Plan: | Bedrijventerreinen Beilen |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1731.BedrterreinBeilen-VAS1 |
De Wet geluidhinder geeft de normen voor industrielawaai (op een geluidgezoneerd industrieterrein), wegverkeerslawaai en railverkeerslawaai. Binnen de zones van industrieterreinen, wegen en spoorwegen dient bij het realiseren van geluidsgevoelige bestemmingen of bij het ontwikkelen van industrieterreinen, wegen en spoorwegen een akoestisch onderzoek uitgevoerd te worden.
Ten behoeve van het bestemmingsplan heeft Aveco de Bondt een inventarisatie verricht naar geluid, te weten weg- en railverkeerslawaai en industrielawaai. De onderzoeken zijn opgenomen in de bijlage (bijlage 3 Verkeerslawaai en bijlage 4 Industrielawaai).
In de Wet geluidhinder is bepaald dat bepaalde typen wegen in stedelijk en buitenstedelijk gebied een zone kennen. De breedte van de zone, aan weerszijde van de weg, is afhankelijk van het aantal rijstroken en de aard van de omgeving: stedelijk of buiten-stedelijk. Onder buitenstedelijk gebied wordt tevens het gebied binnen de bebouwde kom verstaan voor zover dit binnen de zone van een autoweg of autosnelweg ligt. Indien een bestemmingsplan wordt opgesteld en er is in het plangebied een weg aanwezig met een zone, dan kan het noodzakelijk zijn om een akoestisch onderzoek te verrichten. Het onderzoek naar de geluidsbelasting is noodzakelijk wanneer sprake is van het mogelijk maken van nieuwe geluidgevoelige functies binnen de zone.
Het actualiserende bestemmingsplan "Bedrijventerreinen Beilen" is conserverend van aard en heeft niet tot doelstelling nieuwe geluidgevoelige ontwikkelingen mogelijk te maken binnen geluidzones. Wel maakt het bestemmingsplan het middels een wijzigingsbevoegdheid mogelijk om op enkele locaties nieuwe bedrijfswoningen te realiseren. Derhalve is bepaald welke wegen zoneringsplichtig zijn en waar de geluidscontouren zijn gelegen. Navolgende afbeeldingen geven de contouren weer.
Afbeelding 4.1: Geluidscontouren (bron: bijlage 3 Verkeerslawaai')
In het groene gebied voldoet de geluidsbelasting aan de voorkeursgrenswaarde en kunnen geluidgevoelige functies gerealiseerd worden zonder aanvullende geluidvoorwaarden.
In het oranje gebied is de geluidsbelasting gelegen tussen de voorkeursgrenswaarde en de maximaal toelaatbare waarde. In deze gebieden is het onder voorwaarden mogelijk een geluidgevoelige functie te realiseren. Daarvoor zal een hogere waarde verleend moeten worden door het bevoegd gezag. Het verlenen van de hogere waarde wordt gedaan tijdens de te doorlopen procedure ten behoeve van een planologische procedure.
Voor bedrijventerrein Ossebroeken geldt dat alle mogelijkheden voor extra bedrijfswoningen reeds ingevuld zijn. Ook voor bedrijventerrein Dambroeken worden in dit bestemmingsplan geen extra bedrijfswoningen toegestaan.
Voor bedrijventerrein Hanekampen geldt, gelet op bestaande rechten, een algemene afwijkingsbevoegdheid voor het realiseren van een bedrijfswoning. Als onderdeel van de afwijkingsprocedure kan de akoestische situatie afgewogen worden en eventueel hogere waarden worden verleend.
In het Besluit geluidhinder is bepaald dat spoorwegen een zone kennen. Indien er een bestemmingsplan wordt opgesteld en er is in het plangebied een spoorweg aanwezig, dan kan het noodzakelijk zijn om een akoestisch onderzoek te verrichten. Het onderzoek is noodzakelijk wanneer sprake is van woningen binnen de zone, andere geluidsgevoelige gebouwen, of geluidsgevoelige terreinen. Het uitgevoerde onderzoek heeft betrekking op het bepalen van de geluidsbelasting, zonder de invloed van maatregelen die de geluidsbelasting beperken.
Het plangebied grenst in het oosten aan de spoorlijn Hoogeveen - Assen. Deze spoorlijn heeft een zone van 500 meter aan weerszijden van het spoor.
Daarmee valt het deelgebied Hanekampen ongeveer tot aan de Eursing binnen het invloedsgebied van het spoor. Ter hoogte van het deelgebied is langs het spoor een geluidwal aanwezig (van ca. 4,5 meter boven maaiveld). Het bestemmingsplan maakt het in dit deelgebied middels een afwijkingsbevoegdheid mogelijk om op enkele locaties nieuwe bedrijfswoningen te realiseren. Vanwege de geluidswal is de geluidsbelasting ten gevolge van de spoorlijn reeds gereduceerd en zal de maximaal toegestane waarde in het deelgebied niet bereikt worden. Daarmee legt de spoorlijn geen ruimtelijke beperking meer op. Bij het voeren van de procedure voor de afwijkingsbevoegdheid zal voor de betreffende locatie onderzocht moeten worden wat de daadwerkelijke geluidsbelasting ten gevolge van het spoor zal zijn. Eventueel kan een hogere waarde worden verleend.
Het nieuwe bestemmingsplan maakt geen nieuwe geluidgevoelige functies mogelijk. Wel maakt het bestemmingsplan het mogelijk om voor enkele locaties middels een wijzigingsbevoegdheid een bedrijfswoning te realiseren. In verband met de geluidsbelasting ten gevolge van de A28 en de N381 zijn de geluidscontouren bepaald. De ruimtelijke beperkingen die de optredende geluidsbelasting met zich meebrengt zijn verwerkt in het bestemmingsplan. De wijzigingsbevoegdheid is alleen van toepassing op gebieden waar ofwel voldaan wordt aan de voorkeursgrenswaarde of waarvoor het mogelijk is een hogere waarde te verlenen.
De overige wegen en de spoorweg in en om het plangebied zijn niet nader onderzocht omdat deze geen ruimtelijke beperkingen opleggen. Bij het volgen van de procedure ten behoeve van de wijzigings-/afwijkingsbevoegdheid zal de exacte geluidsbelasting ten gevolge van de verkeerswegen/spoorweg bepaald worden en kan een eventueel benodigde hogere waarde worden verleend.