het RAAP-rapport is opgenomen kan dit erfgoed een aanknopingspunt zijn voor de bepaling van de ruimtelijke beeldkwaliteit.

afbeelding "i_NL.IMRO.1734.0022ELSTbedrijfter-VSG2_0006.jpg"

Archeologische beleidsadvieskaart gemeente Overbetuwe uit het Erfgoedplan

Archeologisch beleid van de gemeente Overbetuwe, actualisatie van de archeologische kaarten

In opdracht van de gemeente Overbetuwe heeft RAAP Archeologisch Adviesbureau van 15 mei tot en met 10 juni 2009 een actualisatie doorgevoerd van de archeologische beleidsadvieskaart van de gemeente Overbetuwe. De actualisatie betreft het bijwerken van de archeologische beleidsadvieskaart uit 2004, alsmede de achterliggende databestanden met nieuwe/aanvullende archeologische en landschappelijke (geomorfologische) gegevens en inzichten. Daarnaast is de bestaande kaart opgeschaald naar kaartschaal 1:10.000, om op perceelsniveau verantwoorde uitspraken te kunnen doen over eventueel aanwezige bekende archeologische waarden en/of de archeologische verwachting en de daaruit volgende verplichtingen of adviezen. De navolgende afbeelding bevat een uitsnede van de actualisatiekaart.

afbeelding "i_NL.IMRO.1734.0022ELSTbedrijfter-VSG2_0007.jpg"

Fragment actualisatiekaart, archeologische verwachtingskaart 2009

Erfgoedplan - Sleutel tot de schatkist

In opdracht van de gemeente Overbetuwe heeft ADC Heritage in samenwerking met DLA+ landscape architects en RAAP Archeologisch Adviesbureau in 2004 een erfgoedplan, genaamd 'Sleutel tot de schatkist' vervaardigd ter ondersteuning van het gemeentelijk beleid. Het erfgoedplan beoogt versterking van de plaats en betekenis van cultuurhistorie als factor in het ruimtelijk beleidsproces. De gemeente Overbetuwe beschikt over tal van cultuurhistorische waarden van hoge kwaliteit, het huidige beleid is gericht op behoud van die waarden. Cultuurhistorie is één van de afwegingsfactoren in het gemeentelijk ruimtelijk beleidsproces, naast factoren als ruimtelijke ordening, stedenbouw, milieu, water, welstand en financiën. De cultuurhistorische waarden omvatten de ruimtelijke kwaliteit van het rivierenlandschap met zijn oeverwallen en komgronden; de fraaie monumenten als boerderijen, kerken en huizen, het rijke bodemarchief en het archeologisch erfgoed.

Onderhavig bestemmingsplan is beheersmatig van aard. Daardoor wordt de bodem niet op grote schaal geroerd. Opgemerkt dient te worden dat de bodem, vanwege het huidige gebruik als bedrijventerrein al voor een deel is verstoord.

De gemeente heeft als doelstelling opgenomen dat archeologie een eigen plek bij de voorbereiding van een nieuw op te maken bestemmingsplan dient te krijgen. Met behulp van het erfgoedplan, de Archeologische beleidsadvieskaart en de actualisatiekaart is aan een vaste aanpak en structuur voor het beheer en behoud van de archeologische waarden gewerkt. Het is van belang het aantal bestemmingsplannen dat in de komende jaren wordt ontworpen en het ruimtebeslag van deze plannen in kaart te brengen. De aard van de plannen speelt ook een rol, omdat bij een ontwikkelingsgericht bestemmingsplan meer bodemverstoring te verwachten is dan bij een consoliderend plan. Onderhavig bestemmingsplan voldoet op het gebied van archeologie aan voorgaand beschreven beleidskaders.

2.5.7 Welstandsnota

De welstandsnota gaat over het duurzaam bevorderen van de kwaliteit van bebouwing en omgeving in de gemeente Overbetuwe. De welstandstoets is daarbij een belangrijk hulpmiddel. Door middel van welstandscriteria wordt zo concreet mogelijk aangegeven aan welke uitgangspunten de ontwerper van een bouwplan zich moet houden. Deze uitgangspunten zijn deels gelijk voor de hele gemeente en deels verschillend per deelgebied, omdat ieder gebied zijn eigen kenmerken heeft. Bovendien zijn per gebied de welstandscriteria beschreven. In principe moet altijd worden voldaan aan de criteria in het hele gebied, uitzonderingen blijven echter mogelijk. Voorwaarde is wel dat er een gegronde reden moet zijn om van de criteria af te wijken. Of een reden gegrond is of niet, is uiteindelijk ter beoordeling aan burgemeester en wethouders. Voor veel gebieden geldt dat nieuwe en eigentijdse ontwikkelingen mogelijk zijn. Een belangrijke voorwaarde is meestal dat ze niet mogen conflicteren met de directe omgeving. Met andere woorden er zal altijd rekening moeten worden gehouden met en respect moeten worden getoond voor de omgeving en de daarin te verwachten ontwikkelingen.

Elst

Voor de diverse welstandscriteria wordt verwezen naar de welstandsnota. Op de navolgende afbeelding is een uitsnede van de overzichtskaart van Elst uit de welstandsnota opgenomen. Het plangebied van de welstandsnota is onderverdeeld in typen gebieden ten behoeve van de gebiedsgerichte criteria. Voor de paarse gebieden gelden de gebiedsgerichte criteria 'bedrijventerreinen'.

afbeelding "i_NL.IMRO.1734.0022ELSTbedrijfter-VSG2_0008.jpg"

Weergave typen gebieden ten behoeve van de gebiedsgerichte criteria in Elst

Overgangsgebieden

Met overgangsgebieden worden de gebieden bedoeld die de overgang vormen tussen bebouwde kom en buitengebied. Deze overgangsgebieden zijn ook vaak de overgangsgebieden tussen stroomrug en komgebied. Aangezien het landschap van de gemeente Overbetuwe een zeer open karakter heeft, zijn de zichtlijnen ook langer aan de randen van de kernen. Dit geeft reden om aan de randen van de bebouwde kom, zowel bij woongebieden als bij werkgebieden, extra aandacht aan welstand te besteden. Op een aantal bedrijventerreinen vragen vooral de zichtlocaties extra aandacht, zij bepalen het beeld van het bedrijventerrein en daarmee de uniciteit. Het gebied dat in het hart van het bedrijventerrein ligt is minder bepalend voor het aanzien. Het plangebied heeft relatief weinig zichtlocaties. Dit komt omdat het plangebied aan de noordwest, noord en zuidzijde is omgeven door woonwijken of lintbebouwing en aan de gehele oostelijke zijde gelegen is aan de A325. Alleen de zuidwestelijke zijde van het plangebied betreft een overgangsgebied met het buitengebied van de gemeente Overbetuwe. Bedrijventerrein de Aam te Elst is een regionaal bedrijventerrein direct ontsloten door de A325. Op dit terrein zijn geen kavels meer beschikbaar voor uitgifte.

Gezien de grote vraag naar bouwkavels in Elst wordt er gewerkt aan de uitbreiding van de Aam in zuidelijke richting. Bouwplannen worden getoetst aan de welstandscriteria situering, vormgeving, detaillering, kleuren en materialen.

2.5.8 Prostitutiebeleid

De gemeente Overbetuwe heeft in 2002 de beleidsnota Prostitutiebeleid 2002 vastgesteld, teneinde de vestiging en exploitatie van seksinrichtingen in de gemeente te reguleren. Dit is het gevolg van het verdwijnen van het bordeelverbod uit het Wetboek van Strafrecht. In de beleidsnota heeft de gemeente zoekrichtingen en afwegingscriteria benoemd voor eventuele medewerking aan de vestiging van dergelijke inrichtingen. Doordat in het plangebied voornamelijk bedrijfbestemmingen zijn gelegen is de vestiging van dergelijke inrichtingen niet wenselijk.

Voor dit bestemmingsplan geldt dat de vestiging en exploitatie van seksinrichtingen niet wordt toegestaan. In de regels voor het plangebied worden de vestiging van seksinrichtingen derhalve verboden. Daarmee is dit bestemmingsplan in overeenstemming met het prostitutiebeleid, zoals dat is vastgesteld door de gemeente Overbetuwe.

2.5.9 Waterplan Overbetuwe

In 2008 is het Waterplan Overbetuwe door het Waterschap Rivierenland en de gemeente Overbetuwe vastgesteld. In brede kring is duidelijk geworden dat water een belangrijke rol speelt in onze leefomgeving. Het goed functioneren van het watersysteem en de waterketen is van groot belang om veilig te kunnen wonen, werken en recreëren. Water staat niet op zichzelf, water vraagt ruimte en stelt eisen aan het ruimtegebruik. Bovendien vragen klimaatverandering, bodemdaling en zeespiegelrijzing een extra inspanning, wat ook wordt onderstreept in het advies van de Commissie Waterbeheer 21ste eeuw.

In het Nationaal Bestuursakkoord Water (NBW) en het Regionaal Bestuursakkoord Water (RBW) zijn afspraken vastgelegd, waaronder ook het voornemen om een waterplan op te stellen waarin integraal een samenhangend beleid ten aanzien van water in samenhang met de ruimtelijke ordening wordt uitgewerkt. Daarnaast is er een groeiende behoefte aan een betere samenwerking op het gebied van water tussen gemeente en waterschap enerzijds en tussen de afdelingen binnen de gemeentelijke organisatie anderzijds. Door verbreding van taken zal waterbeheer de komende jaren een nog grotere rol gaan spelen binnen de gemeentelijke organisatie. Naast de genoemde veranderingen in het klimaat zijn ook de verdergaande druk op de ruimtelijke ordening en de veranderende regelgeving een extra aanleiding om goed inzicht te krijgen in de huidige en toekomstige wateropgaven die moeten worden uitgewerkt in integraal en samenhangend waterbeleid. Gemeente Overbetuwe en Waterschap Rivierenland hebben daarom het initiatief genomen tot het opstellen van een waterplan. Partijen streven hiermee naar een gezond, veerkrachtig en goed functionerend(e) watersysteem en waterketen in samenhang met de ruimtelijke inrichting. Binnen het waterplan wordt het beleidskader geschetst en worden concrete maatregelen voor het watersysteem uitgewerkt.

Naast het waterplan wordt parallel een Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) opgesteld waarin de maatregelen voor de riolering (waterketen) worden uitgewerkt. Met het opstellen van een waterplan wordt inzicht gegeven in de relevante wateropgaven voor de gemeente Overbetuwe, zoals:

  • Wateroverlast, het zoeken van oplossingen om wateroverlast tegen te gaan;
  • Watertekort, voldoen aan de anti-verdrogingdoelen van de provincie;
  • Waterkwaliteit, het onderzoeken van mogelijkheden voor het verbeteren van de waterkwaliteit;
  • Grondwater, het inventariseren van grondwateroverlast;
  • Beleving van water, burgers betrekken bij water;
  • Afspraken en taken van waterschap en gemeente.